|
09 nov 2017 |
09:32 |
|
Waalse controle van de productie en de afzet van zaaizaden en pootgoed
Besluit van de Waalse Regering houdende vaststelling van de rechten en retributies voor de uitvoering van de maatregelen getroffen in verband met de controle van de productie en de afzet van zaaizaden en pootgoed
|
Gelet op het Waals Landbouwwetboek, artikelen D.134, eerste lid, 6°, en D.193, § 2;
Gelet op het koninklijk besluit van 25 oktober 1991 houdende vaststelling van de vergoedingen, verschuldigd voor de keuring van zaaizaad en pootgoed voor land- en tuinbouw, alsmede van de vergoedingen verschuldigd voor de uitoefening van bepaalde beroepen in de land-, tuin- en bosbouw;
Gelet op het koninklijk besluit van 23 september 1997 houdende vaststelling van het tarief van de analyses uitgevoerd door de Rijksanalyseslaboratoria;
Gelet op het koninklijk besluit van 17 december 1997 tot bepaling van de retributies te betalen in het kader van de erkenning als loontrieerder;
Gelet op het koninklijk besluit van 28 februari 2008 tot bepaling van de rechten te betalen inzake de inschrijving van de rassen in de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 19 januari 2017;
Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 30 maart 2017;
Gelet op het advies van de Raad van het Begrotingsfonds voor de kwaliteit van dierlijke en plantaardige producten, gegeven op 28 januari 2017, overeenkomstig artikel 5, 1°, van het besluit van de Waalse Regering van 19 april 2007 betreffende de Raad van het Begrotingsfonds voor de kwaliteit van dierlijke en plantaardige producten;
Gelet op het overleg tussen de gewestelijke Regeringen en de federale overheid van 20 april 2017;
Gelet op het rapport van 6 juli 2017, opgemaakt overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;
Gelet op het advies 61.850/4 van de Raad van State, gegeven op 20 september 2017, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 2° januari 1273;
Op de voordracht van de Minister van Landbouw;
Na beraadslaging,
Besluit :
HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en begripsomschrijvingen
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° de catalogus: de rassencatalogus voor landbouwgewassen of de rassencatalogus voor groentegewassen vastgesteld bij het besluit van de Waalse Regering van 24 april 2014 betreffende de rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen en tot opheffing van verschillende desbetreffende bepalingen;
2° het Wetboek : het Waalse landbouwwetboek;
3° het OHB-onderzoek: het onderzoek betreffende onderscheidbaarheid, homogeniteit en bestendigheid van een ras;
4° het CGW-onderzoek: het onderzoek betreffende de cultuur- en gebruikswaarde van een ras;
5° de sector landbouw- en groentezaden: de sector betrokken bij de toepassingsgebieden van de besluiten van de Waalse Regering bedoeld in artikel 2, eerste lid, 4°, 5°, 6°, 7° en 11°;
6° de bosbouwsector : de sector betrokken bij het toepassingsgebied van het besluit van de Waalse Regering bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2°;
7° de fruitteeltsector: de sector betrokken bij het toepassingsgebied van het besluit van de Waalse Regering bedoeld in artikel 2, eerste lid, 10°;
8° de sector plantgoed van groentegewassen: de sector betrokken bij het toepassingsgebied van het besluit van de Waalse Regering bedoeld in artikel 2, eerste lid, 9°;
9° de sector siergewassen: de sector betrokken bij het toepassingsgebied van het koninklijk besluit bedoeld in artikel 2, eerste lid, 1°;
10° de sector aardappelpootgoed : de sector betrokken bij het toepassingsgebied van het besluit van de Waalse Regering bedoeld in artikel 2, eerste lid, 12°;
11° de sector wijnstok: de sector betrokken bij het toepassingsgebied van het besluit van de Waalse Regering bedoeld in artikel 2, eerste lid, 3°;
12° de Dienst : de Directie Kwaliteit van het Departement Ontwikkeling van het Operationeel Directoraat-generaal Landbouw, Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu van de Waalse Overheidsdienst;
13° het besluit van de Waalse Regering van 24 april 2014 : het besluit van de Waalse Regering van 24 april 2014 betreffende de rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen en tot opheffing van verschillende desbetreffende bepalingen;
14° het besluit van de Waalse Regering van 23 april 2009 : het besluit van de Waalse Regering van 23 april 2009 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt;
15° het besluit van de Waalse Regering van 1 juni 2006: het besluit van de Waalse Regering van 1 juni 2006 betreffende het sorteren tegen loon van zaden van bepaalde soorten van landbouwgewassen bestemd om te worden ingezaaid.
Art. 2. Dit besluit stelt de rechten en retributies vast die betaald moeten worden aan het Begrotingsfonds voor de kwaliteit van de dierlijke en plantaardige producten, ingesteld in artikel D.189 van het Wetboek, voor de uitvoering door de Dienst van de maatregelen genomen op basis van:
1° het koninklijk besluit van 21 december 1999 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van siergewassen;
2° het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2003 betreffende de productie en het in de handel brengen van bosbouwkundig teeltmateriaal;
3° het besluit van de Waalse Regering van 17 juli 2003 betreffende het in de handel brengen van vegetatief teeltmateriaal voor wijnstokken;
4° het besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006 betreffende de productie en het in de handel brengen van bietenzaad;
5° het besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006 betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaigranen;
6° het besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006 betreffende de productie en het in de handel brengen van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie;
7° het besluit van de Waalse Regering van 9 februari 2006 betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaizaad van groenvoedergrassen;
8° het besluit van de Waalse Regering van 1 juni 2006;
9° het besluit van de Waalse Regering van 5 juli 2007 betreffende de productie en het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van zaad;
10° het besluit van de Waalse Regering van 23 april 2009;
11° het besluit van de Waalse Regering van 6 december 2012 betreffende de productie en het in de handel brengen van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen;
12° het besluit van de Waalse Regering van 20 maart 2014 betreffende de productie en het in de handel brengen van pootaardappelen;
13° het besluit van de Waalse Regering van 24 april 2014.
