“Bij Fairebel vind ik eindelijk het begrip en de steun die ik zocht”, zegt hij. Wij zochten hem op tussen zijn 150 dieren in de buurt van Verviers.
Willy Deckers, net de 50 voorbij, beheert een melkveebedrijf in Jalhay. Al sinds zijn kinderjaren is hij vertrouwd met het leven op de boerderij. Toen hij 19 was, nam hij de helft van het familiebedrijf over van zijn vader. En sinds ongeveer vijftien jaar heeft Willy de hele exploitatie van 55 hectare weidegrond in handen. “Deze oppervlakte is voldoende om ongeveer al het voedsel voor mijn vee te produceren”, verklaart hij. “Ik kan voorzien in zowat 90% van de voedingsbehoeften van de dieren.” Willy melkt dagelijks 75 koeien van het Montbéliard-ras. “Samen met de jonge dieren en kalveren kom ik aan ongeveer 150 dieren op ons bedrijf.” Dat is voor hem ruim voldoende voor een exploitatie op mensenmaat, een belangrijk kenmerk van alle producenten-coöperanten van Fairebel-melk.
Sinds de laatste grote melkcrisis werkt de echtgenote van Willy niet langer op het bedrijf. “Toen de melkprijzen letterlijk instortten, waren wij jammer genoeg verplicht om deze keuze te maken. Zij werkt nu voltijds buiten de boerderij.” Van de vier kinderen van het echtpaar hebben de drie oudste besloten om elders een loopbaan uit te bouwen. “Ik veronderstel dat de crisis ook hun keuze heeft beïnvloed”, meent Willy, met in zijn stem een mengeling van opluchting en spijt. “Maar onze jongste, die 16 is, heeft grote belangstelling voor alles wat er op de boerderij gebeurt. Wij zijn een beetje bang voor het moment waarop zij zal zeggen dat ze in onze voetsporen wil treden.” Want de crisis in de landbouw en meer bepaald bij de melkveebedrijven is nog niet voorbij …
“De veer is niet gebroken, maar toch …”
Hoewel Willy ons verzekert dat zijn werk hem nog altijd boeit, erkent hij ook dat “de veer niet helemaal gebroken is, maar toch onder grote spanning staat door de opeenvolgende crisissen van de voorbije jaren”. Het werk schrikt hem niet af, wel alle moeilijkheden. “Ik verzorg mijn koeien elke dag nog altijd graag”, bevestigt hij. “Maar de lage prijzen, de onafgebroken controles en het gevoel dat je er eigenlijk alleen voorstaat, werken ontmoedigend.”
Daarom heeft Willy Deckers twee jaar geleden besloten om toe te treden tot de coöperatieve Faircoop. “Ik was toen lid van een andere melkcoöperatieve, met hoofdkantoor in Denemarken, maar ik had toen echt niet het gevoel dat ik coöperant was. De afstand tussen de basis - de coöperanten - en de top was letterlijk en figuurlijk te groot. Volgens mij luisterde de directie helemaal niet naar ons. Terwijl ik juist een goede relatie belangrijk vind. En die heb ik bij Fairebel gevonden.”
Een project, een overtuiging
“Bij Faircoop hebben zowel de leiding als de administratieve medewerkers een uitstekende terreinkennis,” zegt Willy. “Zij weten wat melkproducenten als ons bezighoudt en met welke problemen wij kampen. Bij Faircoop bel je niet met een onbekende meneer X ergens in een kantoortje, maar met Katja, die naar ons luistert, ons adviseert en steunt. Dat was voor mij een doorslaggevend argument om twee jaar geleden mijn engagement voor de coöperatieve op te nemen.” Verwonderlijk is dat niet, want Faircoop werd opgericht door landbouwers, die zelf een bedrijf hebben, voor landbouwers.
Willy benadrukt ook hoe belangrijk een eerlijke, faire prijs is voor de melkproducenten. Door de economische crisis van 2008 en de productieoverschotten in Europa zijn de melkprijzen gekelderd. Maar de kosten voor de landbouwers zijn tegelijk duizelingwekkend gestegen. De producenten leveren hun producten nog steeds onder de kostprijs. “Om break-even te draaien hebben wij momenteel 44 cent per liter nodig. In werkelijkheid krijgen wij maar 32 cent. Dat is onhoudbaar!” zegt Willy.
Faircoop lost dat probleem gedeeltelijk op. Per verkochte liter Fairebel-melk gaat er een extra inkomen naar een kas van de coöperatieve. Het totaalbedrag wordt elk jaar eerlijk verdeeld over alle aangesloten bedrijven, ongeacht hun grootte. “Met dat geld kunnen wij de tekorten gedeeltelijk aanzuiveren.”
Publiciteit maken voor jezelf
In ruil voor dit “extraatje” gaan de landbouwers-coöperanten af en toe de baan op als ambassadeurs voor Fairebel. “En je mag mij geloven dat het voor een landbouwer als ik, die meer tussen zijn koeien dan tussen de mensen staat, echt niet evident is om op de consumenten toe te stappen”, geeft Willy glimlachend toe. “Toch zijn de reacties van de mensen heel bemoedigend. Zij begrijpen dat wij zware crisissen moesten doorworstelen en zij tonen begrip voor onze moeilijkheden. Veel consumenten begrijpen nu dat een faire vergoeding van de producenten belangrijk is, als garantie voor de hoge kwaliteit van de producten die zij verbruiken. De lokale dimensie wint opnieuw sterk aan belang.”
Willy gelooft bijgevolg sterker dan ooit in Faircoop. “Deze coöperatieve biedt mij exact wat ik zocht. Daarom heb ik er ook mijn dividenden gedeeltelijk in geïnvesteerd. Want het geld wordt goed gebruikt. Dat zie je aan het werk dat Faircoop dagelijks levert voor de coöperanten, ten opzichte van de melkerijen, de grootdistributie en de nationale en Europese overheid”, besluit hij. En wat vindt hij van de uitbreiding van het Fairebel-gamma met kazen, boter en roomijs? Alleen maar positief, zeker voor de fans van melkproducten!
