Gelet op verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (ELFPO) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad, het laatst gewijzigd bij gedelegeerde verordening (EU) 2018/162 van de Commissie van 23 november 2017;
Gelet op verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordeningen (EEG) nr. 352/78, (EG) nr. 165/94, (EG) nr. 2799/98, (EG) nr. 814/2000, (EG) nr. 1290/2005 en (EG) nr. 485/2008 van de Raad, het laatst gewijzigd bij verordening (EU) 2017/2393 van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2017;
Gelet op verordening (EU) nr. 1307/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van voorschriften voor rechtstreekse betalingen aan landbouwers in het kader van de steunregelingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 637/2008 van de Raad en Verordening (EG) nr. 73/2009 van de Raad, het laatst gewijzigd bij gedelegeerde verordening (EU) 2018/162 van de Commissie van 23 november 2017;
Gelet op gedelegeerde verordening (EU) nr. 807/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad inzake bijstand voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) en tot invoering van overgangsbepalingen, gewijzigd bij gedelegeerde verordening (EU) 2015/1367 van de Commissie van 4 juni 2015;
Gelet op het uitvoeringsbesluit van de Commissie van 13 februari 2015 tot goedkeuring van het plattelandsontwikkelingsprogramma voor Vlaanderen - België voor bijstand uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling;
Gelet op het uitvoeringsbesluit van de Commissie van 10 januari 2019 tot goedkeuring van de wijziging van het plattelandsontwikkelingsprogramma van Vlaanderen (België) voor bijstand uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling;
Gelet op het decreet van 21 december 1988 houdende oprichting van de Vlaamse Landmaatschappij, artikel 6bis, § 3, ingevoegd bij het decreet van 7 mei 2004 en gewijzigd bij het decreet van 27 oktober 2017;
Gelet op het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, artikel 45, gewijzigd bij het decreet van 12 december 2008, en artikel 46, gewijzigd bij de decreten van 12 december 2008 en 9 mei 2014;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 19 september 2014 tot het verlenen van subsidies voor beheerovereenkomsten met toepassing van Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling, artikel 20, vierde lid, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juni 2015;
Gelet op het ministerieel besluit van 3 april 2015 tot het verlenen van subsidies voor beheerovereenkomsten met toepassing van Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 11 december 2018;
Gelet op advies 65.262/1 van de Raad van State, gegeven op 19 februari 2019, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973,
Besluit :
Artikel 1. In artikel 40, eerste lid, 2°, van het ministerieel besluit van 3 april 2015 tot het verlenen van subsidies voor beheerovereenkomsten met toepassing van Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling wordt de zinsnede "de afdeling Land- en Bodembescherming, Ondergrond en Natuurlijke Rijkdommen van het Departement" vervangen door de zinsnede "de subentiteit van het Departement Omgeving, bevoegd voor de bodembescherming".
Art. 2. In artikel 112/2, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het ministerieel besluit van 8 december 2016 en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 12 december 2017, wordt punt 6° vervangen door wat volgt:
"6° de luzernestrook wordt jaarlijks minstens twee keer gemaaid in de periode van 1 maart tot en met 30 september met een tijdsinterval van telkens minstens zestig dagen tussen twee opeenvolgende maaibeurten. De luzernestrook mag bijkomend jaarlijks gemaaid of geklepeld worden in de periode van 1 oktober tot en met 28 februari van het daaropvolgende jaar. Als er gemaaid wordt, moet telkens minstens 75% van de luzernestrook gemaaid worden en moet het maaisel afgevoerd worden binnen vijftien dagen nadat er gemaaid is. In het jaar van de (her)inzaai van de luzerne mag de eerste maaibeurt vervangen worden door klepelen of maaien zonder het maaisel af te voeren;".
Art. 3. In artikel 112/8, tweede lid, 6°, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het ministerieel besluit van 8 december 2016, wordt de zin "de eerste maai- of klepelbeurt gebeurt in de periode vanaf 1 mei tot en met 31 mei;" opgeheven.
Art. 4. In artikel 112/11, tweede lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het ministerieel besluit van 8 december 2016, wordt punt 3° vervangen door wat volgt:
"3° op de gemelde percelen wordt een graangewas, uitgezonderd maïs, als hoofdteelt geteeld. Binnen veertien dagen na de oogst van het graangewas en uiterlijk voor 1 augustus wordt een nateelt ingezaaid. De nateelt wordt behouden tot en met 1 maart van het daaropvolgende kalenderjaar;".
Art. 5. In artikel 112/12 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het ministerieel besluit van 8 december 2016, wordt het bedrag "130 euro" vervangen door het bedrag "584 euro".
Art. 6. In artikel 127, tweede lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 8 december 2016, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° aan punt 4° wordt een punt e) toegevoegd, dat luidt als volgt:
"e) als de hoofdteelt bestaat uit klaver of luzerne die een volledig jaar behouden wordt;";
2° punt 8° wordt opgeheven.
Art. 7. In bijlage 5 bij hetzelfde besluit, vervangen bij het ministerieel besluit van 8 december 2016 en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 12 december 2017, wordt in paragraaf 2 tabel b) vervangen door wat volgt:
"Tabel b)
Nederlandse benaming bloemenmengsels en mengsels van vlinderbloemigen |
wetenschappelijke naam |
zaaihoeveelheid: minimaal gewicht per hectare |
maximaal percentage van het ingezaaide gewicht |
Tübinger |
|
10 kg/ha |
|
Brandenburger |
|
10 kg/ha |
|
eenjarig bloemenmengsel |
|
10 kg/ha |
|
korenbloem |
Centaurea cyanus |
|
15 % |
grote klaproos |
Papaver rhoeas |
|
15 % |
echte kamille |
Matricaria chamomilla |
|
10 % |
groep: kruisbloemigen (minstens twee van de onderstaande soorten en altijd zwarte mosterd): |
|
|
30 % |
koolzaad |
Brassica napus |
|
|
raapzaad |
Brassica rapa subsp. oleifera |
|
|
zwarte mosterd |
Brassica nigra |
|
|
groep: vlinderbloemigen (minstens drie van de onderstaande soorten): |
|
|
30 % |
luzerne |
Medicago sativa |
|
|
bonte wikke |
Vicia villosa |
|
|
vogelwikke |
Vicia cracca |
|
|
esparcette |
Onobrychis viccifolia |
|
|
incarnaatklaver |
Trifolium incarnatum |
|
|
meerjarig mengsel van vlinderbloemigen |
|
15 kg/ha |
|
rode klaver |
Trifolium pratense |
|
40 % |
luzerne |
Medicago sativa |
|
10 % |
incarnaatklaver |
Trifolium incarnatum |
|
10 % |
esparcette |
Onobrychis viccifolia |
|
10 % |
bonte wikke |
Vicia villosa |
|
30 % |
".
Art. 8. Aan bijlage 8 bij hetzelfde besluit wordt een punt 12) toegevoegd, dat luidt als volgt:
"12) een mengsel dat de maatschappij goedgekeurd heeft.".
Art. 9. Op de beheerovereenkomsten die zijn gesloten voor de inwerkingtreding van dit besluit, zijn de bepalingen van dit besluit van toepassing.
Brussel, 7 maart 2019.
De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw,
K. VAN DEN HEUVEL