|
24 feb 2020 |
12:11 |
|
Delegatie van sommige bevoegdheden aan personeelsleden van het Departement landbouw en Visserij
Besluit van de secretaris-generaal tot wijziging van het besluit van de secretaris-generaal van 24 maart 2017 tot delegatie van sommige bevoegdheden aan personeelsleden van het Departement landbouw en Visserij
|
Dit besluit is gebaseerd op:
- de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 87, § 1, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993, en § 3, eerste lid, vervangen bij de wet van 8 augustus 1988 en gewijzigd bij de bijzondere wet van 6 januari 2014;
- het bijzonder decreet van 7 juli 2006 over de Vlaamse instellingen, artikel 21
- het decreet van 22 december 1993 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1994, artikel 12, gewijzigd bij de decreten van 24 december 2004, 23 juni 2006, 28 juni 2013 en 19 december 2014;
- het decreet van 13 mei 1997 houdende oprichting van een financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector, artikel 12, gewijzigd bij het decreet van 19 december 2008;
- het decreet van 24 december 2004 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2005, artikel 54, gewijzigd bij het decreet van 18 december 2009;
- het decreet van 3 april 2009 houdende de organisatie van co-existentie van genetisch gemodificeerde gewassen met conventionele gewassen en biologische gewassen, artikel 7 en 11;
- het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid, artikel 4, gewijzigd bij decreten van juni 2017 en 26 april 2019, artikel 6, gewijzigd bij decreet van 26 april 2019, artikel 23, 24, 28, 39, 40, 42, artikel 44, gewijzigd bij decreet van 30 juni 2017, artikel 45, artikel 54, gewijzigd bij decreet van 26 april 2019, artikel 55, gewijzigd bij decreet van 30 juni 2017, artikel 56, gewijzigd bij decreet van 26 april 2019, artikel 57, 58, gewijzigd bij decreet van 30 juni 2017, artikel 59, gewijzigd bij decreet van 26 april 2019, artikel 62, artikel 64, gewijzigd bij decreet van 30 juni 2017, artikel 65, 69, 70, 71, 72, 73;
- het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
- het koninklijk besluit van 2 juni 1998 betreffende de zoötechnische en genealogische voorschriften voor de verbetering en de instandhouding van de pluimvee- en konijnenrassen, artikel 1, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 19 maart 2010 en 19 december 2014, artikel 1/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, en artikel 3, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2003 houdende reglementering van de handel in en de keuring van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen, artikel 1bis, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 17, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 en 28 april 2006, artikel 17bis, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005, artikel 18, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, artikel 19 en 22, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005, en artikel 23, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2003 betreffende de procedure tot erkenning van bosbouwkundig uitgangsmateriaal en het in de handel brengen van bosbouwkundig teeltmateriaal, artikel 1/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 24 en 30, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2003 betreffende het in de handel brengen van vegetatief teeltmateriaal voor wijnstokken, artikel 2/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 10, 11, 13 en 25, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 18 maart 2005 houdende het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van groentezaad, artikel 3/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 12, 22, 24 en 25, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 2005 houdende reglementering van de handel in en de keuring van zaaizaad van groenvoedergewassen, artikel 1/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 5, artikel 7, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006, artikel 8, artikel 7, 16, 20, artikel 20bis, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2008, artikel 21 en 26, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 28 april 2006 en bijlage IV, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 22 december 2016;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 tot de instelling van een visvergunning en houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de communautaire regeling inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden, artikel 1/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 2, 4, 7, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 8, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 22 juli 2011 en 19 december 2014, artikel 8/3, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 juli 2011 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 9, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 22 juli 2011 en 19 december 2014, artikel 10, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, en artikel 18;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 houdende de reglementering van de handel in en de keuring van zaaigranen, artikel 1/2, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 5, 7, 17, 19, 20, 21, 22, 25 en 26;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 houdende reglementering van de handel in en de keuring van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie, artikel 1/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 5, 6, 13, 15, 16, 17, 18, 21 en 22;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 houdende de reglementering van de handel in en de keuring van bietenzaad van landbouwrassen, artikel 1/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 5, 7, 15, 17, 18, 19, 20, 23, 24 en bijlage 1;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2006 betreffende de loontriage van zaden van bepaalde soorten van landbouwgewassen die bestemd zijn om te worden ingezaaid, artikel 1/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 3, 4, 7, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2018, en artikel 12;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 19 januari 2007 houdende de reglementering van de