Dit besluit is van toepassing op de retributies verschuldigd voor de prestaties verricht door de Dienst op verzoek van derden, zonder gebonden te zijn aan verplichtingen vastgesteld bij de in het eerste lid bedoelde besluiten.
HOOFDSTUK II. - Retributies en rechten verschuldigd voor de inschrijving en het behoud van de rassen in de catalogus
Art. 3. § 1. De aanvrager van de inschrijving van een ras in de catalogus betaalt :
1° een retributie voor de formaliteiten gebonden aan de neerlegging van de aanvraag tot inschrijving;
2° een retributie voor de deelname aan het OHB-onderzoek;
3° een retributie voor de deelname aan het CGW-onderzoek;
4° een jaarlijkse retributie voor de formaliteiten gebonden aan het behoud van de inschrijving in de catalogus.
§ 2. Om het bedrag van de retributies en rechten te bepalen, worden de gewassoorten in vier klassen ingedeeld:
1° klasse A : maïs en suikerbiet;
2° klasse B : gerst, tarwe, aardappelen, vlas, koolzaad voor oliewinning en niet duurzame grasgewassen;
3° klasse C : duurzame grasgewassen en andere duurzame landbouwsoorten;
4° klasse D: landbouwsoorten die niet in de klassen A, B en C opgenomen zijn en groentesoorten.
De retributies en rechten worden overeenkomstig bijlage 1 vastgesteld.
Art. 4. De retributie verschuldigd voor het neerleggen van de inschrijvingsaanvraag wordt betaald op grond van een debetnota gericht door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde. Het verschuldigde bedrag is het bedrag van kracht op de uiterste datum voor de indiening van de aanvraag voor de ras voor het lopende jaar die vastgesteld is door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde overeenkomstig artikel 13, § 1, 1°, van het besluit van 24 april 2014. In geval van intrekking van de aanvraag worden de voor de neerlegging van de aanvraag betaalde retributies niet terugbetaald.
Art. 5. § 1. De retributies verschuldigd voor de deelname aan het OHB-onderzoek worden per onderzoeksperiode betaald op grond van een debetnota gericht door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde. Het bedrag van de verschuldigde retributie is het bedrag van kracht op de uiterste datum van ontvangst van het vegetatieve reproductie- of vermenigvuldigingsmateriaal met het oog op het OHB-onderzoek van de betrokken ras, die vastgesteld is door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde overeenkomstig artikel 14, § 2, van het besluit van 24 april 2014. In geval van intrekking van de aanvraag worden de betaalde retributies alleen terugbetaald indien de datum van begin van de onderzoeksperiode voor de betrokken ras niet vervallen is op de datum van intrekking van de aanvraag.
§ 2. Indien voor het OHB-onderzoek een beroep gedaan wordt op een buitenlandse dienst of deskundige, is het verschuldigde bedrag het door die dienst of deskundige gefactureerde bedrag, desgevallend met inbegrip van de bijkomende kosten verschuldigd overeenkomstig de aan de genetisch gemodificeerde soorten opgelegde voorwaarden. De uitgevoerde test inzake variëteitsidentiteit wordt desgevallend beschouwd als deel uitmakend van dat OHB-onderzoek.
In de gevallen omschreven in het eerste lid worden de overeenkomstig de bepalingen van § 1 betaalde retributies beschouwd als voorschotten en wordt de afrekening gemaakt na ontvangst van de factuur van de buitenlandse dienst of deskundige.
Art. 6. De retributies verschuldigd voor de deelname aan het CGW-onderzoek worden voor elke onderzoeksperiode betaald op grond van een debetnota gericht door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde. Het bedrag van de verschuldigde retributie is het bedrag van kracht op de uiterste datum van ontvangst van het vegetatieve reproductie- of vermenigvuldigingsmateriaal met het oog op het CGW-onderzoek van de betrokken ras, die vastgesteld is door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde overeenkomstig artikel 14, § 2, van het besluit van 24 april 2014. In geval van intrekking van de aanvraag worden de betaalde retributies alleen terugbetaald indien de datum van begin van de onderzoeksperiode voor het betrokken soort niet vervallen is op de datum van intrekking van de aanvraag.
Indien verschillende types CGW-onderzoeken voor eenzelfde ras voorgesteld worden, is de retributie per aangevraagd type verschuldigd. Als een aanvullende CGW- proef naast het basisonderzoek wordt gewenst, wordt het bedrag van de retributie voor het CGW-onderzoek vermeerderd met 20 %, aangezien deze aanvullende CGW-proef al dan niet voorzien is in het testprotocol van de betrokken ras.
Als een aanvullende analyse naast de in het testprotocol van het betrokken soort bedoelde basisanalyses wordt gevraagd, is de kostprijs zoals gefactureerd door het laboratorium dat deze analyse heeft uitgevoerd, verschuldigd.
Art. 7. In geval van een genetisch gemodificeerd ras zijn ook, naast de in de artikelen 5 en 6 bedoelde retributies, de voorwaarden en bijdragen vastgesteld in titel V, hoofdstuk 2 van het Wetboek en bij het besluit van de Waalse Regering van 27 maart 2009 betreffende de coëxistentie van genetisch gemodificeerde teelten naast gangbare en biologische teelten, van toepassing.
Art. 8. Vanaf 1 januari volgend op het jaar waarin een ras in de catalogus is ingeschreven, is een jaarlijks recht voor het behoud van de inschrijving per periode van twaalf maanden verschuldigd. Het bedrag van het verschuldigde recht is het bedrag van kracht op 1 januari van het betrokken jaar. Dit jaarlijkse recht wordt betaald op grond van een debetnota gericht door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde.
