Alle landen gaan meer uitplanten met België als uitschieter naar boven. In vergelijking met het vijfjarig gemiddelde is de groei in de NEPG landen 7,2%. Uitgaande van de gemiddelde vijfjarige opbrengst zou men in de vijf landen uitkomen op een oogst van 27.396.000 ton. Dit is 5,4% meer.
De NEPG wijst er nogmaals op de totale opbrengst minder afhankelijk is van het aantal hectares maar vooral tot stand komt door het groeiseizoen, waarbij het weer een grote rol speelt. Veel pootgoed wordt gesneden, hetgeen de nodige voorzichtigheid vergt. Tevens worden er weer alternatieve oude fritesrassen uitgezet en meer Bintje welke in potentie een lagere verwerkbare opbrengst hebben.
Alle vroege fritesrassen zijn geplant. Het planten van de hoofdoogst is in alle landen in volle gang en ligt op schema. Over het algemeen is de structuur van het land goed, alhoewel overal vrij droog zodat in alle landen wat regen zeer welkom zou zijn.
De NEPG meldt tevens dat de voorraden voor de rest van dit seizoen laag zijn met een beduidend lager percentage echt “vrije” aardappelen. Het seizoen duurt nog een maand of drie voordat de eerste vroege aardappelen beschikbaar zijn en de verwerking tot heden is ongekend hoog. Diverse NEPG landen zullen binnenkort hun laatste voorraadcijfers publiceren.
Meer vraag:
Nogmaals wijst de NEPG op de enorme productie uitbreiding van de West-Europese verwerkers, hoofdzakelijk veroorzaakt door de hoge vraag van buiten Europa. Laatst publiceerde Belgapom dat de investeringen van de Belgische verwerkende industrie in 2016, € 310 miljoen groot waren, hetgeen meer is dan de investeringen in 2014 en 2015 opgeteld. Vorig seizoen verwerkten de Belgen 4,4 miljoen ton aardappelen, 11% meer dan het jaar ervoor. Ook in andere NEPG landen is een toenemende vraag te constateren. Op basis van dit gegeven hebben veel telers, ondanks een schaarste in het pootgoed, hierop geanticipeerd met een uitbreiding van hun areaal.