handel in en de keuring van pootaardappelen, artikel 1/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, artikel 3, 10, 20, 21 en 22;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2007 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen, artikel 1/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, en artikel 3, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2018;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 26 september 2008 betreffende de toelating van de rassen van landbouwgewassen en groentegewassen tot en het behoud ervan op de rassenlijsten van landbouwgewassen en groentegewassen, artikel 5, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2018 en bij het ministerieel besluit van 24 februari 2015, artikel 12, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2018, en artikel 13;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 22 januari 2010 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt, artikel 3, 4, 5, 6, 7, 9, 11, artikel 12, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2018, artikel 13, 14 en 16;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 15 oktober 2010 houdende de vaststelling van algemene maatregelen voor de co-existentie van genetisch gemodificeerde gewassen met conventionele gewassen en biologische gewassen, artikel 1/1, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014, en artikel 17, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2014;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 3 december 2010 betreffende de certificering van hop en hopproducten, artikel 2, 3, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2018, artikel 5, artikel 6, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2018, en artikel 7;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011 tot het verlenen van steun voor deelname aan Europees erkende voedselkwaliteitsregelingen, artikel 22, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 25 april 2014 en 19 december 2014;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen en traditionele aanduidingen van wijnbouwproducten en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken, artikel 5, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2018, artikel 8, 11;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, artikel 1, laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 14 september 2018, artikel 4, 6, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 18 oktober 2019, artikel 7, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 11 maart 2016 en 18 oktober 2019, 8, 27, 28, 37, 38, 40, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 oktober 2019, artikel 41, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 14 september 2018 en 18 oktober 2019, artikel 43, 45, 49, 51, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 oktober 2019, artikel 52, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 11 maart 2006 en 18 oktober 2019, artikel 53, artikel 54, 55, 58, 62, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 oktober 2019, artikel 63, 66, artikel 67, 68, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 18 oktober 2019, artikel 70 en 77;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juli 2014 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, artikel 6, 7 en 14;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 5 december 2014 houdende de toepassing van geïntegreerde gewasbescherming door professionele gebruikers van gewasbeschermingsmiddelen, artikel 3, 5 en 9;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 30 oktober 2015 tot regeling van de delegatie van beslissingsbevoegdheden aan de hoofden van de departementen en van de intern verzelfstandigde agentschappen, artikel 8, 9, 10, 11, 13, 14, 15, 16, 17, eerste lid, 3°, 19, 20 en 21;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 5 februari 2016 houdende vaststelling van de werking en het beheer van het Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector (FIVA) en de verrichtingen die voor steun in aanmerking komen, artikel 2, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2018;
- het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2018 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van siergewassen, artikel 6, tweede lid, 3°, artikel 7, 2° en 4°, artikel 11, tweede lid, artikel 12, eerste lid, 2° en artikel 19, eerste lid;
- het Fokkerijbesluit van 17 mei 2019, artikel 13, 14, 27, 28, 32, 33, 40, 45, 47 51, 53, 54, 60 en 64;
- het ministerieel besluit van 19 februari 2000 tot vaststelling van de schema's met de voorwaarden waaraan teeltmateriaal en plantgoed van groenten, met uitzondering van zaad, moeten voldoen, van de uitvoeringsbepalingen met betrekking tot het toezicht op en de controle van leveranciers van deze materialen, van hun bedrijven en van de laboratoria, en van de erkenning van de laboratoria, artikel 1/1, ingevoegd bij het ministerieel besluit van 24 februari 2015, artikel 9, 11, 12, 13, 14, 16 en 18, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 19 mei 2006;
- het ministerieel besluit van 23 januari 2004 tot vaststelling van de toepassingsvoorwaarden voor de indeling van geslachte varkens, artikel 6, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 en het ministerieel besluit van 19 mei 2006;
- het ministerieel besluit van 2 juni 2004 tot vaststelling van een technisch controlereglement betreffende het bosbouwkundig teeltmateriaal, bijlage, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 19 mei 2006 en 24 februari 2015;
- het ministerieel besluit van 2 juni 2009 tot vaststelling van bepaalde afwijkingen voor de toelating van landrassen en rassen in de landbouw die zich op natuurlijke wijze hebben aangepast aan de lokale en regionale omstandigheden en die door genetische erosie worden bedreigd, en voor het in de handel brengen van zaaizaad en pootaardappelen van die landrassen en rassen, artikel 8, gewijzigd bij het Ministerieel besluit van 19 februari 2019, artikel 9, 12, 13, 14, artikel 15, gewijzigd bij het Ministerieel besluit van 19 februari 2019, artikel 16, 17, 20, 22 en 23;
- het ministerieel besluit van 20 januari 2010 tot vaststelling van de procedures voor de rassenlijsten van landbouw- en groentegewassen, artikel 4, gewijzigd bij het Ministerieel Besluit van 19 februari 2019;
