Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 04 mrt 2020 15:54 

Rapport van de Europese Rekenkamer over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen


Vraag om uitleg over het rapport van de Europese Rekenkamer over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen van Ludwig Vandenhove aan minister Hilde Crevits

De voorzitter

De heer Vandenhove heeft het woord.

Ludwig Vandenhove (sp·a)

In het nieuwe rapport van de Europese Rekenkamer staat dat de EU er de afgelopen tien jaar niet in is geslaagd de risico's verbonden aan het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen aanzienlijk te beperken. Er doen ook geruchten of berichten de ronde – wat we allemaal weten maar wat niemand durft te zeggen – dat de betrokken lobbygroepen daar nogal wat invloed op hebben.

In uw beleidsnota, op pagina 27, staat dat u zelf een groot voorstander bent van de principes van geïntegreerde gewasbescherming. Die zouden moeten worden “bijgestuurd volgens de nieuwste wetenschappelijke inzichten en de omschakeling naar ecologisch minder belastende middelen wordt gestimuleerd”. Vandaar dat u het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) daarvoor ‘aanduidt’ – tussen aanhalingstekens. In die zin is wat in het Vlaamse regeerprogramma staat voor een stuk tegengesteld aan de berichtgeving vanuit de Europese Rekenkamer. De Europese Rekenkamer bevestigt dat de richtlijn tot nu toe niet het gewenste resultaat had en spreekt dan ook over niet-betrouwbare gegevens over het gebruik. Ook de handhaving schiet te kort. Daarom heeft de Europese Rekenkamer het over meer handhaving en het opleggen van meer boetes.

In België zijn land- en tuinbouwers sinds 1 januari 2014 verplicht om de principes van de Europese richtlijn betreffende een duurzaam gebruik van pesticiden toe te passen. Toch zijn ze niet verplicht een register bij te houden over de wijze waarop zij die hebben toegepast. Ook de handhaving is ontoereikend.

Uiteraard moeten we hier niet opnieuw iedereen over dezelfde kam scheren, laat dat duidelijk zijn. Langs de andere kant denk ik toch dat het nodig is om die Europese richtlijn in Vlaanderen zo goed mogelijk toe te passen, zeker gezien alle geruchten daarrond, en om ook de richtlijn die de Europese Rekenkamer geeft in Vlaanderen in te voeren. Bij de aardappelteelt zien we een ongelijkheid tussen kleine landbouwbedrijven en bedrijven van industriële omvang. Het is maar goed dat die regelgeving er is, maar dan moet ze ook worden gecontroleerd en gehandhaafd. Uiteraard is dat voor kleine bedrijven een stuk moeilijker dan voor grote industriële bedrijven.

Minister, kunt u mij de resultaten bezorgen van de uitgevoerde controles op het al dan niet naleven van de principes waarover het in het rapport van de Europese Rekenkamer gaat voor de voorbije vijf jaar? Zijn er sancties gekoppeld aan de vastgestelde overtredingen?

Bent u van plan om, na de oproep van de Europese Rekenkamer voor meer informatie en handhaving, te bekijken in welke mate u nog meer kunt informeren en sensibiliseren, zodat alle sectoren op de hoogte zijn voordat er wordt opgetreden?

Welke bijkomende stimulansen zult u uitwerken voor de landbouwers om eventueel meer de principes te onderschrijven in de toekomst toe te passen, al dan niet met de steun van het VLIF?

Op welke manier worden landbouwers ondersteund om zich aan te passen aan nieuwe Europese regelgeving? Voorziet u met andere woorden in ondersteuning in de vorm van begeleiding naar alternatieven en/of financiële tegemoetkomingen?

De voorzitter

Minister Crevits heeft het woord.

Minister Hilde Crevits

De Europese richtlijn ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van pesticiden werd omgezet bij besluit van de Vlaamse Regering van 5 december 2014 houdende de toepassing van geïntegreerde gewasbescherming voor professionele gebruikers van gewasbeschermingsmiddelen, kortweg IPM. Dit besluit voorziet in de verplichting om de algemene beginselen van geïntegreerde gewasbescherming toe te passen in het Vlaamse Gewest.

Op basis van die beginselen heeft het Departement Landbouw en Visserij gewas- of sectorspecifieke richtsnoeren opgesteld voor professionele gebruikers van gewasbeschermingsmiddelen. Een professionele gebruiker moet zich aansluiten bij een erkend onafhankelijk controleorgaan. Alle erkende controleorganen moeten op hun beurt een lijst bijhouden van de professionele gebruikers van gewasbeschermingsmiddelen die bij hen onder controle staan. Als een tekortkoming wordt vastgesteld, wordt de gebruiker een periode van één maand geboden om te remediëren. Als dat niet gebeurt, wordt dat aan het departement Landbouw gerapporteerd met het oog op verdere sanctionering.

