|
17 jul 2019 |
10:41 |
|
Nieuwe grassoort kan beter tegen droogte
Dat het gras in uw tuin door de droogte niet snel groeit, vindt u misschien niet erg, zolang het maar niet bruin wordt. Maar voor landbouwers is die droogte een financiële strop. De helft van de landbouwgrond is grasland.
|
Het is het voedsel voor het vee, als vers gras of om in te kuilen als voorraad voor de winter. Vijf tot zes keer per jaar wordt de weide gemaaid, maar door de droogte daalt het aantal maaibeurten omdat het gras minder snel groeit. Vorige zomer misten de boeren twee ‘snedes’ (maaibeurten), waardoor ze extra voedsel voor hun dieren moesten aankopen.
‘De eerste maaibeurt in de lente is de belangrijkste. In 2017 ging het toen al mis. Om de gevolgen van de droogte op te vangen denkt men meestal aan beregenen, maar dat is duur en eigenlijk symptoombestrijding’, zegt Isabel Roldán-Ruiz, wetenschappelijk directeur bij de eenheid Plant van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (Ilvo). Een fundamentelere oplossing bestaat erin gewassen te ontwikkelen die beter tegen de droogte kunnen. ‘We zijn in 2012 begonnen met het intensief veredelen van raaigras op droogtetolerantie en om de droogte te kunnen simuleren in jaren met voldoende regen hebben we verrijdbare regenkappen gebouwd’, legt Roldán-Ruiz uit.
Op de terreinen van het Ilvo liggen in openlucht honderden perceeltjes van 4 m² gras, elk ‘plotje’ heeft een ander grasras. Veredelaars observeren en selecteren welke rassen het best presteren en geven punten op verschillende criteria: ziekteresistentie, opbrengst, hoe snel het gras weer groeit na een maaibeurt, de hoeveelheid eiwit en suikers, de verteerbaarheid voor de runderen en hoe droogteresistent het ras is. Rassen die de lat niet halen, worden geschrapt.
‘Veredelen is weggooien’, legt Roldán-Ruiz uit. ‘Een veredelaar begint met tienduizend variëteiten en maakt veel nieuwe combinaties om er twee of drie over te houden. Dan moet de veredelaar een examen doen voor een jury. Hij moet bewijzen dat het ras beter is dan de rassen die al op de markt zijn, en dat hij een nieuw ras heeft ontwikkeld en niet een makkelijke namaak. Die jury zaait de zaden dan gedurende drie tot vier jaar uit en geeft punten op de verschillende criteria. Pas als het ras slaagt, komt het op de officiële rassenlijst. Het hele proces duurt makkelijk tien jaar.’
Ondertussen ontwikkelde het Ilvo al verschillende rassen die beter tegen de droogte kunnen. Het succesvolst is het ras Festilo. ‘De soort rietzwenkgras, die vooral in Zuid-Europa voorkomt, heeft diepe wortels en kan zeer goed tegen de droogte, maar de koeien lusten het minder graag en het is niet goed verteerbaar. Engels raaigras is wel erg lekker en verteerbaar, heeft een hoge opbrengst en een hoog eiwitgehalte, maar het kan slecht tegen de droogte. Die twee soorten hebben we in het laboratorium gekruist tot de soort Festulolium. Via klassieke veredeling hebben we dan het ras Festilo ontwikkeld dat de kwaliteiten van beide soorten combineert.’
Sinds 2017 staat Festilo op de officiële rassenlijst en sinds kort zit het in de grasmengsels die boeren kunnen aankopen en zaaien. Dat wil niet zeggen dat het werk klaar is. ‘We blijven rassen veredelen want klimaat is geen vaststaand gegeven en de omstandigheden waarin boeren moeten werken, blijven veranderen.’
|
|
|
|