- het ministerieel besluit van 2 december 2010 tot vaststelling van bepaalde afwijkingen voor de toelating van landrassen en rassen van groenten die van oudsher op bepaalde plaatsen en in bepaalde gebieden worden gekweekt en die door genetische erosie worden bedreigd, en van groenterassen die geen intrinsieke waarde hebben voor de commerciële productie van gewassen, maar die ontwikkeld zijn voor teelt onder bijzondere omstandigheden, en voor het in de handel brengen van zaaizaad van die landrassen en rassen, artikel 8, 9, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 25, 31, 33 en 34;
- het ministerieel besluit van 20 oktober 2011 tot vaststelling van bepaalde afwijkingen voor het in de handel brengen van zaaizaadmengsels van groenvoedergewassen die bestemd zijn voor gebruik bij het behoud van de natuurlijke omgeving, artikel 3, 4, 5, 8, 9, 10, 14 en 15;
- het ministerieel besluit van 26 maart 2015 tot delegatie van specifieke bevoegdheden aan het hoofd van het Departement Landbouw en Visserij, artikel 6, 7, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 15 maart 2017, artikel 8, 9, 13, 15, 16, 18, 19, 20, 21, 22, 23, 24 en 25;
- het ministerieel besluit van 5 november 2015 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van pootaardappelen, bijlage 1, punt 1.1.6., 1.4. en 1.5.2;
- het ministerieel besluit van 23 december 2015 tot uitvoering van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens, artikel 2, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 14, 18, 20, 24, 26, 28;
- het ministerieel besluit van 8 juli 2016 betreffende de voorschriften voor het etiketteren, plomberen en verpakken van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsook van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden, artikel 5 en 6;
- het ministerieel besluit van 25 juli 2016 betreffende de registratie van leveranciers en van rassen, artikel 4, 6, 7, 9, 11 en 12
- het ministerieel besluit van 25 augustus 2016 betreffende de uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de voorschriften voor fruitgewassen, de specifieke voorschriften waaraan leveranciers moeten voldoen, en de nadere voorschriften voor officiële inspecties, artikel 4, 5, 6, 7, 8, 9, 11, 12, 13, 14, 17, 18, 19, 20, 22, 23 en 24;
- het ministerieel besluit van 30 april 2017 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen, bijlagen 1 tot en met 7;
- het ministerieel besluit van 23 februari 2018 tot vaststelling van de schema's met de voorwaarden waaraan teeltmateriaal van siergewassen moet voldoen, van de voorschriften voor het door de leverancier op te maken etiket of ander document en van de aanvullende uitvoeringsbepalingen voor de door de leverancier bij te houden lijsten van siergewassen, artikel 5, tweede lid, 4° en derde lid;
Juridisch kader
Dit besluit sluit aan bij de volgende regelgeving:
- het besluit van de secretaris-generaal van 1 oktober 2018;
DE SECRETARIS-GENERAAL VAN HET DEPARTEMENT LANDBOUW EN VISSERIJ
BESLUIT:
Artikel 1. Artikel 4 van het besluit van de secretaris-generaal van 24 maart 2017 tot delegatie van sommige bevoegdheden aan personeelsleden van het Departement Landbouw en Visserij wordt vervangen door wat volgt:
"Art. 4. De bij dit besluit aan een afdelingshoofd van het departement gedelegeerde beslissingsbevoegdheden kunnen alleen uitgeoefend worden inzake de aangelegenheden die tot de taken van de afdeling in kwestie behoren als vermeld in het besluit van de secretaris-generaal van 15 maart 2017 tot indeling van het Departement Landbouw en Visserij en tot vaststelling van zijn organogram, het laatst gewijzigd bij het besluit van de secretaris-generaal van 18 november 2019.".
Art. 2. In artikel 14 en 16 van hetzelfde besluit wordt het bedrag "85.000 euro" vervangen door het bedrag "30.000 euro".
Art. 3. In artikel 17 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de secretaris-generaal van 18 oktober 2017 en 17 mei 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° tussen de woorden "afdelingshoofden" en "hebben" wordt de zinsnede ", de woordvoerder en dhr. Bart Merckaert" ingevoegd;
2° in punt 1° worden de woorden "conform het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur en de uitvoeringsbepalingen ervan" vervangen door de woorden "conform hoofdstuk 3 van het Bestuursdecreet van 7 december 2018";
3° punt 2° wordt vervangen door wat volgt:
"2° tot hergebruik van overheidsinformatie conform hoofdstuk 4 van het Bestuursdecreet van 7 december 2018.".
Art. 4. Aan hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk 2/1, dat bestaat uit artikel 19/1, toegevoegd, dat luidt als volgt:
"Hoofdstuk 2/1. Delegatie inzake Landbouwbureau en Coördinerende Instantie
Art. 19/1. Mevr. Frieda Blockx heeft delegatie om de briefwisseling van het Landbouwbureau en de Vlaamse cel van de Intergewestelijke Coördinerende Instantie te ondertekenen.".
Art. 5. In hoofdstuk 7 van hetzelfde besluit wordt afdeling 2, die bestaat uit artikel 33, opgeheven.
Art. 6. Aan hoofdstuk 7 van hetzelfde besluit wordt een afdeling 8, die bestaat uit artikel 37/2, toegevoegd, die luidt als volgt:
"Afdeling 8. Delegatie inzake FIVA en het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij
Art. 37/2. Het afdelingshoofd van de afdeling Beleidscoördinatie en Omgeving heeft delegatie om inzake steunmaatregelen in uitvoering van het decreet van 13 mei 1997 houdende oprichting van een Financieringsinstrument voor de Vlaamse visserij- en aquacultuursector:
1° beslissingen te nemen over de onderhandse verkoop van onroerende goederen die als zekerheid zijn ingebracht voor kredieten met FIVA-waarborg waarbij de prijs niet lager mag zijn dan de schatting door het Comité tot Aankoop van Onroerende Goederen of door de Ontvanger Der Domeinen en Penale Boeten;
2° goedkeuring te verlenen voor een gespreide terugbetaling van de teruggevorderde steun, met een maximum van 50.000 euro tot uiterlijk zestig maanden na de terugvorderingsdatum;
3° goedkeuring te verlenen voor de uitbetaling van verwijlinteresten op de FIVA-waarborg, uitbetalingen waarvoor de initiële afrekening al eerder is goedgekeurd door de minister.