Als het jaarlijkse recht niet binnen vierenveertig dagen na ontvangst de debetnota wordt betaald, wordt de inschrijving van de ras in de rassencatalogus nietig verklaard op 1 januari van het betrokken jaar en wordt de ras niet opgenomen bij de volgende bekendmaking van de rassencatalogus. Artikel 16, § 2, is niet van toepassing.
HOOFDSTUK III. - Retributies verschuldigd voor de inschrijving van de rassen van de fruitteeltsector in het rassenregister van het teelmateriaal van fruitgewassen
Art. 9. § 1. De aanvrager betaalt een retributie van 237 euro voor het neerleggen en het onderzoek van de aanvraag tot registratie in het rassenregister van een fruitras met een officiële beschrijving, overeenkomstig artikel 8, § 4, van het besluit van de Waalse Regering van 23 april 2009. De retributie verschuldigd voor het neerleggen van de registratie-aanvraag wordt betaald op grond van een debetnota gericht door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde. Het verschuldigde bedrag is het bedrag van kracht op de datum van ontvangst van de aanvraag. In geval van intrekking van de aanvraag wordt de retributie die voor de indiening van de aanvraag is betaald, niet terugbetaald.
Indien de te registreren ras ingeschreven is bij het Communautair Bureau voor plantenrassen (CPVO), wordt het bedrag van de in het eerste lid bedoelde retributie teruggebracht tot 50 euro.
§ 2. De retributie verschuldigd voor de veldproeven vereist voor de registratie van de ras is het bedrag gefactureerd door de instelling die de proeven uitvoert. De retributie verschuldigd voor de veldproeven wordt betaald op grond van een debetnota gericht door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde. Er worden geen aanvullende kosten vereist voor het behoud of de verlenging van de registratie van de ras in het rassenregister.
Art. 10. De aanvrager betaalt een retributie van 50 euro voor het neerleggen en het onderzoek van de aanvraag tot registratie in het rassenregister van een fruitras met een officiële beschrijving, overeenkomstig artikel 8, § 4, van het besluit van de Waalse Regering van 23 april 2009. De retributie verschuldigd voor het neerleggen van de registratie-aanvraag wordt betaald op grond van een debetnota gericht door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde. Het verschuldigde bedrag is het bedrag van kracht op de datum van ontvangst van de aanvraag. In geval van intrekking van de aanvraag wordt de retributie die voor de indiening van de aanvraag is betaald, niet terugbetaald. Er is geen retributie verschuldigd voor de registratie van een fruitras met een officiële beschrijving indien deze ras vóór 1 januari 2017 in de handel wordt gebracht. Er worden geen aanvullende kosten vereist voor het behoud of de verlenging van de registratie van de ras in het rassenregister.
HOOFDSTUK IV. - Retributies en rechten voor de controle op de kwaliteit van zaaizaden en pootgoed
Art. 11. § 1. De operator van wie de registratie vereist wordt bij de in artikel 2 bedoelde besluiten moet voor de in bijlage 2 bedoelde activiteiten een jaarlijkse retributie betalen zolang de uitoefende activiteiten een registratie vereisen. De operator van wie de erkenning vereist wordt bij de in artikel 2 bedoelde besluiten moet voor de in bijlage 2 bedoelde activiteiten een jaarlijkse retributie betalen zolang zijn activiteiten een erkenning vereisen. Wanneer een operator een retributie voor een erkenning in een sector betaalt, betaalt hij geen enkele retributie voor een registratie in dezelfde sector. Er is geen enkele retributie verschuldigd voor de aan een registratie onderworpen activiteiten die niet vermeld worden in bijlage 2.
De bedragen van de in het eerste lid bedoelde retributies worden per sector in bijlage 2 vastgesteld. De retributie dekt de activiteiten die tijdens één jaar van 1 juli tot 30 juni worden uitgeoefend. Het totale bedrag van de retributies verschuldigd voor de registraties van een operator wordt op 135 euro beperkt. Het totale bedrag van de retributies verschuldigd voor de erkenningen van een operator wordt op 525 euro beperkt.
De voor een erkenning betaalde retributie vormt een bijdrage in de administratieve kosten en in de controlekosten gebonden aan de toekenning van de erkenning en de verlenging ervan. De retributie betaald voor de erkenning van een laboratorium voor de analyse van zaden omvat de bijdrage in de auditkosten van dit laboratorium. De voor de registratie betaalde retributie vormt een bijdrage in de administratieve kosten gebonden aan de registratie en de controlekosten van de uitoefende activiteiten, overeenkomstig de in artikel 2 bedoelde besluiten.
§ 2. De in § 1 vermelde retributie is niet verschuldigd voor de registratie van een persoon die de activiteit uitoefent van leverancier van:
1° teeltmateriaal van fruitgewassen dat hij alleen aan niet-professionele eindverbruikers verkoopt of levert;
2° teeltmateriaal van siergewassen dat hij alleen aan personen verkoopt of levert, die zich niet beroepshalve bezighouden met de productie of verkoop van siergewassen of teeltmateriaal.
3° van plantgoed van groentegewassen, die zijn activiteit beperkt tot enkel distributie van niet op zijn eigen bedrijf geproduceerd en verpakt teeltmateriaal van plantgoed van groentegewassen of tot het leveren van kleine hoeveelheden teeltmateriaal van plantgoed van groentegewassen aan niet-professionele eindverbruikers.
Art. 12. § 1. De retributie verschuldigd voor de bijdrage in de opleidingskosten van een keurmeester of van een monsternemer met het oog op zijn erkenning, overeenkomstig de in artikel 2 bedoelde besluiten, wordt in bijlage 2 vastgesteld.
