Deze voorstellen garanderen een toekomstbestendig GLB, dat landbouwers en plattelandsgemeenschappen onverminderd steun biedt, de duurzame ontwikkeling van de EU-landbouw stuurt en de ambitie van de EU op het vlak van milieuzorg en klimaatactie weerspiegelt. Daarvoor wordt 365 miljard euro uitgetrokken. De voorstellen van vandaag geven de lidstaten meer flexibiliteit en een grotere verantwoordelijkheid. Zij zullen zelf kunnen kiezen hoe en waar ze GLB-middelen inzetten om ambitieuze doelstellingen te halen die op EU-niveau zijn vastgelegd. Doel is de landbouwsector slim, veerkrachtig, duurzaam en concurrerend te maken en tegelijkertijd borg te staan voor een eerlijkere en beter gerichte ondersteuning van het inkomen van landbouwers.
Vicevoorzitter Jyrki Katainen, verantwoordelijk voor Banen, Groei, Investeringen en Concurrentievermogen: "Het gemeenschappelijk landbouwbeleid behoort tot onze belangrijkste beleidsgebieden. Het beïnvloedt het leven van alle Europeanen. Deze solide voorstellen zullen bijdragen aan de concurrentiekracht van de landbouwsector en zullen tegelijkertijd de duurzaamheid ervan bevorderen. Met het nieuwe uitvoeringsmodel bieden we de lidstaten meer subsidiariteit met het oog op een effectiever beleid en een betere monitoring van de resultaten."
Phil Hogan, commissaris voor Landbouw en Plattelandsontwikkeling: "Het voorstel van vandaag is de concrete vertaling van het voornemen van de Commissie om het gemeenschappelijk landbouwbeleid te moderniseren en te vereenvoudigen. Doel is een echte subsidiariteit voor de lidstaten, een veerkrachtiger landbouwsector in Europa, en een beleid met meer ambities op het gebied van milieu en klimaat."
De belangrijkste elementen van de voorstellen van de Commissie voor een gemoderniseerd en vereenvoudigd GLB zijn:
1. Een nieuwe manier van werken: Door flexibeler gebruik te maken van de toegewezen middelen kunnen de lidstaten op maat gesneden programma's opzetten die zo doeltreffend mogelijk inspelen op de bezorgdheid van de landbouwers en de bredere plattelandsgemeenschappen. Om hun prioriteiten en maatregelen te financieren zullen de lidstaten ook ten hoogste 15% van hun GLB-toewijzingen kunnen verschuiven van rechtstreekse betalingen (pijler 1) naar plattelandsontwikkeling (pijler 2) en omgekeerd. Er zal worden gezorgd voor een gelijk speelveld tussen de lidstaten, en wel als volgt:
- In strategische plannen, die betrekking hebben op de hele periode, zetten alle lidstaten uiteen hoe zij aan de hand van zowel rechtstreekse betalingen als plattelandsontwikkeling van plan zijn de 9 EU-brede economische, ecologische en sociale doelstellingen te halen. Met het oog op consistentie en bescherming van de interne markt zal elk plan door de Commissie moeten worden goedgekeurd.
- De Commissie zal nauwlettend toezien op de prestaties van elk land en op de vooruitgang in de richting van de overeengekomen streefcijfers.
2. Een eerlijkere deal door beter gerichte steun: Rechtstreekse betalingen blijven een essentieel onderdeel van het beleid en garanderen de landbouwers stabiliteit en voorspelbaarheid. De aandacht zal prioritair uitgaan naar steun aan kleine en middelgrote landbouwbedrijven, die de meerderheid vormen van de landbouwsector in de EU, en naar hulp voor jonge landbouwers. De Commissie blijft zich inzetten voor een eerlijker verdeling van de rechtstreekse betalingen tussen de lidstaten door externe convergentie.
Andere maatregelen:
- Rechtstreekse betalingen aan landbouwers worden verlaagd vanaf 60 000 euro en worden afgetopt tot 100 000 euro per landbouwbedrijf. Arbeidskosten zullen volledig in aanmerking worden genomen. Het doel hiervan is de betalingen eerlijker te verdelen.
- Voor kleine en middelgrote bedrijven zal meer steun per hectare worden verleend.