Art. 7. Aan hoofdstuk 7 van hetzelfde besluit wordt een afdeling 9, die bestaat uit artikel 37/3 tot en met 37/4, toegevoegd, die luidt als volgt:
"Afdeling 9. Delegatie inzake visserij
Art. 37/3. Het afdelingshoofd van de afdeling Beleidscoördinatie en Omgeving heeft delegatie om de besluiten over aanvullende nationale quotamaatregelen rechtstreeks aan de minister voor te leggen.
Art. 37/4. Het afdelingshoofd van de afdeling Beleidscoördinatie en Omgeving heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 tot de instelling van een visvergunning en houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de communautaire regeling inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden en het ministerieel besluit van 9 februari 2006 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 tot de instelling van een visvergunning en houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de communautaire regeling inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden met betrekking tot het kustvisserssegment, alsook tot de opheffing van drie ministeriële besluiten delegatie om:
1° visvergunningen uit te reiken;
2° te beslissen over de samenvoeging van motorvermogens;
3° een bijkomend motorvermogen toe te kennen;
4° te beslissen om een vissersvaartuig te laten opnemen in het kustvisserssegment;
5° te beslissen om de vangstrechtfactor aan te passen;
6° visvergunningen aan te passen;
7° visvergunningen uit te reiken en brutotonnenmaat toe te kennen.
Art. 8. In artikel 40 van hetzelfde besluit worden punten 4° en 6° opgeheven.
Art. 9. Aan hoofdstuk 8 van hetzelfde besluit wordt een afdeling 5, die bestaat uit artikel 45/1 tot en met 45/27, toegevoegd, die luidt als volgt:
"Afdeling 5. Delegatie inzake plantaardig teeltmateriaal
Art. 45/1. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2003 houdende reglementering van de handel in en de keuring van zaaizaad van oliehoudende planten en vezelgewassen delegatie om:
1° een keurings- en certificeringsreglement voor te stellen aan de minister;
2° beslissingen te nemen over de erkenningen;
3° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten.
Art. 45/2. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 oktober 2003 betreffende de procedure tot erkenning van bosbouwkundig uitgangsmateriaal en het in de handel brengen van bosbouwkundig teeltmateriaal delegatie om:
1° een technisch controlereglement voor te stellen aan de minister;
2° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten.
Art. 45/3. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 oktober 2003 betreffende het in de handel brengen van vegetatief teeltmateriaal voor wijnstokken delegatie om:
1° een technisch controlereglement voor te stellen aan de minister;
2° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten.
Art. 45/4. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 18 maart 2005 houdende het in de handel brengen van teeltmateriaal en plantgoed van groentegewassen, met uitzondering van groentezaad, delegatie om:
1° beslissingen te nemen over de erkenningen;
2° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
3° passende maatregelen te nemen en in te trekken;
4° communicatie te voeren met de Europese Commissie en de andere lidstaten en gewesten;
5° instemming te verlenen met het controlereglement als de technische controle gedelegeerd wordt.
Art. 45/5. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 maart 2005 houdende reglementering van de handel in en de keuring van zaaizaad van groenvoedergewassen delegatie om:
1° een keurings- en certificeringsreglement voor te stellen aan de minister;
2° beslissingen te nemen over de erkenningen;
3° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
4° beslissingen te nemen over het toelaten van zaden tot de handel.
Art. 45/6. Het afdelingshoofd van afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 houdende reglementering van de handel in en de keuring van zaaigranen delegatie om:
1° een keurings- en certificeringsreglement voor te stellen aan de minister;
2° beslissingen te nemen over de erkenningen;
3° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
4° beslissingen te nemen over het toelaten van zaden tot de handel.
Art. 45/7. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 houdende reglementering van de handel in en de keuring van groentezaad en zaad van cichorei voor de industrie delegatie om:
1° een keurings- en certificeringsreglement voor te stellen aan de minister;
2° beslissingen te nemen over de erkenningen;
3° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
4° beslissingen te nemen over het toelaten van zaden tot de handel.
Art. 45/8. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 houdende reglementering van de handel in en de keuring van bietenzaad van landbouwrassen delegatie om:
1° een keurings- en certificeringsreglement voor te stellen aan de minister;
2° beslissingen te nemen over de erkenningen;
3° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
4° beslissingen te nemen over het toelaten van zaden tot de handel.
Art. 45/9. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2006 betreffende de loontriage van zaden van bepaalde soorten van landbouwgewassen die bestemd zijn om te worden ingezaaid, delegatie om:
1° beslissingen te nemen over de erkenning van loontrieerders en de toekenning van het registratienummer;
2° loontrieerders die erkend zijn door andere instanties, te registeren;
3° een model voor de aanvraag van de erkenning en een model van het begeleidende document op te stellen;
4° documentnummers en zelfklevende etiketten toe te kennen.
Art. 45/10. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 januari 2007 houdende de reglementering van de handel in en de keuring van pootaardappelen delegatie om:
1° een keurings- en certificeringsreglement voor te stellen aan de minister;
2° erkenningen te verlenen;
3° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
4° beslissingen te nemen over het toelaten van pootgoed tot de handel.