De betaling van de in het eerste lid bedoelde retributie maakt de inschrijving voor de opleiding geldig. De retributie omvat de kosten van de inschrijving voor de examens en wordt niet terugbetaald indien de opleiding niet tot het einde daarvan wordt voortgezet of indien de examens niet worden afgelegd. Wanneer de erkenning verworven wordt, dekt de retributie betaald voor de bijdrage in de opleidingskosten alle toekomstige opleidingen en bijscholingen zolang de keurmeester of de monsternemer zijn erkenning behoudt. De retributie wordt verschuldigd door de keurmeester of de monsternemer die zijn erkenning heeft verloren en die zich inschrijft voor een nieuwe opleiding om bedoelde erkenning opnieuw te verkrijgen.
De in het eerste lid bedoelde retributie wordt niet verschuldigd door de keurmeester of monsternemer erkend op de datum van inwerking van dit besluit. De inschrijving voor een opleiding met het oog op de uitbreiding van de omvang van een erkenning vereist de betaling van de in het eerste lid bedoelde retributie.
§ 2. De retributie verschuldigd voor de inschrijving van een keurmeester of van een monsternemer voor de examens met het oog op zijn erkenning, overeenkomstig de in artikel 2 bedoelde besluiten, wordt in bijlage 2 vastgesteld.
De betaling van de in het eerste lid bedoelde retributie valideert de inschrijving voor de examens en wordt niet terugbetaald indien de examens niet worden afgelegd. De retributie dekt de inschrijving voor één enkele examensessie.
§ 3. De retributie verschuldigd voor de bijdrage in de opleidingskosten voor de kwalificatie van een analist of hoofdanalist in het kader van de erkenning van het laboratorium dat hem in dienst neemt, overeenkomstig de in artikel 1 bedoelde besluiten, wordt in bijlage 2 vastgesteld.
De betaling van de in het eerste lid bedoelde retributie valideert de inschrijving voor de opleiding. De retributie omvat de kosten van de inschrijving voor de examens en wordt niet terugbetaald indien de opleiding niet tot het einde daarvan wordt voortgezet of indien de examens niet worden afgelegd. Wanneer de kwalificatie verworven wordt, dekt de retributie betaald voor de bijdrage in de opleidingskosten alle toekomstige opleidingen en bijscholingen zolang de analist zijn kwalificatie behoudt. De retributie wordt verschuldigd door de analist die zijn kwalificatie heeft verloren en die zich inschrijft voor een nieuwe opleiding om bedoelde kwalificatie opnieuw te verkrijgen.
De in het eerste lid bedoelde retributie wordt niet verschuldigd door de analist gekwalificeerd op de datum van inwerking van dit besluit. De inschrijving voor een opleiding met het oog op de uitbreiding van de omvang van een kwalificatie vereist de betaling van de in het eerste lid bedoelde retributie.
§ 4. De retributie verschuldigd voor de inschrijving van een analist of van een hoofdanalist voor de examens met het oog op zijn kwalificatie, overeenkomstig de in artikel 2 bedoelde besluiten, wordt vastgesteld in bijlage 2.
De betaling van de in het eerste lid bedoelde retributie valideert de inschrijving voor de examens en wordt niet terugbetaald indien de examens niet worden afgelegd. De retributie dekt de inschrijving voor één enkele examensessie.
Art. 13. § 1. Voor de bijdrage in de kosten gebonden aan de verrichtingen voor de certificering van zaaizaden en pootgoed, bepaald in de in artikel 2 bedoelde besluiten, betaalt de aanvrager een retributie voor:
1° de inschrijving ter keuring van teelten van zaaizaden en pootgoed;
2° de controle van teelten van zaaizaden en pootgoed;
3° de monsterneming op akkerland of op de partijen;
4° de analyses uitgevoerd door het laboratorium van de Dienst;
5° de voorziene verplichte handelingen op de partijen;
6° de etiketten, de officiële certificeringsetiketten, de attesten en andere documenten afgegeven door de Dienst;
7° de tegenkeuringen wanneer ze ten laste zijn van de aanvrager;
8° de bijkomende controles waarom de aanvrager van de certificering verzoekt;
9° de overbodige verplaatsingen die te wijten zijn aan de aanvrager.
De in het eerste lid, 5°, bedoelde verplichte interventies op de partijen dekken de activiteiten betreffende de certificering, hercertificering, herbewerking, samenstelling, menging, samenstelling van mengsels, splitsing, ontloding uitgevoerd op een partij van zaaizaden of pootgoed.
In afwijking van het eerste lid is geen enkele retributie verschuldigd voor het basiscertificaat afgegeven overeenkomstig artikel 11van het besluit van de Waalse Regering van 15 mei 2003 betreffende de productie en het in de handel brengen van bosbouwkundig teeltmateriaal.
§ 2. Voor de controles van zaaizaden en pootgoed waarvan de afzet niet onderworpen is aan een certificering betaalt de erkende of geregistreerde operator een retributie voor :
1° de verplichte interventies bedoeld in de in artikel 2 bedoelde besluiten;
2° de documenten of etiketten afgeleverd door de Dienst;
3° de bijkomende controles en verplaatsingen, op verzoek van de betrokken operator;
4° de analyses uitgevoerd door het laboratorium van de Dienst.
§ 3. De bedragen van de retributies bepaald in § 1, eerste lid, 1° tot 3°, 5°, 9°, en in § 2, 1° tot 3°, worden in bijlage 3 vastgesteld.
De bedragen van de retributies voor de analyses bedoeld in § 1, eerste lid, 4°, en in § 2, 4°, worden per soort analyse in bijlage 4 vastgesteld. De in bijlage 4 vermelde bedragen zijn ook van toepassing voor de analyses uitgevoerd op verzoek van een operator en voor de tegenkeuringsanalyses ten laste van de aanvrager. Een tegenkeuring is ten laste van de aanvrager wanneer haar resultaat het resultaat van de oorspronkelijke analyse bevestigt. De prijs van een analyse die niet vermeld wordt in bijlage 4, wordt vastgesteld door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde op gemotiveerd voorstel van de verantwoordelijke voor het laboratorium van de Dienst. De prijs wordt met redenen omkleed naar gelang van de gelijkenis van de analyse met één van de analyses vermeld in bijlage 4, waarbij rekening gehouden wordt met de werklast. Voor de analyses die als dringend worden aangevraagd, wordt het bedrag van de retributie, vermeld in bijlage 4, met 50 % verhoogd als de proeven worden aangevat binnen vijf werkdagen na de ontvangst van het monster.
