“Eigenlijk kom ik niet rechtstreeks uit een landbouwersfamilie, hoewel mijn grootouders, zoals toen zoveel mensen, een boerderijtje met enkele hectaren grond en enkele dieren hadden”, zegt Tanja, de trotse mama van twee jongens van 7 en 4 met al veel belangstelling voor alles wat er op het bedrijf gebeurt. “Toen ik 16 was, leerde ik Steven kennen, die wel een landbouwerszoon is. En zo ben ik enkele jaren later zelf ook op een melkveebedrijf aan de slag gegaan. En daar heb ik nog geen ogenblik spijt van gehad!”
Passie als drijvende kracht
Tanja erkent dat het haar liefde voor de dieren is die haar elke dag motiveert. “Ik vind het altijd fijn om ’s ochtends en ’s avonds tussen de koeien te staan om ze te melken en te verzorgen.” Tanja en Steven melken dagelijks 110 tot 115 koeien van het Holstein-ras. “Ik noem ze de Rolls-Royce van het melkvee!”, lacht Tanja. “Met de kalveren erbij telt onze kudde ongeveer 200 dieren.” De familie Van den Hoecke bebouwt ook een zeventigtal hectare grond, uiteraard weiden voor de dieren, maar ook velden voor graangewassen en maïs. “Wij leggen ons toe op deze teelten, omdat wij ze als voedsel voor onze dieren kunnen gebruiken. Daardoor zijn wij minder afhankelijk van externe leveranciers.”
Zoals Tanja zelf benadrukt, is hard werken en liefde voor je vak voor veel landbouwers nu niet langer voldoende om verzekerd te zijn van een correct inkomen. Wegens de crisis in de melkveesector sinds 2008 (die nog steeds niet voorbij is) heeft zij buiten het landbouwbedrijf een extra, deeltijdse baan gezocht. “Dat was geen gemakkelijke beslissing”, geeft Tanja toe. “Maar het kon niet anders. Toch blijft het mijn bedoeling om ooit weer voor 100% het bedrijf uit te baten, samen met mijn man.”
Traditionele, familiale landbouw
Tanja neemt weliswaar niet het woord “uitbuiting” in de mond om de verhouding tussen de melkproducenten en de voedingsmiddelensector te beschrijven, maar ze vindt in elk geval dat de balans zwaar in het nadeel van de landbouwers overhelt. “Bovendien duwden de productieoverschotten op Europese schaal de prijzen onder onze kostprijs. Dat kon zo niet langer”, zegt zij boos. “Er moest iets veranderen. En toen hoorden wij iemand vertellen over Faircoop.”
In 2015 werden Tanja en Steven lid van Faircoop. “Wij hebben contact gezocht met vertegenwoordigers van de coöperatieve en de waarden die zij verdedigden, maakten ons meteen enthousiast. Wij hebben onze keuze met volle overtuiging gemaakt. Solidariteit onder de coöperanten, een faire vergoeding voor de producent en de verdediging van de familiale landbouw zijn waarden die mij sterk aanspreken. En bij Faircoop zijn dat niet zomaar woorden, maar de ruggengraat van de organisatie en de kern van hun werk”, zegt Tanja.
“Hun project om de producenten opnieuw meer macht en een correcte vergoeding te geven, sprak ons onmiddellijk enorm aan. Voor de landbouwers-coöperanten betekent dat immers dat zij hun toekomst opnieuw in eigen handen nemen. Daarom hebben wij besloten om ons sterk in te zetten voor de coöperatieve en aandelen te verwerven.”
De beste ambassadeur is de producent zelf
Tanja en Steven trekken sindsdien elk jaar enkele dagen uit om promotie te voeren voor de Fairebel-producten (melk, roomijs, boter, kaas) die de coöperatieve distribueert. “Bijna elke maand trekken wij naar een supermarkt of markt om er bijvoorbeeld degustaties te organiseren. De beste ambassadeur voor zijn producten is toch de landbouwer zelf? Maar het klopt dat zoiets mij gemakkelijker afgaat dan mijn man”, glimlacht Tanja. “Ik ben het meer gewoon om rechtstreeks contact te hebben met consumenten. Op een bepaald ogenblik heb ik zelfs overwogen om een hoevewinkel op ons bedrijf te openen.”
Tanja zegt dat de reacties van de mensen die ze ontmoet haar aangenaam verrassen. “Ik denk dat de meeste consumenten tegenwoordig voorstanders zijn van back to basics. Met Fairebel kunnen wij hen dat heel goed bieden. Dat geeft ons ook de mogelijkheid om onze aanpak toe te lichten, om uit te leggen dat onze melk dankzij het Fairebel-merk tegen een eerlijke prijs wordt verkocht en dat een gedeelte van wat de consument betaalt elk jaar naar de landbouwers terugvloeit in de vorm van dividenden van de coöperatieve.”
Solidariteit loopt als een rode draad door het leven van Tanja Van Poecke. “Solidariteit is voor mij een kernwaarde bij alles wat ik doe. Denk aan mijn inzet voor Fairebel, maar ook aan mijn werk buiten het landbouwbedrijf, in een sociale vzw. En er is één project dat mij heel nauw aan het hart ligt: verscheidene keren per jaar verwelkomen wij in ons bedrijf groepen mensen met een handicap. Het is altijd een prachtig moment als je ziet hoe ze glimlachen en openbloeien bij het contact met de dieren.”
|