Art. 45/11. Het afdelingshoofd van afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 september 2008 betreffende de toelating van de rassen van landbouwgewassen en groentegewassen tot en het behoud ervan op de rassenlijsten van landbouwgewassen en groentegewassen delegatie om:
1° de rassenlijsten officieel bekend te maken;
2° alle kennisgevingen te doen met betrekking tot de rassenlijsten;
3° het Comité voor het beheer van de rassenlijsten voor landbouwgewassen en groentegewassen voor te zitten.
Art. 45/12. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 22 januari 2010 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsmede van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt, delegatie om:
1° machtigingen te verlenen of maatregelen te nemen om teeltmateriaal en fruitgewassen tot de handel toe te laten;
2° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
3° passende maatregelen te nemen;
4° beslissingen te nemen over de gelijkwaardigheid van teelmateriaal en fruitgewassen die in derde landen geproduceerd zijn;
5° taken aan derden te delegeren en de Europe Commissie daarvan op de hoogte te brengen.
Art. 45/13. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 oktober 2010 houdende de vaststelling van algemene maatregelen voor de co-existentie van genetisch gemodificeerde gewassen met conventionele gewassen en biologische gewassen delegatie om:
1° de wijziging te verifiëren en de opdracht te geven tot terugbetaling van het betaalde bedrag;
2° een elektronisch register van de teelt van genetisch gemodificeerde gewassen bij te houden.
Art. 45/14. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 3 december 2010 betreffende de certificering van hop en hopproducten delegatie om:
1° certificeringscentra te erkennen;
2° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten.
Art. 45/15. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2018 betreffende het in de handel brengen van teeltmateriaal van siergewassen, delegatie om:
1° officiële examens en bijscholingen te organiseren voor het personeel van de controleorganen voor wat betreft de erkenning van controleorganen;
2° het algemene controlereglement siergewassen op te maken;
3° instructies op te leggen aan het controleorgaan wat betreft het voorleggen van de lijst van de gecontroleerde leveranciers met de resultaten van de uitgevoerde controles;
4° toezicht uit te oefenen op de controleorganen en hen eventuele correctieve maatregelen op te leggen en de termijn en laatste uitvoertermijn te bepalen waarin deze door de controleorganen uitgevoerd moeten worden;
5° te oordelen dat leveranciers die reeds uit hoofde van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 zijn geregistreerd, voor dit besluit zijn geregistreerd;
6° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
7° maatregelen aan de leverancier op te stellen als een organisme wordt aangetroffen dat is opgenomen in de kwaliteitsvoorschriften;
8° ten aanzien van de leverancier passende maatregelen te nemen en in te trekken;
9° passende corrigerende maatregelen te nemen en als dat niet mogelijk is, teeltmateriaal te verbieden in de handel te brengen in de Europese Unie.
Art. 45/16. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 19 februari 2000 tot vaststelling van de schema's met de voorwaarden waaraan teeltmateriaal en plantgoed van groenten, met uitzondering van zaad, moeten voldoen, van de uitvoeringsbepalingen met betrekking tot het toezicht op en de controle van leveranciers van deze materialen, van hun bedrijven en van de laboratoria, en van de erkenning van de laboratoria delegatie om:
1° technische reglementen voor de kwaliteitscontrole op te stellen;
2° beslissingen te nemen over de erkenningen van laboratoria;
3° een overeenkomst te sluiten met de referentielaboratoria voor het bepalen van de opsporingsmethoden en methoden van monstername, en om aanvragen voor vergelijkende ontledingen te doen bij de referentielaboratoria;
4° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten.
Art. 45/17. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 2 juni 2004 tot vaststelling van een technisch controlereglement betreffende het bosbouwkundig teeltmateriaal delegatie om:
1° passende instructies op te maken;
2° het model van de documenten en de vormen van informatieoverdracht aan te passen;
3° beslissingen te nemen over erkenningen;
4° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
5° tussen te komen als het teeltmateriaal bestemd is voor derde landen, en een basiscertificaat op te maken en af te leveren voor bosbouwkundig teeltmateriaal uit derde landen.
Art. 45/18. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 2 juni 2009 tot vaststelling van bepaalde afwijkingen voor de toelating van landrassen en rassen in de landbouw die zich op natuurlijke wijze hebben aangepast aan de lokale en regionale omstandigheden en die door genetische erosie worden bedreigd, en voor het in de handel brengen van zaaizaad en pootaardappelen van die landrassen en rassen delegatie om:
1° afwijkingen toe te staan voor de benamingen van de instandhoudingsrassen;
2° het aangewezen gebied mee te delen aan de Europese Commissie;
3° de Europese Commissie, de andere lidstaten en de gewesten op de hoogte te brengen van de aanvullende gebieden die hij voor zaadteelt wil goedkeuren, en de aanvullende zaadteeltgebieden die hij gemeld heeft, goed te keuren en na de goedkeuring opnieuw de Europese Commissie, de andere lidstaten en de gewesten op de hoogte te brengen;
4° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
5° hoeveelheden zaaizaad toe te wijzen aan elke betrokken producent dat in de handel gebracht mag worden;
6° verslag uit te brengen aan de Europese Commissie, de andere lidstaten en de gewesten;
7° de Europese Commissie op de hoogte te brengen van de erkende organisaties.