Voor elke analyse uitgevoerd door een ander laboratorium van de Dienst is het tarief van dit andere laboratorium van toepassing behalve overeenkomst tussen de Dienst en het betrokken laboratorium. Het tarief van dit andere laboratorium is van toepassing voor de tegenkeuring ten laste van de aanvrager. Het laboratorium dat de analyse uitvoert, zorgt voor de facturering van de analyses. In geval van overeenkomst tussen het laboratorium en de Dienst zijn de in de overeenkomst vastgestelde tarieven en betalingsmodaliteiten van toepassing.
§ 4. De op verzoek van één persoon uitgevoerde prestaties die vallen onder de technische bevoegdheden van de Dienst zonder gebonden te zijn aan certificerings- of controleverrichtingen vereist bij de in artikel 2 bedoelde besluiten en die niet vermeld worden in bijlage 3, worden onderworpen aan het algemene tarief van 25 euro per begonnen halfuur. Voor de prestaties uitgevoerd op een zaterdag, zondag of een verlofdag bedraagt het tarief 50 euro per begonnen halfuur.
Art. 14. Er is geen enkele retributie verschuldigd door de inschrijvingsnemer voor een veldkeuring uitgevoerd door een officieel erkende inspecteur die door hem in dienst wordt genomen onder de delegatievoorwaarden bepaald in de in artikel 2 bedoelde besluiten. Er is geen enkele retributie verschuldigd door de inschrijvingsnemer voor een monsterneming uitgevoerd door een officieel erkende inspecteur die door hem in dienst wordt genomen onder de delegatievoorwaarden bepaald in de in artikel 2 bedoelde besluiten. Er is geen enkele retributie verschuldigd voor een monsterneming uitgevoerd door een automatisch monsternemingsapparaat. De verkleining door de Dienst van een monster genomen door een automatisch monsternemingsapparaat wordt onderworpen aan een retributie waarvan het bedrag in bijlage 3 wordt vastgesteld.
De officieel erkende inspecteur die door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde wordt gemandateerd, wordt bezoldigd tegen het bedrag van de retributie vastgesteld voor de controle van de teelt. De officieel erkende inspecteur die door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde wordt gemandateerd, wordt bezoldigd tegen het bedrag van de retributie vastgesteld voor de monsterneming.
HOOFDSTUK V. - Retributies verschuldigd door de loontrieerders
Art. 15. De retributie verschuldigd voor de aanvraag of de verlenging van de erkenning als loontrieerder overeenkomstig het besluit van de Waalse Regering van 1 juni 2006 wordt op 145 euro per vaste of verplaatsbare installatie vastgesteld. Deze retributie is ten laste van de persoon die om de erkenning verzoekt, en dekt de bijdrage van de loontrieerder in de controlekosten, met uitzondering van de kosten van de bijkomende controles die het gevolg zijn van de vaststelling van de niet-naleving van de aanvraag voor een corrigerende actie.
De retributie is verschuldigd bij de indiening van de erkenningsaanvraag. De jaarlijkse retributie verschuldigd voor de verlenging van de erkenning van een installatie wordt betaald op grond van een debetnota gericht door de directeur van de Dienst of diens afgevaardigde. Indien de betaling van de retributie niet uitgevoerd wordt binnen vijfenveertig na ontvangst van de debetnota, wordt de erkenning van de installatie niet verlengd. Artikel 16, § 2, is niet van toepassing. Indien de erkenningsaanvraag of de aanvraag tot verlenging van de erkenning geweigerd wordt, wordt de retributie aan de aanvrager teruggegeven uiterlijk binnen één maand na de kennisgeving van de weigering met uitzondering van een vaste retributie van 70 euro voor de dossierkosten.
Het tarief van 25 euro per begonnen halfuur controle ter plaatse, zoals bepaald in artikel 6, vierde lid, van het besluit van de Waalse Regering van 1 juni 2006, wordt voor de kosten van de bijkomende controles die het gevolg zijn van de vaststelling van de niet-naleving van de aanvraag voor een corrigerende actie, geïndexeerd volgens de modaliteiten van dit besluit. Een aanvullende retributie van 55 euro is verschuldigd voor elke verplaatsing vereist voor de kosten van de bijkomende controles die het gevolg zijn van de vaststelling van de niet-naleving van de aanvraag voor een corrigerende actie.
HOOFDSTUK VI. - Algemene en slotbepalingen
Art. 16. § 1. De krachtens dit besluit verschuldigde retributies en rechten maken het voorwerp uit van een gedetailleerde debetnota. De retributies en rechten worden gestort op de rekening van het Begrotingsfonds voor de kwaliteit van dierlijke en plantaardige producten.
§ 2. De overeenkomstig dit artikel verschuldigde retributies en rechten worden binnen dertig dagen na verzending van de debetnota per gewone post betaald, behalve als een andere termijn op de debetnota vermeld wordt. Indien de debietnota niet op de vervaldatum betaald wordt, wordt een eerste aanmaning per gewone post met een verhoging van het verschuldigde bedrag met 10 euro toegestuurd.
