Het nieuwe economisch jaarverslag van de Waalse voedingsindustrie bevestigt dat de sector een locomotief van de Waalse industrie is. De Waalse voedingsindustrie zorgt voor meer werkgelegenheid, export, investeringen en omzet. Toch staat de competitiviteit van de sector onder druk: de stijgende meerkosten voor energie, de kilometerheffing, de loonkostenhandicap, de opeenstapeling van heffingen en belastingen en niet te vergeten de Brexit en het gastronationalisme remmen de groei van de Waalse voedingsindustrie af. De Waalse voedingsindustrie maakt zich vooral zorgen om het Franse experiment met verplichte oorsprongsetikettering dat in een jaar tijd de export van zuivelproducten met 30% deed dalen.
Meer investeringen en meer werkgelegenheid
In 2016 was de Waalse voedingsindustrie een belangrijke schakel in de Waalse industrie. Na een stijging van 19% van de investeringen in 2015, groeide ze ook op volle kracht in 2016 met nog eens 12% meer investeringen. Tussen 2012 en 2016 steeg het aandeel van de voedingsindustrie in het totaal van de industriële investeringen van 14,8% naar 24,8%. Die Waalse investeringen vinden vooral plaats binnen de sectoren van de aardappelverwerking, de brood- en banketbakkerij, de dranken, de chocolade, het vlees en de ingrediënten.
In 2016 steeg de omzet van de Waalse voedingsindustrie met 1,5% tot 8 miljard euro. Ook de export steeg met 1,5%, vooral door meer uitvoer naar landen buiten de Europese Unie. De Waalse voedingsindustrie zorgde ook voor meer industriële werkgelegenheid. In 2016 verschafte ze een job aan 21.395 werknemers, een toename van 4%. De voedingsindustrie vertegenwoordigt 17,9% van de Waalse industriële tewerkstelling, ofwel bijna één industriële werknemer op vijf.
Gastro-nationalisme à la française : 30% minder export van zuivel
“De Waalse voedingsindustrie toont opnieuw dat het een enorm groeipotentieel heeft, maar we mogen onze ogen niet sluiten voor een aantal duidelijke obstakels die de groei kunnen afremmen, te beginnen met de opeenstapeling van taksen en heffingen”, nuanceert Guy Paternoster, voorzitter van FEVIA Wallonie. “We moeten de competitiviteit van de sector versterken om ons groeimodel in stand te houden en jobcreatie in Wallonië mogelijk te maken. Ondanks de taxshift bedraagt de loonkostenhandicap nog steeds 17,5%. Maar we zien ook dat de meerkosten op de elektriciteitsrekening met 337% stegen sinds 2009 en dat de kilometerheffing onze sector hard treft. Dat grensaankopen blijven toenemen sinds 2008 en in 2016 opnieuw met bijna 8% stegen is dus geen toeval.”
Het oprukkende protectionisme baart de sector zorgen: de Brexit, de handelspolitiek van president Trump en de verplichte oorsprongsetikettering voor zuivel en vlees in Frankrijk bedreigen zowel de Waalse voedingsindustrie als de landbouwers. De Waalse voedingsindustrie maakt zich vooral zorgen om het Franse experiment, aangezien Frankrijk de grootste afzetmarkt is. Door de verplichte oorsprongsetikettering daalde de export van zuivelproducten met 30% in minder dan een jaar.
Een andere bron van ongerustheid is de leeftijdspiramide van de werknemers actief binnen de Waalse voedingsindustrie. Er is onvoldoende instroom, het aantal 50-plussers neemt toe en de sector kampt met een tekort aan technische profielen. De sector is voorstander om meer in te zetten op duaal leren en stages in bedrijven om jongeren met het juiste profiel aan te trekken.
Waalse voedingsindustrie gebruikt 60% Belgische landbouwproducten
De Waalse voedingsindustrie is sterk afhankelijk van de eerste verwerking en is dus ook sterk verbonden met de landbouw. Niet minder dan 60% van de verwerkte producten van de Belgische voedingsindustrie zijn afkomstig uit de Belgische landbouw. Net zoals de landbouwers zien ook de Waalse voedingsbedrijven af van de schommelingen van de grondstoffenprijzen. Zo was de groei in productievolume in 2016 opvallend hoger dan de omzetgroei. Dit heeft vooral te maken met de lagere prijzen voor zuivel-, vlees- en suikerproducten.
“We zijn partners van onze landbouwers en moeten samen werken aan duurzame groei,” herinnert Guy Paternoster, voorzitter van FEVIA Wallonie. “Door te investeren en te innoveren kunnen we ook effectief duurzaam groeien en dat komt ook Belgische landbouwers, onze leveranciers, ten goede. Laten we dus samen nog meer het promotiemerk “Food.be - Small country. Great food.” gebruiken om de kwaliteit, diversiteit en innovatie van Belgische voeding in de kijker te zetten, zowel in binnen- als in buitenland.
Op weg naar meer duurzaamheid met een minimale klimaatimpact
De Waalse voedingsindustrie neemt haar verantwoordelijkheid op met maatregelen om de milieu-impact van haar bedrijven te verminderen en energie-efficiëntie te verhogen. De sector neemt daarbij het voortouw in de strijd tegen klimaatsveranderingen door bijvoorbeeld installaties in gebruik te nemen die hernieuwbare energie produceren. In 2016 namen al 64 Waalse voedingsbedrijven deel aan het “Accord de Branche Energie/CO2”, waarmee ze zich engageren voor de beperking van CO2-emissie en een verhoging van de energie-efficiëntie. Dit sectorakkoord overkoepelt tal van initiatieven om een duurzame groei te verzekeren met een zo beperkt mogelijke impact op het klimaat.
De voedingsindustrie kan enkel in samenspraak met alle actoren van de keten een duurzame groei verzekeren. Op vlak van innovatie werkt de voedingsindustrie samen met Wagralim, de innovatiepool van de agrovoedingsindustrie, en met de andere partners in de voedingsketen, aan het initiatief “D’Avenir” om de duurzame groei van het Waals agrovoedingssysteem te bevorderen. Het initiatief D’Avenir levert een toegevoegde waarde op aan de Waalse voedingsindustrie, dankzij de kennisuitwisseling en samenwerking met alle betrokken partijen die hieruit voorvloeien. FEVIA Wallonie roept de Waalse autoriteiten op om samen met alle betrokken partijen dit keteninitiatief te steunen.