Het blijft dus momenteel bevorderlijk weer voor onkruidgroei. Indien men een eerste FAR-behandeling heeft toegepast, is het belangrijk het behandelingsinterval van 6 tot 8 dagen tussen eerste en tweede FAR-behandeling te respecteren. Stem de dosis van het FAR systeem af aan het stadium van de onkruiden en de bieten, zeker nu de onkruiden zich snel ontwikkelen door de hogere temperaturen. Hier en daar wordt melganzevoet gesignaleerd die zich sterk ontwikkelde door de warme temperaturen en die dus een aanpassing van de dosis van het FAR mengsel zal vereisen. Momenteel zien we qua onkruidflora voornamelijk melganzevoet, bingelkruid, knopkruid, hondspeterselie, gevlekte scheerling en zwarte nachtschade.
Landbouwers die reeds aan hun derde FAR-behandeling toe zijn moeten gaan kijken naar hun velden om te zien of er nieuwe opkomsten zijn van onkruiden. Zo kan men beoordelen hoe de volgende FAR-behandeling aangepast moet worden. Let wel op, het stadium van de kleinste bieten op uw velden moet worden gevolgd bij het samenstellen van het FAR mengsel. Voor meer info raadpleegt u best de FAR memo 2019.