Indien het verschuldigde verhoogde bedrag niet betaald wordt binnen vijfenveertig dagen na de eerste aanmaning, wordt een tweede aanmaning met ingebrekestelling toegestuurd door elk middel dat als verzendingsbewijs geldt in de zin van artikel D.15 van het Wetboek. De zending van de tweede aanmaning heeft een verhoging van 10 percent van het verschuldigde verhoogde bedrag automatisch als gevolg. Indien het verschuldigde verhoogde bedrag vermeerderd met 10 % kleiner is dan 100 euro wordt het verschuldigde bedrag in geval van tweede aanmaning op 100 euro vastgesteld.
Art. 17. De bedragen van de retributies en rechten worden stapsgewijs met vijf percent verhoogd op 1 juli van het kalenderjaar volgend op het kalenderjaar in de loop waarvan het indexcijfer der consumptieprijzen van één van de maanden toeneemt met 5 % of met een veelvoud van 5 % t.o.v. de basisindex.
Voor de rechten en retributies bepaald in de hoofdstukken 2 en 3 is de basisindex het indexcijfer der consumptieprijzen van januari 2017. Voor de rechten en retributies bepaald in de hoofdstukken 4 en 5 is de basisindex het indexcijfer der consumptieprijzen van juli 2017. Het nieuwe tarief maakt het voorwerp uit van een bericht bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art. 18. Opgeheven worden :
1° het koninklijk besluit van 25 oktober 1991 houdende vaststelling van de vergoedingen, verschuldigd voor de keuring van zaaizaad en pootgoed voor land- en tuinbouw, alsmede van de vergoedingen verschuldigd voor de uitoefening van bepaalde beroepen in de land-, tuin- en bosbouw, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 5 september 2001;
2° het koninklijk besluit van 23 september 19973 houdende vaststelling van het tarief van de analyses uitgevoerd door de Rijksanalyseslaboratoria, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli 2000;
3° het koninklijk besluit van 17 december 1997 tot bepaling van de retributies te betalen in het kader van de erkenning als loontrieerder, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli 2000;
4° het koninklijk besluit van 28 februari 2008 tot bepaling van de rechten te betalen inzake de inschrijving van de rassen in de nationale rassencatalogi voor landbouwgewassen en groentegewassen.
Art. 19. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2018, met uitzondering van de retributies verschuldigd voor de analyses uitgevoerd door een laboratorium voor zaadcontrole van de Dienst, waarvoor het vóór 1 januari 2018 vigerende tarief van toepassing is tot 30 juni 2018. Tot 30 juni 2018 wordt elke verrichting gebonden aan de certificering van vٕóór 1 januari 2018 geoogste zaaizaden of pootgoed uitgevoerd tegen het vóór 1 januari 2018 vigerende tarief.
Art. 20. De Minister van Landbouw is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 19 oktober 2017.
Voor de Regering:
De Minister-President,
W. BORSUS
De Minister van Landbouw, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme, Erfgoed en afgevaardigd bij de Grote Regio,
R. COLLIN
BIJLAGE 1
Retributies en rechten verschuldigd voor de inschrijving en het behoud van landbouw- en groentenrassen in de catalogussen
Te innen bedragen per ras |
Klassen |
A |
B |
C |
D |
EUR |
EUR |
EUR |
EUR |
EUR |
Retributie |
|
1°. Voor de neerlegging van de aanvraag |
237 |
2°. Onderzoek naar onderscheidbaarheid, homogeniteit en bestendigheid per onderzoeksperiode |
710 |
|
Suikerbieten |
Maïs |
|
|
|
3°. Onderzoek naar de cultuur- en gebruikswaarde: |
|
a) 1ste en 2de onderzoeksperiode per onderzoeksperiode |
1540 |
1660 |
1185 |
1185 |
830 |
a) 3de en 4ee onderzoeksperiode per onderzoeksperiode |
1540 |
1660 |
1185 |
710 |
830 |
Jaarlijks recht: Voor het behoud van de inschrijving |
a) Eerste jaar |
118 |
118 |
118 |
b) Tweede jaar |
237 |
237 |
189 |
c) Derde jaar |
356 |
356 |
237 |
d) Vierde jaar en volgende jaren |
474 |
356 |
237 |
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 19 oktober 2017 houdende vaststelling van de rechten en retributies voor de uitvoering van de maatregelen getroffen in verband met de controle van de productie en de afzet van zaaizaden en pootgoed.
Namen, 19 oktober 2017.
Voor de Regering:
De Minister-President,
W. BORSUS
De Minister van Landbouw, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme, Erfgoed en afgevaardigd bij de Grote Regio,
R. COLLIN
BIJLAGE 2
Rechten en retributies verschuldigd voor de erkenning, de registratie en de kwalificatie van de operatoren betrokken bij de controle van de productie en de afzet van zaaizaden en pootgoed
Tabel 1 : Jaarlijkse rechten verschuldigd per sector voor de uitoefening van activiteiten onderworpen aan de erkenning van de operator
Sector landbouwzaaizaden en groentenzaden |
|
Handelaar-bereider |
375,00 EUR |
Bereider van mengsels |
75,00 EUR |
Verdeler in kleine verpakkingen |
75,00 EUR |
Repelaar-stockeerder van zaaizaad van vezelvlas |
115,00 EUR |
Laboratorium voor de analyse van zaaizaden |
150,00 EUR |
Verantwoordelijke voor de productie van standaardzaden van groentegewassen |
75,00 EUR |
Sector aardappelpootgoed |
|
Bereiders van pootgoed |
75,00 EUR |
Verdeler in kleine verpakkingen |
75,00 EUR |
Tabel 2 : Jaarlijkse rechten verschuldigd per sector voor de uitoefening van activiteiten onderworpen aan de registratie van de operator
Sector landbouw-en groentenzaden |
|
<Inschrijvingsnemer |
75,00 EUR |
Fruitteeltsector |
|
Leverancier gecertificeerd teeltmateriaal of gecertificeerde planten |
135,00 EUR |
Leverancier gecertificeerd teeltmateriaal of CAC-planten (Conformitas Agraria Communitatis) |
65,00 EUR |
Sector siergewassen, plantgoed van groentegewassen |
|
Leverancier |
65,00 EUR |
Bosbouwsector |
|
<Producent |
135,00 EUR |
Leverancier |
75,00 EUR |
Sector wijnstok |
|
Producent |
135,00 EUR |
Tabel 3: Retributies verschuldigd voor de opleiding met het oog op een erkenning of een kwalificatie per erkennings- of kwalificatiegebied
:Officieel erkende keurder |
150,00 EUR |
:Officieel erkende monsternemer |
150,00 EUR |
Gekwalificeerd analist of gekwalificeerd hoofdanalist |
150,00 EUR |
Inschrijving voor de erkennings- of kwalificatie-examens |
50,00 EUR |
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 19 oktober 2017 houdende vaststelling van de rechten en retributies voor de uitvoering van de maatregelen getroffen in verband met de controle van de productie en de afzet van zaaizaden en pootgoed.
