De schaalvergroting is overigens al jaren aan de gang want de gemiddelde bloembollenteler had in 2016 bijna twee keer zo veel land bestemd voor de bollenteelt als in 2000. Dit meldt het CBS op basis van de definitieve landbouwstatistieken.
Nederland kent steeds minder bloembollentelers. Het aantal bedrijven met bloembollenteelt nam sinds de eeuwwisseling – toen er nog 2700 bollentelers waren - met 40% af naar iets meer dan 1600 bedrijven. Tegelijkertijd verdubbelde in dezelfde periode 2000-2016 het gemiddelde areaal per teler van ongeveer 8 hectare naar 16 hectare.
Noord-Holland neemt nog steeds het leeuwendeel van de bollenteelt voor haar rekening maar de teelt verspreidt zich meer over het land. Zo is de bollenteelt in de provincies Drenthe, Flevoland en Overijssel flink gegroeid.
Niet alleen is het aantal bedrijven afgenomen en worden bestaande bedrijven groter, ook laten bollentelers steeds vaker de teelt van bepaalde soorten achterwege. Zo is vooral het aantal telers van narcissen en gladiolen met respectievelijk 64 en 53% gedaald sinds 2000. Verder nam ook het aantal tulpenbollentelers met 47% af. Van de tulpenbollen nam het areaal wel toe. Steeds minder telers zijn dus verantwoordelijk voor het groeiende areaal van deze bollensoort.
Ondanks de daling van het aantal bloembollentelers steeg de oppervlakte landbouwgrond bestemd voor de bollenteelt. Het areaal bloembollen is sinds 2000 met 16% gegroeid naar meer dan 26.000 hectare. Alleen al tussen 2015 en 2016 steeg het areaal met ongeveer 5 procent.
Het is vooral de tulp die in de lift zit. Het areaal tulpen nam sinds 2000 met 36% in omvang toe. Meer dan de helft van het totale bloembollenareaal werd vorig jaar bestemd voor de tulpenbollenteelt, zo blijkt uit de cijfers van CBS.
De arealen lelies en hyacinten groeiden ook, maar met respectievelijk 30 en 20% minder hard dan het areaal tulpenbollen. De gladiool is steeds minder populair bij bollentelers. Het areaal gladiolen laat al jaren een gestage daling zien en is 43% kleiner dan in 2000.