- De landen moeten ten minste 2% van hun toewijzingen voor rechtstreekse betalingen gebruiken om jonge landbouwers te helpen bij het opzetten van hun bedrijf. Daarnaast wordt financiële steun verleend voor plattelandsontwikkeling en worden verschillende maatregelen genomen om de toegang tot en de overdracht van landbouwgrond te vergemakkelijken.
3. Een hoger ambitieniveau op het gebied van milieu en klimaat: Klimaatverandering, natuurlijke hulpbronnen, biodiversiteit, habitats en landschappen: al die onderwerpen komen aan bod in de EU-brede doelstellingen die vandaag worden voorgesteld. De inkomenssteun voor landbouwers is nu al gekoppeld aan de toepassing van milieu- en klimaatvriendelijke praktijken. Met het nieuwe GLB komen er zowel verplichtingen als stimulansen voor landbouwers om een hoger ambitieniveau te bereiken.
- Rechtstreekse betalingen zullen afhankelijk worden gesteld van het voldoen aan strengere milieu- en klimaatvereisten.
- Elke lidstaat zal eco-regelingen moeten aanbieden ter ondersteuning van landbouwers die meer doen dan wat verplicht is. Daarvoor zal een deel van de nationale middelen voor rechtstreekse betalingen worden gebruikt.
- Minstens 30% van de nationale toewijzingen voor plattelandsontwikkeling moet worden besteed aan milieu- en klimaatmaatregelen.
- Naar verwachting zal 40% van de totale GLB-begroting bijdragen aan klimaatactie.
- Naast de mogelijkheid om 15% te verschuiven tussen de pijlers, zullen de lidstaten ook nog eens 15% van pijler 1 naar pijler 2 kunnen overdragen voor uitgaven voor klimaat- en milieumaatregelen (zonder nationale medefinanciering).
4. Meer gebruikmaken van kennis en innovatie: Het gemoderniseerde GLB zal de nieuwste technologieën en innovaties inzetten ten behoeve van de landbouwers op het veld en de overheden. Dat zal als volgt gebeuren:
- Via het EU-onderzoeksprogramma Horizon Europa komt 10 miljard euro beschikbaar voor onderzoeks- en innovatieprojecten op het gebied van voedsel, plattelandsontwikkeling en bio-economie.
- De lidstaten zullen worden aangemoedigd om big data en nieuwe technologieën te gebruiken voor controles en monitoring (bijvoorbeeld door de omvang van landbouwbedrijven te controleren via satellietgegevens met het oog op rechtstreekse betalingen). Op die manier zullen veel minder controles ter plaatse moeten worden verricht.
- Een grotere digitalisering van het leven op het platteland, bijvoorbeeld door meer breedbandtoegang in plattelandsgebieden, zal de kwaliteit van het leven op die plaatsen verbeteren en verder bijdragen tot het concurrentievermogen van de Europese landbouwproductie.
Volgende stappen
Een snel akkoord over de langetermijnbegroting van de EU en haar sectorale voorstellen is essentieel om ervoor te zorgen dat de EU-financiering zo snel mogelijk resultaten oplevert op het terrein en dat landbouwers de nodige zekerheid en voorspelbaarheid krijgen voor het nemen van hun ondernemings- en investeringsbeslissingen.
Als er vergelijkbare vertragingen zouden zijn als die aan het begin van de huidige begrotingsperiode 2014-2020, zou dat kunnen betekenen dat landbouwers en nationale overheden niet kunnen profiteren van de voordelen van het nieuwe GLB, zoals minder bureaucratie, meer flexibiliteit en betere resultaten. Vertragingen bij de goedkeuring van de toekomstige begroting kunnen ook de start vertragen van duizenden potentiële nieuwe projecten in de hele EU die erop gericht zijn landbouwers en landbouwgemeenschappen te steunen en kwesties aan te pakken die gaan van het beter beschermen van het milieu tot het aantrekken van nieuwe landbouwers.
Als nog in 2019 overeenstemming wordt bereikt over de volgende langetermijnbegroting, is het mogelijk deze naadloos te laten aansluiten op de huidige langetermijnbegroting (2014-2020). Dat draagt bij tot de voorspelbaarheid en continuïteit van de financiering, en daar is iedereen bij gebaat.
Meer informatie
Factsheets en wetgevingsvoorstellen.
MEMO: het gemeenschappelijk landbouwbeleid na 2020
Meer informatie over de EU-begroting voor de toekomst vindt u hier.
LEES OOK