Namen, 19 oktober 2017.
Voor de Regering:
De Minister-President,
W. BORSUS
De Minister van Landbouw, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme, Erfgoed en afgevaardigd bij de Grote Regio,
R. COLLIN
BIJLAGE 3
Retributies verschuldigd voor de activiteiten gebonden aan de certificering en de controle van zaaizaden en pootgoed
Tabel 1: Sector landbouw- en groentenzaden
Activiteiten gebonden aan de certificering |
Retributie |
Eenheid |
Inschrijving van de teelten- normaal |
19,00 EUR |
perceel |
Inschrijving van de teelten- laattijdig |
23,00 EUR |
perceel |
Controle op akkerland |
2,00 EUR |
0,1 ha (of gedeelte van 0,1 ha) |
Tegenkeuring controle op akkerland wanneer ze ten laste zijn van de aanvrager; |
2,00 EUR |
0,1 ha (of gedeelte van 0,1 ha) |
Bijkomende controle ten laste van de aanvrager; onnuttige verplaatsing die te wijten is aan de aanvrager; verplaatsing op verzoek van de aanvrager; vereiste verplaatsing voor een controle-activiteit op een partij bedoeld in artikel 13, § 1, eerste lid, 5°. |
55,00 EUR |
verplaatsing |
Controle-activiteit op een partij bedoeld in artikel 13, § 1, eerste lid, 5 |
5,00 EUR |
gecontroleerde partij |
Bemonstering |
15,00 EUR |
Bemonsterde partij |
Samenstelling van een getest monster vanaf een groter monster |
5,00 EUR |
Gereduceerd monster |
Niet-ingevuld bemonsteringsverslag afgegeven door de Dienst |
4,70 EUR |
Boekje met 25 exemplaren |
Officiële etiketten afgegeven door de Dienst/ ingevuld door de Dienst (zaaizaden) |
2,00 EUR |
10 stukken |
Officiële etiketten afgegeven door de Dienst/ ingevuld door de operator (zaaizaden) |
1,60 EUR |
10 stukken |
Hermetische zelfklevende etiketten afgegeven door de Dienst |
5,40 EUR |
100 stukken |
Tape voor loodverzegeling afgegeven door de Dienst |
1,20 EUR |
10 meter |
Vignetten voor kleine verpakkingen |
3,80 EUR |
100 stukken |
Tabel 2 : sector aardappelpootgoed
Activiteiten gebonden aan de certificering |
Retributie |
EENHEID |
Inschrijving van de teelten- normaal |
19,00 EUR |
perceel |
Inschrijving van de teelten- laattijdig |
23,00 EUR |
perceel |
Controle op akkerland |
1,50 EUR |
0,1 ha (of gedeelte van 0,1 ha) |
Tegenkeuring controle op akkerland wanneer ze ten laste is van de aanvrager; |
55,00 EUR |
perceel |
Bemonstering van knollen op het veld |
10,00 EUR |
perceel |
Bijkomende controle ten laste van de aanvrager; onnuttige verplaatsing die te wijten is aan de aanvrager; verplaatsing op verzoek van de aanvrager; vereiste verplaatsing voor een controle-activiteit op een partij bedoeld in artikel 13, § 1e,eerste lid, 5°. |
55,00 EUR |
verplaatsing |
Controle-activiteit op een partij bedoeld in artikel 13, § 1, eerste lid, 5° met fysieke controle van de productie |
0,25 EUR |
100 kg (of gedeelte van 100 kg) |
Splitsing van een gecertificeerde partij (met uitzondering van kleine verpakkingen) |
10,00 EUR |
afgeleverd certificaat |
Officiële etiketten afgegeven door de Dienst |
1,20 EUR |
10 stukken |
Nietig verklaarde officiële etiketten |
0,05 EUR |
stuk |
Vignetten voor kleine verpakkingen |
3,80 EUR |
100 stukken |
Tabel 3 : fruitteeltsector en wijnstoksector
Activiteiten gebonden aan de certificering |
Retributie |
Eenheid |
Inschrijving en controle van het prebasis- en basismateriaal, van de prebasis- en basismoederplanten, van de gecertificeerde moederplanten, het aanbrengen van etiketten |
55,00 EUR |
verplaatsing |
Inschrijving voor de controle van de productie van gecertificeerd pootgoed |
20,00 EUR |
ha per jaar |
Controle op akkerland van de productie van gecertificeerd pootgoed |
15,00 EUR |
perceel |
Officiële etiketten afgegeven door de Dienst en aangebracht door de Dienst |
0,80 EUR |
10 stukken |
Officiële etiketten afgegeven door de Dienst en aangebracht door de leverancier |
0,40 EUR |
10 stukken |
Officiële etiketten afgegeven door de Dienst |
0,20 EUR |
10 stukken |
Bijkomende controle ten laste van de aanvrager; onnuttige verplaatsing die te wijten is aan de aanvrager; verplaatsing op verzoek van de aanvrager |
55,00 EUR |
verplaatsing |
Tabel 4 : alle sectoren
Activiteiten gebonden aan de controleverrichtingen, behalve certificering |
Retributie |
Eenheid |
Afgifte van een officieel document, zonder verplaatsing |
15,00 EUR |
document |
Bijkomende controle of verplaatsing op verzoek van de operator; tegenkeuring ten laste van de aanvrager, onnuttige verplaatsing die te wijten is aan de operator |
55,00 EUR |
verplaatsing |
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 19 oktober 2017 houdende vaststelling van de rechten en retributies voor de uitvoering van de maatregelen getroffen in verband met de controle van de productie en de afzet van zaaizaden en pootgoed.
