Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 03 okt 2017 09:35 

Erkenning van de vorst tussen 15 en 30 april 2017 als landbouwramp gepubliceerd


Besluit van de Vlaamse Regering houdende erkenning van de vorst tussen 15 en 30 april 2017 als landbouwramp en de afbakening van de geografische uitgestrektheid en de getroffen teelten van die ramp

DE VLAAMSE REGERING,

Gelet op de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen, artikel 2, § 1, eerste lid, 2°, en § 2;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 augustus 1976 tot vaststelling van de vorm en de termijn van indiening der aanvragen tot financiële tegemoetkoming wegens schade aan private goederen veroorzaakt door natuurrampen (algemene rampen en landbouwrampen), gewijzigd door het koninklijk besluit van 20 februari 1995, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 juni 1984, 19 december 1984, 9 april 1990, 20 februari 1995 en 18 december 1998;

Gelet op het koninklijk besluit van 7 april 1978 tot vaststelling van de percentages, veranderlijk per gedeelten van het nettototaal bedrag van de geleden schade, evenals van het bedrag van de vrijstelling en van het abattement voor de berekening van de herstelvergoeding van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door landbouwrampen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 20 juli 2000, 6 mei 2002 en 8 november 2007;

Gelet op de weigering van 11 juli 2017 van het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de aanvragen tot schadeloosstelling van de geteisterde landbouwers zonder verwijl ingediend moeten worden;
Overwegende dat de definitieve schadevaststellingen gerichter kunnen gebeuren en dat de definitieve schadeaangifte en de tegemoetkomingsaanvraag pas na de erkenning van de landbouwramp kunnen worden ingediend;
Overwegende dat de definitieve schadevaststellingen zo snel mogelijk moeten kunnen aanvatten om een correcte schadevaststelling mogelijk te maken;
Overwegende dat een spoedige erkenning en een correcte behandeling en uitbetaling van de vergoedingsaanvragen noodzakelijk zijn om de continuïteit van de getroffen landbouwbedrijven te verzekeren;
Gelet op de inlichtingen die de Vlaamse steden en gemeenten hebben verstrekt over de omvang van de schade die de vorst heeft veroorzaakt;
Gelet op het advies van het Koninklijk Meteorologisch Instituut van 15 mei 2017;
Gelet op het technische verslag van het Departement Landbouw en Visserij van 23 juni 2017, waarin besloten wordt dat het fenomeen voldoet aan de criteria, vastgelegd in de wet van 12 juli 1976;
Overwegende dat er in de tweede helft van april 2017 vorst is opgetreden op het Vlaams grondgebied;
Overwegende dat de vorst belangrijke schade heeft toegebracht aan teelten en aanplantingen op Vlaamse land- en tuinbouwbedrijven en dat het inkomensverlies het voortbestaan van bepaalde bedrijven in gevaar brengt;
Overwegende dat de vorst van 15 tot 30 april 2017 een uitzonderlijk karakter heeft;

Op voorstel van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw;

Na beraadslaging,

Besluit :

Artikel 1. De schade aan de volgende teelten die veroorzaakt is door de vorst van de tweede helft van april 2017, wordt beschouwd als een landbouwramp en wordt erkend als een schadelijk feit als vermeld in artikel 2, § 1, eerste lid, 2°, van de wet van 12 juli 1976 betreffende het herstel van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door natuurrampen:
1° fruitteelt;
2° sierteelt;
3° noten;
4° boomkwekerij;
5° wijnbouw
.

Art. 2. De geografische uitgestrektheid van de landbouwramp door de vorst van de tweede helft van april 2017, vermeld in artikel 1, omvat het geheel van het Vlaamse grondgebied.

Art. 3. Er kan alleen een tegemoetkoming voor de schade, vermeld in artikel 1, worden verkregen als het productieverlies per landbouwer en per teelt minstens 30% bedraagt. Dat productieverlies per teelt wordt berekend op basis van de totale oppervlakte van de teelt.

Art. 4. De tegemoetkoming voor de schade, vermeld in artikel 1, wordt berekend conform artikel 25 van Verordening nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard, gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie L193 van 1 juli 2014.

Art. 5. Voor de berekening van de tegemoetkoming voor de schade, vermeld in artikel 1, wordt elke feitelijke vereniging van natuurlijke personen die onder hetzelfde landbouwernummer of hetzelfde ondernemingsnummer geregistreerd is, beschouwd als één enkele uitbater van het geteisterde goed.

Art. 6. Alleen schadelijders die over een actief ondernemingsnummer bij de Kruispuntbank van Ondernemingen beschikken, komen in aanmerking voor een tegemoetkoming voor de schade, vermeld in artikel 1.

Art. 7. Het koninklijk besluit van 7 april 1978 tot vaststelling van de percentages, veranderlijk per gedeelten van het nettototaal bedrag van de geleden schade, evenals van het bedrag van de vrijstelling en van het abattement voor de berekening van de herstelvergoeding van zekere schade veroorzaakt aan private goederen door landbouwrampen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 20 juli 2000, 6 mei 2002 en 8 november 2007, wordt toegepast binnen de mogelijkheden van verordening nr. 702/2014 van de Commissie van 25 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun in de landbouw- en de bosbouwsector en in plattelandsgebieden op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie met de interne markt verenigbaar worden verklaard.

Art. 8. De Vlaamse minister, bevoegd voor de landbouw, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 22 september 2017.

De minister-president van de Vlaamse Regering,
G. BOURGEOIS
De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw
J. SCHAUVLIEGE



  Nieuwsflash
 
INTERPOM 2024Lees meer
 
 
Attert is de rijkste gemeente en Sint-Joost-ten-Node de armste in 2022 Lees meer
 
 
Diepgronder staat niet garant voor goede bodemstructuur Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Omgeving. Begroting 2025Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Landbouw en Tuinbouw Begroting 2025 Lees meer
 
 
Ontdek de voordelen van GLB-steunmaatregelen voor jouw teeltplan 2025 Lees meer
 
 
Plantenwortels veranderen hun groeipatroon tijdens de ‘puberteit’ Lees meer
 
 
Extremer weerLees meer
 
 
Opnieuw recorduitstoot CO˛Lees meer
 
 
Gezond en duurzaam voedsel voor de toekomstLees meer
 
 
Statuut gemeentelijke schattingscommissies Lees meer
 
 
Impact noodweer Spanje op de Vlaamse prijsevolutie groenten en fruitLees meer
 
 
Landbouw in 2024: minder wintergewassen door hevige regen Lees meer