|
15 okt 2018 |
18:21 |
|
Boeren op een helling
De Vlaamse Ardennen is gekenmerkt door haar heuvelachtig landschap met natte weides in de valleien en bossen op de ruggen. Binnen dit karakteristieke landschap heeft zich een familiale landbouw ontwikkeld met voornamelijk gemengde bedrijven akkerbouw-veeteelt. Door het glooiende landschap, dat kenmerkend is voor de Vlaamse Ardennen, hebben de landbouwers hier echter een productiehandicap tegenover landbouwers in andere regio’s. Het permanent grasland (nattere weides in de valleien) wordt begraasd door de dieren van de gemengde bedrijven, maar om een volwaardig voeder voor deze dieren samen te stellen zijn ook voedergewassen nodig, waaronder de erosiegevoelige teelt maïs.
|
Deze teelten situeren zich op de hellingen met de gekende problemen tot gevolg. De perceelindeling is nog zeer authentiek daar er nog geen ruilverkaveling plaatsvond. De diversiteit in de landbouw in de regio van de Vlaamse Ardennen reikt natuurlijk verder dan veeteelt en voedergewassen; ook granen, aardappelen en verschillende groentesoorten zoals uien, wortels, erwten, spruitkool, … hebben er hun plaats al lang gevonden.
Om de erosie te beperken kondigde de Vlaamse overheid in 2015 een reeks maatregelen en beperkingen aan, die de landbouwers op zeer korte tijd moesten toepassen: bvb. verplicht aanleggen van drempeltjes in ruggenteelten, niet kerende bodembewerking, strip-till, … Deze nieuwe wetgeving vereiste specifieke, dure machines die vaak nog niet op punt staan en waarmee landbouwers niet vertrouwd zijn. Na protest werden de maatregelen en beperkingen versoepeld en een nieuwe erosiewetgeving is van kracht sinds 2016. Door de voortdurende wijzigingen en nieuwe maatregelen zijn er bijgevolg nog veel vragen en weinig ervaring in het veld. Vertrekkende vanuit deze nieuwe wetgeving stellen vele landbouwers zich de vraag hoe ze hieraan moeten voldoen zonder veel ervaringen en voorkennis. De demo’s die hierrond reeds georganiseerd werden, behalen niet altijd het gewenste resultaat en bereiken ook niet alle landbouwers. Er is noodzaak aan een geschikt communicatieplatform. Met dit project willen we hier een antwoord op bieden.
Aanpak project
Het schema rechts vat de aanpak van het project samen. Hierbij voorzien we een wisselwerking tussen een overkoepelend kennisplatform, de duurzame lokale netwerken en de thematische werking.
Ten eerste wordt een overkoepelend kennisplatform opgericht voor landbouwers rond bodem en erosie. Hier wordt alle bestaande kennis en ervaring verzameld en getoetst naar de bruikbaarheid in de Vlaamse Ardennen. Alle informatie wordt hierbij gecentraliseerd op de website.
Ten tweede worden lokale netwerken opgericht die zich richten op de diverse aspecten van erosiebestrijding om sneller tot concrete oplossingen te komen. Drie types van lokale netwerken zijn hierbij mogelijk, namelijk: 1) agrobeheergroepen als samenwerkingsverbanden van lokale landbouwers, 2) samenwerking met loonwerkers die de aangepaste, vaak dure, machines voorhanden hebben om erosie aan te pakken en 3) een machinering wat een gezamenlijke aankoop, gebruik en onderhoud van bepaalde machines inhoudt zoals diepwoelers, cultivators, schijveneggen,… Land- en tuinbouwers kunnen zich hierbij engageren om zich te groeperen in deze duurzame lokale netwerken waarin een lokale visie rond erosiebestrijding en bodemdegradatie uitgewerkt kan worden, ervaringen worden uitgewisseld en is er eventueel een samenwerking mogelijk naar aanleg en onderhoud.
Een derde aspect is de thematische werking waarbij akkerbouw, groenteteelt en natuur aan bod komen. De typische erosiegevoelige akkerbouwteelten aardappelen en maïs vallen onder de thematiek akkerbouw. Hierbij worden beschikbare technieken opgevolgd in de praktijk, vergeleken en geoptimaliseerd zoals drempels in ruggenteelten (aardappelen), strip till techniek en permanente bedekking met groenbemesters. Onder groententeelt vallen groenten zoals uien, wortelen, kolen en erwten die vaak in de Vlaamse Ardennen geteelt worden. Afhankelijk van de teelt, krijgen landbouwers te maken met verschillende uitdagingen. Hierbij kunnen o.a. nieuwe ideeën worden uitgetest en opgevolgd bv. bij niet-kerende bodembewerking en het aanleggen van drempels. Zeker voor een fijnzadige teelt als ui leeft hier de vrees dat het zaaibed niet fijn genoeg bereidt kan worden. Hoe kan deze niet-kerende bodembewerking best uitgevoerd worden? Welke machines moeten ingezet worden voor het klaarleggen van het zaaibed? Alle vragen die bijtelers en loonwerkers opkomen worden behandeld in de lokale groep. Ook permanente bedekking van de bodem met groenbemesters vormen een belangrijk onderdeel van erosiebestrijding. De laatste thematiek omvat natuur waarbij voorstellen geformuleerd en voorgelegd worden die de haalbaarheid van bepaalde functionele maatregelen, of varianten hierop, die gunstig zijn voor milieu, natuur en/of landschap te toetsen aan de economische landbouwpraktijken en te evalueren op mogelijke effecten inzake haalbaarheid, rendabiliteit en toepasbaarheid. Een concreet voorbeeld is hier een aangepast maairegime bij aanwezigheid van akkervogels waar mogelijk of het inzaaien van specifieke kruidenmengsels.
Waarom is dit project voordelig of relevant voor u als landbouwer? Met dit project werken we van onder naar boven en vertrekken dus van de noden en knelpunten die u als landbouwer ervaart. In tegenstelling tot vele voorbije projecten wordt dus niet van bovenuit beslist, maar is dit een project vóór en van de landbouwers. Samenwerking staat hierbij centraal. Door samenwerking kunnen kennis, ervaringen, maar ook bv. machines uitgewisseld worden die financieel een te hoog kostenplaatje hebben om alleen aan te kopen. Bovendien wordt er samengewerkt met verschillende experten, bijvoorbeeld rond aardappel- en groententeelt. Goede kennis en ervaring zijn namelijk nodig om de nieuwe technieken en maatregelen die voorhanden zijn, correct toe te passen.
WEBSITE
|
|
|
|