Tot eind vorig jaar waren er geen tekortkomingen die niet tijdig geremedieerd zijn bij de circa 13.000 professionele gebruikers die in 2019 door de controleorganen werden geregistreerd en gecontroleerd. Dat hoeft op zich niet te verwonderen, want niet-naleving van de regels kan tot de intrekking van bijvoorbeeld het Vegaplancertificaat leiden. Afnemers van meerdere landbouwproducten stellen dit private kwaliteitscertificaat vaak als voorwaarde om überhaupt te mogen leveren, dus de leverancier heeft er alle belang bij om de regels effectief te respecteren.

Dat neemt niet weg dat niet 100 procent van de afnemers van landbouwproducten het Vegaplancertificaat eisen van hun leverancier, of dat sommige landbouwers de oogst van hun akkers alleen op hun eigen bedrijf gebruiken en dus niet verkopen aan derden. Dergelijke landbouwers kunnen nog achterblijven op de aansluitingsplicht bij een erkend controleorgaan. Via een koppeling van diverse databanken tracht het departement Landbouw na te gaan over welke landbouwers dat precies zou kunnen gaan, waarna die kunnen worden aangemaand om zich alsnog in orde te stellen.

Op welke manier zullen we ervoor zorgen dat iedereen op de hoogte is? Op het vlak van communicatie wordt er heel wat gedaan. Het Departement Landbouw en Visserij organiseerde studiedagen waarbij het onderwerp IPM zeer regelmatig aan bod kwam. Er wordt ook een website ter beschikking gesteld, er kunnen bijscholingen worden gevolgd en de werking van de praktijkcentra zoomt daar ook op in. Ze gaan allerlei onderzoeken doen. Er gebeurt dus heel wat.

IPM maakt geen deel uit van de Europese randvoorwaarden voor het verkrijgen van GLB-steun of om in aanmerking te komen voor investeringssteun. Via het VLIF worden wel investeringen in het kader van IPM gesubsidieerd tot 30 procent van de investeringskost. Sinds 2015 werd in totaal 2,2 miljoen euro steun toegekend. Het gaat hierbij over investeringen in geavanceerde spuittechnieken met het oog op driftreductie, mechanische onkruidbestrijding. Sorry, hoor. Ik vind dat ook zeer dubbelzinnig. Geavanceerde spuittechnieken met het oog op driftreductie. Komaan, dat is nu toch …

De voorzitter

Dat zijn technische termen uit de landbouwsector, minister. Dat moeten we ons nog eigen maken in deze context.

Ludwig Vandenhove (sp·a)

Daar stellen we volgende week een nieuwe vraag over. (Gelach)

Minister Hilde Crevits

Ik heb samen met de minister-president deze ochtend op het overlegcomité de titels van de vragen overlopen. Hij vond het toch een zeer interessante commissie qua taalgebruik.

Dus ik herhaal: het gaat over investeringen in geavanceerde spuittechnieken met het oog op driftreductie, mechanische onkruidbestrijding enzovoort.

Naast de verstrekking van investeringssteun door het VLIF wordt de landbouwer nog via een aantal andere maatregelen ondersteund om IPM toe te passen. Zo is er gratis bedrijfsadvies in het kader van IPM. Er is ook een naschoolse vorming en tot nu – dat is misschien positief nieuws voor u, collega – werd er al 1,5 miljoen euro uitbetaald voor deze cursussen, voor een totaal van 90.000 deelnemers. Dat is vrij spectaculair, vind ik persoonlijk.

Via de gemeenschappelijke marktordening voor groenten en fruit wordt de meerkost tegenover het minder milieubewuste alternatief gesubsidieerd. Je moet het dus niet doen voor de kostprijs, want de meerkost wordt gesubsidieerd. Er zijn ook oproepen voor demonstratieprojecten duurzame landbouw die inzetten op IPM. Zo werd in 2018 nog een specifieke oproep rond het thema IPM gelanceerd en worden drie projecten gesubsidieerd.

Eind vorig jaar heb ik zelf nog een oproep gelanceerd rond het thema mechanische onkruidbestrijding als alternatief voor chemische onkruidbestrijding, met als resultaat de financiële ondersteuning van drie projecten.

De voorzitter

De heer Vandenhove heeft het woord.

