De maatregelen bereiken pas hun maximaal effect wanneer ze goed worden uitgevoerd. Daarom zet het Departement Landbouw en Visserij enkele maatregelen waarbij regelmatig fouten worden vastgesteld, nog eens op een rijtje.
1. Drempels tussen de aardappelruggen
Bij de teelt van aardappelen op percelen met een zeer hoge erosiegevoeligheid (paars ingekleurd) is de aanleg van drempels tussen de ruggen steeds verplicht als teelttechnische maatregel. Op paarse percelen is de landbouwer verplicht om zowel een maatregel uit het basispakket, het keuzepakket bufferstroken, als het keuzepakket teelttechnische maatregelen toe te passen. Voor aardappelen, met uitzondering van de biologisch geteelde aardappelen, is de aanleg van drempels de enige optie uit het keuzepakket teelttechnische maatregelen. Deze drempels moeten ervoor zorgen dat water niet zomaar kan afstromen tussen de ruggen. Ze moeten voldoende hoog zijn en met de gepaste frequentie aangelegd worden zodat tussen de drempels het regenwater kan opgevangen worden. Deze maatregel zorgt trouwens ook voor een goede waterverdeling over het perceel, wat de productie enkel maar ten goede kan komen.
Ook op percelen met een hoge erosiegevoeligheid (rood ingekleurd) is de aanleg van drempels bij de teelt van aardappelen de voor de hand liggende keuze. Naast een maatregel uit het basispakket die hij sowieso moet toepassen, kan de landbouwer kiezen uit: ofwel een maatregel uit het keuzepakket bufferstroken, ofwel de aanleg van drempels tussen de ruggen als maatregel uit het keuzepakket teelttechnische maatregelen.
Omwille van de doeltreffendheid van de aanleg van drempels in de aardappelteelt zal het Departement Landbouw en Visserij in het voorjaar 2019 een gerichte controleactie organiseren om na te gaan of drempels effectief zijn aangelegd op rode en paarse aardappelpercelen.
2. Aanleg van bufferstroken
Met de aanleg van bufferstroken willen we vermijden dat bodemdeeltjes van het perceel afspoelen en zo overlast veroorzaken op onderliggende wegen en percelen of in waterlopen. Op paarse percelen is de landbouwer verplicht om bufferstroken aan te leggen wanneer hij een zomerteelt wenst aan te leggen. Ook bij winterteelten is de aanleg van een bufferstrook verplicht wanneer de landbouwer niet kiest voor een maatregel uit het keuzepakket teelttechnische maatregelen.
Om zijn bufferende werking maximaal te kunnen vervullen, moet een bufferstrook tijdig zijn aangelegd. De meest gevoelige periode is het voorjaar wanneer de gewassen pas zijn ingezaaid en nog onvoldoende bodembedekking bieden. Op dat moment moet het gras van de bufferstrook wel al voldoende ontwikkeld zijn om afspoelende bodemdeeltjes te kunnen opvangen. Dit kan enkel wanneer de grasbufferstrook in het najaar wordt aangelegd. Het Departement Landbouw en Visserij wil de landbouwers er daarom aan herinneren hiermee rekening te houden bij de opmaak van hun teeltplanning.
Meer informatie over de erosiebestrijdingsmaatregelen in het kader van de randvoorwaarden is terug te vinden op de website van het departement: www.vlaanderen.be/landbouw/randvoorwaarden.