Namen, 19 oktober 2017.
Voor de Regering:
De Minister-President,
W. BORSUS
De Minister van Landbouw, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme, Erfgoed en afgevaardigd bij de Grote Regio,
R. COLLIN
BIJLAGE 4
Retributies verschuldigd voor de analyses uitgevoerd door het laboratorium voor de analyse van zaaizaden van de Dienst
Tabel 1: Retributie per specifieke groep van zaaizaden
|
Zuiverheid (1) |
Bepaling van het aantal van de andere zaaizaden en sclerotiën in het gewicht voorgeschreven door de internationale normen (2) |
Volledige proef (3) |
Proef beperkt tot max. 4 Bepalingen en/of beperkte proef (4) |
1° Graangewassen (maïs uitgezonderd) |
12,00 EUR |
40,00 EUR |
28,00 EUR |
2° Maïs, peulgewassen met grote zaadkorrels (Lupinus spp., Pisum sativum, Vicia faba) |
12,00 EUR |
20,00 EUR |
15,00 EUR |
3° Kleinzadige peulgewassen (Trifolium spp., Medicago spp., Lotus spp.) |
20,00 EUR |
58,00 EUR |
40,00 EUR |
4° Groot zoetgras (Lolium spp., Festuca pratensis, Festuca arundinacea) |
20,00 EUR |
40,00 EUR |
28,00 EUR |
5° Andere soorten zoetgras |
29,00 EUR |
58,00 EUR |
40,00 EUR |
6° Ander zaad: Suikerbiet, oliehoudende zaaizaden, andere peulgewassen, zaaizaden van groentegewassen, bloedzaden, boszaden,... |
15,00 EUR |
40,00 EUR |
28,00 EUR |
(1) Het tarief wordt verdubbeld voor de bruto-zaaizaden (niet-gesorteerd)
(2) Indien het gewicht van het te analyseren monster hoger is dan het gewicht voorgeschreven door de internationale normen staat het toegepaste tarief in verhouding tot het gewicht van het geanalyseerde monster
(3) Voor een volledige proef wordt het volledige werkmonster onderzocht voor het zoeken naar alle andere aanwezige zaaizaden met uitzondering van de zaaizaden die lijken op stof, zoals de rassen Orobranche en Striga.
(4) Voor een beperkte proef wordt alleen een deel van het werkmonster geanalyseerd; voor een beperkte proef wordt het onderzoek beperkt tot soorten die met name genoemd worden in het volledige werkmonster
Tabel 2 : Retributie per analyse voor alle zaaizaden
Onderzoek |
|
1° Beperkt onderzoek van de andere soorten planten en sclerotiën, in het gewicht voorgeschreven door de internationale normen, via vaststelling |
15,00 EUR |
Kieming |
|
2° Kieming |
24,00 EUR |
3° Kieming op minder dan 400 korrels |
17,00 EUR |
4° Eenkiemigheid naast de kieming |
12,00 EUR |
5° Kiemkrachtige energie naast de kieming |
5,00 EUR |
Mengsels van zaaizaden |
|
6° Samenstelling van een mengsel van zaaizaden tot 4 bestanddelen |
55,00 EUR |
7° Samenstelling van een mengsel van zaaizaden van meer dan 4 bestanddelen, boven de 55 euro, per bestanddeel |
10,00 EUR |
8° Samenstelling van een mengsel van zaaizaden, supplement indien de samenstelling niet aangeduid wordt |
55,00 EUR |
9° Kieming van een soort dat bestanddeel is van een mengsel |
24,00 EUR |
10° Kieming van een soort dat bestanddeel is van een mengsel op minder dan 400 korrels |
17,00 EUR |
Watergehalte |
|
11° Bepaling via drogen in de oven |
15,00 EUR |
12° Bepaling via elektronische snelmethode |
10,00 EUR |
13° Bepaling via drogen in de oven ter aanvulling van een bepaling via spoedige elektronische methode |
5,00 EUR |
Duizendkorrelgewicht |
|
14° Bepaling |
15,00 EUR |
Bijzondere retributies |
15° Samenstelling van een getest monster vanaf een groter monster (1) |
5,00 EUR |
16° Onthulling van ingehulde zaden met het oog op een zuiverheidsbepaling of van de andere zaden |
12,00 EUR |
17° Met een origineel, voorlopig internationaal analyseverslag voor zaden van de "International Seed Testing Association" of een afschrift ervan |
3,40 EUR |
18° Resultaat van een analyse op een voorlopig verslag |
6,00 EUR |
(1) Het tarief wordt toegepast wanneer het getest monster hoger is dan het dubbele van het gewicht voorgeschreven door de besluiten van de Waalse Regering bedoeld in artikel 2, eerste lid, 1, 4°, 5°, 6°, 7° en 11°.
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 19 oktober 2017 houdende vaststelling van de rechten en retributies voor de uitvoering van de maatregelen getroffen in verband met de controle van de productie en de afzet van zaaizaden en pootgoed.
Namen, 19 oktober 2017.
Voor de Regering:
De Minister-President,
W. BORSUS
De Minister van Landbouw, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme, Erfgoed en afgevaardigd bij de Grote Regio,
R. COLLIN
|
|
|
|