De aanvraag van het demonstratieproject gebeurt via de aanvraagformulieren die terug te vinden zijn op de website www.vlaanderen.be/landbouw/demo onder ‘Oproep 2017’. De projectaanvragen moeten ten laatste op vrijdag 25 augustus 2017 (= postdatum 25 augustus 2017) aangetekend verstuurd worden in twee losbladige exemplaren en in één digitaal exemplaar naar:
Vlaamse overheid
Departement Landbouw en Visserij
Ellipsgebouw
Koning Albert II-laan 35 bus 40
1030 Brussel
Het digitale exemplaar moet worden verstuurd naar EmailDemonstratieprojecten@lv.vlaanderen.be
De duur van de uitvoeringsperiode van de demonstratieprojecten bedraagt maximaal twee jaar en kan ten vroegste ingaan op 1 januari 2018 en ten laatste op 1 juli 2018. De projecten lopen uiterlijk tot 30 juni 2020.
Deze oproep richt zich uitsluitend naar organisaties en instellingen zonder commerciële doeleinden. Om demonstratieprojecten uit te voeren, moet de vereniging erkend zijn als centrum voor sensibilisering van een meer duurzame landbouw.
Doelstelling
Met deze demonstratieprojecten wil het Departement Landbouw en Visserij landbouwers en tuinders bewust te maken van nieuwe mogelijkheden op het vlak van duurzame praktijken en technieken en ze door die demonstraties in de praktijk ingang te doen vinden op onze Vlaamse bedrijven. Er wordt gewerkt met voorbeeldbedrijven of met groepen die samenkomen op praktijkbedrijven en zo een belangrijke hefboom zijn. Het zo goed en zo ruim mogelijk bereiken van het doelpubliek over heel Vlaanderen, moet worden nagestreefd. Samenwerking tussen complementaire partners is in dat opzicht erg aanbevolen.
Thema’s oproep 2017
De projecten moeten kaderen in één van de volgende thema’s:
1. Diversificatie en kwaliteitsverhoging
Projecten binnen het thema ‘Diversificatie en kwaliteitsverhoging’ demonstreren:
-
nieuwe of vernieuwde landbouwproducten met het oog op verbeterde afzetmogelijkheden en/of,
-
technieken en methoden voor de productie van hoogkwalitatieve landbouwproducten met een hoge toegevoegde waarde op het vlak van bijvoorbeeld smaak, verwerkbaarheid, gezondheids- en milieuaspecten, houdbaarheid, toepasbaarheid, dierenwelzijn.
Diversificatie en kwaliteitsverhoging moeten leiden tot een versterking van de economische duurzaamheid. Het is dus vanzelfsprekend dat in de projecten het verband wordt gelegd met de haalbaarheid voor bedrijven, bedrijfseconomische parameters, economische perspectieven en rendabiliteit.
2. Waterkwaliteit en duurzaam watergebruik
De impact van gewasbeschermingsmiddelen en bemesting op de waterkwaliteit wordt nog al te vaak onderschat. Om de overlast naar omwonenden en het leefmilieu te vermijden, zijn voorzorgsmaatregelen zoals een correcte spuittechniek en het aanbrengen van meststoffen in de juiste dosis tot op een bepaalde afstand van de perceelsrand van groot belang voor de land- en tuinbouw.
Het verder stimuleren van het gebruik van alternatieve waterbronnen en slim watergebruik moet zorgen voor de verdere afbouw van diepe grondwatervergunningen, voor een bijdrage aan een duurzaam beheer van de watervoorraden. De gevolgen van de klimaatverandering (periodes van meer wateroverlast en meer watertekorten) worden daarbij in het achterhoofd gehouden.
De kwaliteit van het water moet aan een aantal eisen voldoen om geschikt te zijn voor irrigatie of als drinkwater voor dieren. End-of-pipe-technieken, zoals ontsmettingstechnieken, kunnen soelaas bieden.
Demonstratieprojecten binnen dit thema demonstreren één of meerdere van volgende technieken/maatregelen:
-
de impact van duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen (bv. drift reducerende maatregelen, spuittechniek, bufferzones)
-
het beperken van en/of verwerken van gewasbeschermingsmiddelen uit spui
-
doordachte bemesting (bv. kantstrooiers, injectiesystemen, toepassen van vloeibare meststoffen met spuitmachine, onderhoud van de bufferstrook)
-
het inzetten van de geschikte waterkwaliteit met het oog op de gezondheid van planten en de gezondheid en prestaties van landbouwdieren (bv. correcte reiniging en ontsmetting van de leidingen, controle van drinkwater, gebruik van filters, ontsmettingstechnieken)
-
innoverende technieken om te besparen op het gebruik van water (bv. via waterspaarbekkens, hergebruik van water, watermeters, irrigatietechnieken …).
Praktische informatie
Projectaanvragen van niet-erkende centra worden aanvaard onder voorbehoud dat de erkenningsaanvraag wordt ingediend ten laatste op de uiterste datum van indienen van de projectaanvraag.
Een jury, samengesteld uit ambtenaren van de Vlaamse overheid, eventueel aangevuld met externen, zal de tijdig ingediende demonstratieprojecten beoordelen op hun inhoudelijke waarde en op hun bewustmakingseffect voor de land- en tuinbouwers (bereik doelpubliek, kwaliteit projectvoorstel, verwacht sensibiliseringseffect, aanwezigheid technisch-wetenschappelijke basis, geschiktheid uitvoerders). Na jurering en toewijzing kan de jury een verfijning van het project vragen.
Een projectgroep zal het project mee begeleiden en helpen uitdragen. Het is aangewezen in een projectgroep samen te werken met zo veel mogelijk actoren die op het vlak van het betreffende thema en voor de te demonstreren techniek in Vlaanderen actief zijn, zowel in het wetenschappelijk onderzoek of het praktijkonderzoek, als in de groeps- of individuele voorlichting of ook in de toeleveringssector. Deze projectgroep zal mee de nieuwe duurzame techniek uitdragen in Vlaanderen. Een voorstel van samenstelling van de projectgroep wordt toegevoegd aan de projectaanvraag en wordt mee geëvalueerd. De keuze van de definitieve projectgroep gebeurt na selectie van het project in overleg met de administratie.
Samenwerking met toeleveranciers als partner die de inhoud van het demonstratieproject blijvend willen uitdragen, is een mogelijkheid die evenwel gedetailleerd moet omschreven te worden. Er moet op gelet worden dat er geen vermenging is met commerciële belangen.
De begroting voor het demonstratieproject moet worden opgemaakt op basis van de geschatte reële kosten. Na afloop van het project moeten deze kosten worden bewezen. De tussenkomst van de overheid is beperkt tot maximaal 100.000 euro aantoonbare kosten per project. De projecten worden betoelaagd ten belope van maximaal 100% van de totale projectkosten, met uitzondering van de overheadkosten die niet worden gesubsidieerd.
Zie www.vlaanderen.be/landbouw/demo voor meer informatie over de demonstratieprojecten, inclusief erkennings- en projectaanvraag, handleiding bij aanvraagformulier, selectiecriteria.