Art. 45/19. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 20 januari 2010 tot vaststelling van de procedures voor de rassenlijsten van landbouw- en groentegewassen delegatie om gegevens bekend te maken.
1° per gewas de termijnen bepalen, als vermeld in artikel 2, vijfde lid, van hetzelfde besluit;
2° gegevens bekend te maken.
Art. 45/20. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 30 april 2017 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement van zaaizaden van landbouw- en groentegewassen delegatie om:
1° beslissingen te nemen over de erkenning en de intrekking van de erkenning van repelaars-stockeerders, handelaars-bereiders in zaaizaden, bereiders van mengsels, verdelers van zaaizaad in kleine verpakkingen, en verantwoordelijken voor standaardzaad;
2° nadere instructies te geven aan repelaars-stockeerders, handelaars-bereiders van zaaizaden, bereiders van mengsels, verdelers van zaaizaad in kleine verpakkingen, verantwoordelijken voor de productie van standaardzaad, en eigenaars van een zaadpartij die onder dekking van OESO-certificaten is ingevoerd;
3° de hoeveelheden bekend te maken waarvoor per ras in de procedure van inschrijving voor opname in een rassenlijst toestemming wordt gegeven om in de handel te brengen;
4° het gebruik op het gehele grondgebied van het Vlaamse Gewest of een deel daarvan verbieden van een ras in procedure van inschrijving voor opname op een nationale rassenlijst van een andere lidstaat, waarvoor die lidstaat toestemming heeft gegeven om te gebruiken in het Vlaamse Gewest, of passende voorwaarden bepalen voor de teelt van het ras en voor het gebruik van de producten uit die teelt;
5° toestemming te verlenen aan een kweker of zijn mandataris om een ras in de procedure van inschrijving voor opname in een rassenlijst in de handel te brengen om van het gebruik van het ras gegevens te verzamelen in het Vlaams Gewest, in een ander gewest of in een andere lidstaat;
6° beslissingen te nemen over de erkenning van bedrijfskeurmeesters voor de veldkeuring, bedrijfsstaalnemers voor automatische en manuele zaadbemonstering onder officieel toezicht, bedrijfslaboratoria van handelaar-bereiders voor zaadontledingen onder officieel toezicht, bedrijfslaboratoriumverantwoordelijken en bedrijfszaadanalisten;
7° officiële examens en studiedagen te organiseren;
8° een akkoord te sluiten met het zaadbedrijf en degene die de keuring heeft aangevraagd voor de percelen waarop de veldkeuringen uitgevoerd moeten worden;
9° opdracht te geven om een controleveld aan te leggen;
10° een vermeerderingsperceelnummer toe te kennen;
11° het gedeelte controlekeuringen, dat minimaal 5% bedraagt, vast te stellen op het totaal aan onder officieel toezicht uitgevoerde veldkeuringen;
12° de richtlijnen uit te schrijven waaraan erkende bedrijfslaboratoria moeten aan voldoen;
13° een audit uit te voeren ter controle van de staalname onder officieel toezicht en de zaadontleding onder officieel toezicht;
14° beslissingen te nemen over de erkenning van een controleveld onder officieel toezicht;
15° het officieel te aanvaarden van de uitslagen van controlevelden uit andere lidstaten;
16° afwijkingen van indieningsdata en -termijnen toe te staan;
17° beslissingen te nemen in verband met officiële certificaten;
18° een einde te maken aan een verbintenis in geval van herhaalde overtreding;
19° voor sommige soorten aanwijzingen te geven voor de vermeerderingscontracten;
20° nadere instructies te geven over de uitvoering van de nieuwe sluiting;
21° het formaat van certificaten vast te leggen;
22° kenmerken van vezelvlas te bepalen;
23° afwijkingen toe te staan op de uiterste datum waarop strovlas moet opgeraapt zijn op basis van de weersomstandigheden;
24° aanduidingen te geven over het magazijnboek van de repelaar-stockeerder.
Art. 45/21. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 2 december 2010 tot vaststelling van bepaalde afwijkingen voor de toelating van landrassen en rassen van groenten die van oudsher op bepaalde plaatsen en in bepaalde gebieden worden gekweekt en die door genetische erosie worden bedreigd, en van groenterassen die geen intrinsieke waarde hebben voor de commerciële productie van gewassen, maar die ontwikkeld zijn voor teelt onder bijzondere omstandigheden, en voor het in de handel brengen van zaaizaad van die landrassen en rassen delegatie om:
1° afwijkingen toe te staan voor de benaming van de instandhoudingsrassen en voor de voor teelt onder bijzondere omstandigheden ontwikkelde rassen;
2° het aangewezen gebied van oorsprong mee te delen aan de Europese Commissie;
3° de Europese Commissie, de andere lidstaten en de gewesten op de hoogte te brengen van de aanvullende gebieden die hij voor zaadteelt wil goedkeuren, en de aanvullende zaadteeltgebieden die hij gemeld heeft, goed te keuren en na de goedkeuring opnieuw de Europese Commissie, de andere lidstaten en de gewesten op de hoogte te brengen;
4° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
5° hoeveelheden zaaizaad toe te wijzen aan elke betrokken producent dat in de handel gebracht mag worden;
6° verslag uit te brengen aan de Europese Commissie, de andere lidstaten en de gewesten;
7° de Europese Commissie op de hoogte te brengen van de erkende organisaties.