Ludwig Vandenhove (sp·a)

Minister, ik stel me toch nog enkele vragen. De Europese Rekenkamer formuleert die conclusies. Als ik wat kort door de bocht zou gaan en uw antwoord goed beluister, dan is dat niet van toepassing op Vlaanderen. Als ik wat realistischer ben en er zo'n rapport binnenkomt, hoe wordt dat dan gescreend op het niveau van Vlaanderen? Zijn er bepaalde specifieke conclusies waaraan wij meer aandacht moeten besteden dan aan andere? Ik begrijp wel dat niet alle conclusies of analyses die daarin staan, betrekking hebben op Vlaanderen. Sommige zullen dat allicht wel hebben, andere meer of minder.

Bart Dochy (CD&V)

Ik zou gewoon nog eens de aandacht willen vestigen op een passage in uw analyse, collega Vandenhove, die niet terugkomt in uw vraag, namelijk over chloorprofam, de kiemremmer die niet meer gebruikt mag worden. Hierdoor krijgen kleinere landbouwers het moeilijker om te investeren – al dan niet gezamenlijk in een coöperatieve vorm of via een loonwerker – in die machines die nodig zijn om het alternatief daadwerkelijk te gaan toepassen. Dat geldt ook voor investeringen in bewaarloodsen, want de temperatuur en dergelijke moeten meer onder controle gehouden worden als er geen kiemremmer wordt gebruikt. Dat is in elk geval ook een van de aspecten die volgende week aan bod zullen komen tijdens onze hoorzitting.

Minister, het is toch wel een aandachtspunt dat, wanneer producten om welbepaalde, terechte redenen niet meer gebruikt kunnen worden, dat ook effecten heeft op de bedrijfsvoering. Daar wordt niet altijd rekening mee gehouden op het moment dat die beslissing genomen wordt.

De voorzitter

Minister Crevits heeft het woord.

Minister Hilde Crevits

Dank u wel, voorzitter, voor de aanvullingen. Collega Vandenhove, u had gelijk als u stelde dat uw vraag ook bij mij leeft. Ik ben geen technicus ter zake. Mijn medewerker Lieven Van Waes heeft mij een technische uitleg gegeven, dus hij mag antwoorden, als hij wil.

Lieven Van Waes, raadgever Landbouw kabinet-Crevits

IPM of geïntegreerde gewasbescherming is een verplichting die alle lidstaten binnen de EU moeten naleven in de vorm van een richtlijn. Een richtlijn moet omgezet worden in nationale of regionale regelgeving. Bij ons is Landbouw in 2002 geregionaliseerd. De Europese instellingen, zowel de Europese Commissie als de Rekenkamer voeren periodiek audits uit in alle lidstaten, in ons geval in de gewesten, om na te gaan of die richtlijn oordeelkundig, degelijk en correct is omgezet. En omzetten in wetgeving is één zaak, je moet ze ook toepassen nadien. Wij hebben kort na 2014 – het exacte jaartal zou ik moeten opzoeken – een controle gekregen van de Europese instellingen, en daaruit bleek dat Vlaanderen een van de betere leerlingen was in de Europese klas. Veel van de aanbevelingen die in het rapport staan waar u aan refereert, zijn dus niet onmiddellijk op ons van toepassing, mijnheer Vandenhove. De Rekenkamer publiceert natuurlijk een allesomvattend rapport dat op alle lidstaten van toepassing is. Dat hoeft daarom niet noodzakelijk een probleem te vormen in Vlaanderen.

De voorzitter

De heer Vandenhove heeft het woord.

Ludwig Vandenhove (sp·a)

Bedankt voor het antwoord. Ik moet wel zeggen dat het heel erg is voor Europa als Vlaanderen al de beste leerling van de klas blijkt te zijn.

De voorzitter

Dat is natuurlijk een persoonlijke interpretatie.

Ludwig Vandenhove (sp·a)

Daarom zitten we ook in het parlement.

De voorzitter

Absoluut.

De vraag om uitleg is afgehandeld.



  Nieuwsflash
 
INTERPOM 2024Lees meer
 
 
Attert is de rijkste gemeente en Sint-Joost-ten-Node de armste in 2022 Lees meer
 
 
Diepgronder staat niet garant voor goede bodemstructuur Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Omgeving. Begroting 2025Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Landbouw en Tuinbouw Begroting 2025 Lees meer
 
 
Ontdek de voordelen van GLB-steunmaatregelen voor jouw teeltplan 2025 Lees meer
 
 
Plantenwortels veranderen hun groeipatroon tijdens de ‘puberteit’ Lees meer
 
 
Extremer weerLees meer
 
 
Opnieuw recorduitstoot CO˛Lees meer
 
 
Gezond en duurzaam voedsel voor de toekomstLees meer
 
 
Statuut gemeentelijke schattingscommissies Lees meer
 
 
Impact noodweer Spanje op de Vlaamse prijsevolutie groenten en fruitLees meer
 
 
Landbouw in 2024: minder wintergewassen door hevige regen Lees meer