Akkervogels zoals leeuwerik, patrijs en grauwe gors hebben brede akkerranden nodig met veel bloemen en insecten. Ook voldoende voedsel in de winter is belangrijk. Meer en meer landbouwers leggen dan ook een vogelvoedselakker en een kruidenrijke akkerrand aan. Die beslaan nu resp. 1476 hectare en 1243 hectare.
De oppervlakte waarop beheerovereenkomsten voor weidevogels worden toegepast, bedraagt 1316 hectare. Landbouwers combineren op die manier moderne landbouwpraktijken met bescherming van vooral grutto en wulp.
Voor grauwe kiekendief liggen er dit jaar in Vlaanderen 206 hectare vogelakkers , een combinatie van luzernestroken en kruidenrijke akkerstroken. Dat is bijna het dubbele van de doelstelling die Natuur en Bos eind 2015 vastgelegd heeft in het soortbeschermingsprogramma, nl. 112 hectare. Tussentijdse tellingen laten zien dat ook veldleeuwerik en andere akkervogels profiteren van vogelakkers.
>> Bekijk hier meer cijfers over beheerovereenkomsten in 2020.