Art. 45/22. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 5 november 2015 tot vaststelling van een keurings- en certificeringsreglement voor de productie van pootaardappelen delegatie om:
1° laboratoria aan te wijzen;
2° beslissingen te nemen over de erkenningen;
3° toestemming te geven om partijen van rassen waarvoor de procedure van inschrijving tot opname in de nationale rassenlijst van landbouwgewassen loopt, in de handel te brengen.
Art. 45/23. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 20 oktober 2011 tot vaststelling van bepaalde afwijkingen voor het in de handel brengen van zaaizaadmengsels van groenvoedergewassen die bestemd zijn voor gebruik bij het behoud van de natuurlijke omgeving, delegatie om:
1° vergunningen te verlenen voor het in de handel brengen van instandhoudingsmengsels;
2° de regio van oorsprong van de instandhoudingsmengsels vast te stellen;
3° de hoeveelheid instandhoudingmengsels toe te wijzen aan elke betrokken producent die in de handel gebracht mag worden;
4° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie en op het in de handel brengen op de nationale markten;
5° verslag uit te brengen aan de Europese Commissie en aan de andere lidstaten en gewesten;
6° de Europese Commissie op de hoogte te brengen van de erkende organisaties.
Art. 45/24. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 8 juli 2016 betreffende de voorschriften voor het etiketteren, plomberen en verpakken van teeltmateriaal van fruitgewassen, alsook van fruitgewassen die voor de fruitteelt worden gebruikt delegatie om keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten en op het in de handel brengen op de nationale markten.
Art. 45/25. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 25 juli 2016 betreffende de registratie van leveranciers en van rassen delegatie om:
1° beslissingen te nemen over de opname en het schrappen van natuurlijke of rechtspersonen uit het leveranciersregister;
2° een rassenregister bij te houden en bekend te maken;
3° beslissingen te nemen over de opname of het schrappen van rassen in het rassenregister;
4° opdracht te geven om een ras te laten onderzoeken;
5° beslissingen te nemen over de verlenging van de registratie van een ras.
Art. 45/26. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 25 augustus 2016 betreffende de uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de voorschriften voor fruitgewassen, de specifieke voorschriften waaraan leveranciers moeten voldoen, en de nadere voorschriften voor officiële inspecties delegatie om:
1° keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten en op het in de handel brengen op de nationale markten;
2° beslissingen te nemen over de meest geschikte periode waarin de vruchtdragende planten visueel geïnspecteerd worden;
3° beslissingen te nemen over de erkenning van laboratoria;
4° de risico's op basis van de officiële inspecties te bepalen.
Art. 45/27. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 23 februari 2018 tot vaststelling van de schema's met de voorwaarden waaraan teeltmateriaal van siergewassen moet voldoen, van de voorschriften voor het door de leverancier op te maken etiket of ander document en van de aanvullende uitvoeringsbepalingen voor de door de leverancier bij te houden lijsten van siergewassen, delegatie om:
1° de keurings- en certificeringsactiviteiten uit te voeren die van toepassing zijn op de handel tussen de lidstaten en op het in de handel brengen op de nationale markten;
2° het registratienummer van de leverancier toe te kennen.".
Art. 10. Aan hoofdstuk 8 van hetzelfde besluit wordt een afdeling 6, die bestaat uit artikel 45/28 tot en met 45/30, toegevoegd, die luidt als volgt:
"Afdeling 6. Delegatie inzake kwaliteit dier
Art. 45/28. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het Fokkerijbesluit van 17 mei 2019 delegatie om:
1° om bijkomende informatie verzoeken met betrekking tot het toezicht op de verenigingen die erkend zijn conform artikel 4 van verordening (EU) nr. 2016/1012 en artikel 11, 25 en 30 van het Fokkerijbesluit;
2° de fokprogramma's te beoordelen en goed te keuren en te reageren binnen 90 dagen na kennisgeving van wijzigingen aan reeds goedgekeurde fokprogramma's;
3° coördinerende taken van een vereniging goed te keuren en te reageren binnen 90 dagen na kennisgeving van wijzigingen aan reeds goedgekeurde coördinerende taken;
4° een model van document, vermeld in artikel 45, derde lid, van hetzelfde besluit, vast te leggen;
5° de vorm en formulering van de gegevens vermeld in artikel 47, eerste lid, van hetzelfde besluit, vast te leggen;
6° andere lidstaten en het publiek van elke voorgenomen wedstrijd van paardachtigen en de redenen daarvoor op de hoogte brengen;
7° het bekendmaken van genomen beslissingen van de bevoegde autoriteit aan de betrokken actoren.
