Wie schade aan gewassen, vee, bos of goederen heeft geleden die veroorzaakt werd door bejaagbaar en bestrijdbaar wild – zoals everzwijnen, reeën of vossen – of door een beschermde diersoort – zoals dassen, steenmarters, bevers of wolven – kan van de Vlaamse overheid een schadevergoeding krijgen. Er zijn wel twee voorwaarden. De gedupeerde moet minstens één van de basismaatregelen genomen hebben om de schade te voorkomen, zoals een omheining, een elektrisch net of de plaatsing van bewegende poppen. Daarnaast mag de schade niet boven de 300 euro liggen.
Els Robeyns, sp.a-lijsttrekker voor het Vlaams Parlement, heeft een stand van zaken opgevraagd bij bevoegd Vlaams minister Koen Van den Heuvel (CD&V). Dit zijn de conclusies:
1. Zes keer meer claims
“In Limburg is het aantal dergelijke schadeclaims op vijf jaar tijd verzesvoudigd naar 47 dossiers in 2018”, zegt Robeyns. “Voor heel Vlaanderen gaan we van 76 claims in 2014 naar 145 vorig jaar. In de periode 2014-2018 staat de teller nu al op 502 aanvragen.”
2. Meer bij particulieren
Het aantal schadeclaims door particulieren neemt zienderogen toe. Vorig jaar kwamen 77 claims van particulieren en 68 van landbouwers.
3. Schade door everzwijnen
Er is een duidelijke toename van claims voor schade die veroorzaakt werd door bejaagbare/bestrijdbare diersoorten, vooral everzwijnen: vorig jaar ging 55 procent van de claims (26 dossiers) in Limburg hierover.
4. Ontvankelijke dossiers
Op vijf jaar tijd zijn er in heel Vlaanderen 87 claims voor schade door bejaagbaar/bestrijdbaar wild (vooral everzwijnen) ingediend. Daarvan werden slechts drie claims ontvankelijk verklaard. Van de 415 claims voor schade door beschermde diersoorten werden er 257 (of 62%) aanvaard. In de periode 2014-2018 werd in totaal voor 970.000 euro aan schadebedragen uitgekeerd.
“In Limburg werden 35 van de 78 claims voor schade door beschermde diersoorten aanvaard. Dit is 45 procent, goed voor een totaal uitgekeerd schadebedrag van 143.000 euro”, zegt Robeyns. “Voor schade door bejaagbaar/bestrijdbaar wild - voornamelijk everzwijnen - waren er in Limburg de voorbije vijf jaar 44 aanvragen. Hiervan werd geen enkele aanvaard.”
5. Afschotcijfers everzwijnen
De afschotcijfers voor everzwijnen zijn de voorbije jaren spectaculair toegenomen, van 518 in 2014 naar 1.519 vorig jaar. Dit is bijna een verdrievoudiging. “Opmerkelijk is dat 84 procent van die everzwijnen – of 1.269 stuks – in Limburg werd geschoten”, zegt Robeyns. “Sinds het eerste everzwijn in 2006 werd geschoten, zijn er al 6.600 gevolgd.”
Schade die werd veroorzaakt door bejaagbare/bestrijdbare soorten komt niet in aanmerking voor een vergoeding tenzij die dieren uit een bos- of natuurreservaat komen, of uit een natuurterrein dat door de Vlaamse Overheid, Natuurpunt of Limburgs Landschap wordt beheerd. Ook mag er in dat gebied geen jacht of bestrijding toegestaan zijn. “Voor de beschermde soorten, zoals de wolf, gelden deze bijzondere voorwaarden niet. Als schapen door een wolf werden doodgebeten, worden deze veehouders dus wel vergoed. Terwijl mensen met een tuin die door wilde zwijnen werd omgeploegd, zelden of nooit een vergoeding krijgen”, zegt Robeyns. “De aanwezigheid van wolven en everzwijnen in Vlaanderen en zeker in Limburg is een feit. Als zij schade veroorzaken, moet die eenvoudiger worden vergoed. Vandaag zijn de aanvragen te ingewikkeld en de voorwaarden te zwaar. De volgende Vlaamse regering moet hier snel een mouw aan passen.”