Art. 45/29. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 2013 houdende vaststelling en organisatie van de indeling van geslachte runderen en van geslachte varkens delegatie om:
1° externe erkende classificeerders en onafhankelijke indelingsbureaus aan te wijzen;
2° het formaat, de vorm en de codes van gegevens te bepalen en goed te keuren;
3° de procedure voor het meedelen van gegevens aan producenten goed te keuren;
4° een voorlopige erkenning te verlenen aan classificeerders;
5° de elementen van de rapportering van een erkende classificeerder vast te stellen;
6° de certificeringsproef uit te voeren;
7° de conformiteit en betrouwbaarheid van de geïnstalleerde erkende indelingsmethode te testen, op basis daarvan te beslissen over de betrouwbaarheid en conformiteit van de geïnstalleerde erkende indelingsmethode en de beslissing mee te delen;
8° de testprocedure uit te voeren;
9° akkoord te verlenen aan de IVB voor het bezorgen van overzichten van de kwaliteitsklassen;
10° de procedures voor de activiteiten van IVB goed te keuren;
11° de procedure voor de vorming, de begeleiding, de evaluatie en de beoordeling van de controleurs, en de procedures voor het verrichten van vaststellingen door de IVB goed te keuren;
12° de uitvoering van de activiteiten door de CBKc en de IVB te evalueren;
13° de overeenkomsten tussen de inrichtingen en de CBKc, respectievelijk de IVB, en iedere wijziging daaraan, te beoordelen, goed te keuren en de beslissing mee te delen;
14° de CBKc te belasten met de opmaak van een evaluatierapport van een erkende classificeerder over een andere periode;
15° de CBKc te belasten met bijkomende vormingen, adviesverlening en bijstand;
16° het aanvraagdossier voor de erkenning van een indelingsmethode te beoordelen en de beslissing mee te delen;
17° de kalibratie van het indelingstoestel en de software die gebruikt wordt bij de indelingsmethode, en iedere wijziging daaraan, te beoordelen, goed te keuren en de beslissing mee te delen;
18° het rapport op te stellen over de erkenning van een indelingsmethode;
19° het bekendmaken van genomen beslissingen van de bevoegde autoriteit aan de betrokken actoren, inrichtingen, CBKc en IVB.
Art. 45/30. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het ministerieel besluit van 23 januari 2004 tot vaststelling van de toepassingsvoorwaarden voor de indeling van geslachte varkens, delegatie om aanvullende voorwaarden van het indelingssysteem en de testprocedure te bepalen.".
Art. 11. Aan hoofdstuk 8 van hetzelfde besluit wordt een afdeling 7, die bestaat uit artikel 45/31 tot en met 45/32, toegevoegd, die luidt als volgt:
"Afdeling 7. Delegatie inzake kwaliteitslabels
Art. 45/31. Het afdelingshoofd van de afdeling Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2007 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen en de gegarandeerde traditionele specialiteiten voor landbouwproducten en levensmiddelen delegatie om de aanvragen tot registratie van geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen en gegarandeerde traditionele specialiteiten in te dienen bij de Europese Commissie.
Art. 45/32. Het afdelingshoofd van de Inkomenssteun heeft voor de toepassing van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 betreffende de bescherming van geografische aanduidingen, oorsprongsbenamingen en traditionele aanduidingen van wijnbouwproducten en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken delegatie om de beschermingsaanvraag voor oorsprongsbenamingen, geografische aanduidingen en traditionele aanduidingen in te dienen bij de Europese Commissie.".
Art. 12. In artikel 49 van hetzelfde besluit wordt punt 6° opgeheven.
Art. 13. In artikel 53 van hetzelfde besluit wordt punt 1° opgeheven.
Art. 14. In hetzelfde besluit wordt hoofdstuk 10, dat bestaat uit artikel 55 tot en met 90, opgeheven.
Art. 15. In hetzelfde besluit wordt artikel 99/2, ingevoegd bij het besluit van de secretaris-generaal van 7 december 2018, opgeheven.
Art. 16. In hetzelfde besluit wordt een artikel 99/3 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 99/3. Het besluit van het afdelingshoofd van 17 mei 2018 tot delegatie van sommige bevoegdheden aan personeelsleden van de afdeling Kwaliteit Dier, Kwaliteit Plant en Visserij, wordt opgeheven.".
Art. 17. In hetzelfde besluit wordt een artikel 99/4 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 99/4. In het besluit van het afdelingshoofd van 28 juni 2017 tot delegatie van sommige bevoegdheden aan personeelsleden van de afdeling Beleidscoördinatie en Omgeving worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° artikel 13, vervangen bij het besluit van het afdelingshoofd van 1 juni 2018, wordt opgeheven;
2° hoofdstuk 8, dat bestaat uit artikel 17, wordt opgeheven;
3° hoofdstuk 9/1, dat bestaat uit artikel 19/1, ingevoegd bij het besluit van het afdelingshoofd van 10 juni 2018, wordt opgeheven."
Art. 18. Art. 18. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 18 november 2019, met uitzondering van artikel 2, dat inwerking treedt op 1 maart 2020.
Brussel, 4 februari 2020.
De secretaris-generaal van het Departement Landbouw en Visserij,
P. DE CLERCQ
|
|
|
|