De voorzitter
– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Tinne Rombouts (CD&V)
Collega’s, ik wil samen met jullie inderdaad even stilstaan bij het welzijn van onze land- en tuinbouwers, naar aanleiding van een enquête van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) die werd verspreid tussen 27 april en 18 mei 2020 en die op die korte tijd werd ingevuld door maar liefst 674 Vlaamse land- en tuinbouwers. ILVO hield deze enquête omdat er veel gezegd en geschreven wordt over de impact van de coronacrisis op onze land- en tuinbouwers, maar we vaak vergeten om ze zelf aan het woord te laten. Op deze manier, doordat de respons groot is, kunnen er representatieve en significante uitspraken worden gedaan en wordt de discussie gevoed met cijfermateriaal.
Minister, ik weet dat het welbevinden van onze land- en tuinbouwers u na aan het hart ligt, net zoals bij heel wat collega’s in deze commissie. Er bestaan tot nu toe weinig data over stress en/of welbevinden in de landbouwgezinnen, maar eind vorig jaar publiceerde ILVO de eerste tussentijdse resultaten van een onderzoek naar het welbevinden van onze land- en tuinbouwers. We hebben hier toen ook over gesproken in deze commissie. Uit die bevraging bleek dat land- en tuinbouwers best wel wat stressklachten ondervinden door verschillende oorzaken: een moeilijke financiële situatie, de gevaren en risico’s van de job, de vele beleidsmaatregelen en regeldruk en het negatieve imago dat vaak samengaat met de land- en tuinbouwsector. Het meest opvallende is dat de landbouwers zelf meestal niet op zoek gaan naar hulp wanneer ze diepe langdurige stressklachten ontwikkelen. Ik herhaal de cijfergegevens van toen: 48 procent stelde dat hun job leidt tot mentale uitputting; 20 procent van de landbouwers ervaarde hoge stress; 24 procent gaat op zoek naar hulp bij mentale stressklachten en 42 procent gaat op zoek naar hulp bij problemen op het bedrijf.
Uit de huidige corona-enquête blijkt dat landbouwers het zowel op financieel als op psychisch vlak zwaar te verduren hebben. De coronacrisis heeft een zware impact op hun welzijn, hun tevredenheid over het inkomen en het vertrouwen in de toekomst. Ik geef enkele cijfers uit de recente corona-enquête: 40 procent van de landbouwers voelt zich mentaal meer uitgeput dan voor de crisis; 64 procent maakt zich meer zorgen over de toekomst en 1 tot 9 procent van de landbouwers zoekt hulp bij de huisarts, psycholoog, hulp- en of andere landbouworganisaties.
Voor velen blijft land- en tuinbouw het mooiste beroep dat er bestaat, maar de vele bijkomende eisen maken dat hun veerkracht afneemt. Het wordt opnieuw bevestigd dat onze landbouwers geen harde roepers zijn, maar problemen vaak in hun eentje willen oplossen, ondanks het feit dat de organisatie Boeren op een Kruispunt veel inspanningen doet om zich bekend te maken binnen de sector.
Op 3 juni was er over de corona-impact op de sector ook een hoorzitting in de commissie Landbouw. En zoals ik eerder zei, hebben we het in oktober van 2019 naar aanleiding van de eerste tussentijdse resultaten van de studie van ILVO gesproken over deze resultaten. Minister, u zag toen vier sporen om in te zetten op de geestelijke gezondheidszorg bij land- en tuinbouwers: een, de maatschappelijke zichtbaarheid van geestelijke gezondheidsproblemen in de sector verhogen door breed te communiceren naar enerzijds landbouwers en anderzijds de maatschappij; twee, de dialoog tussen en met de relevante actoren uit de landbouw- en welzijnssector versterken; drie, de rol van landbouworganisaties benadrukken om de problematiek bespreekbaar te maken en taboes weg te werken, en ten slotte vier, tools ontwikkelen, bijvoorbeeld een vragenlijst die zelfanalyse stimuleert, een zelfscan, gespreksmomenten voor landbouwers en praktische tools om de veerkracht te verhogen.
Minister, naar aanleiding van de eerste tussentijdse resultaten van de ILVO-studie vorig jaar en de resultaten van de nieuwe corona-impactenquête wil ik u graag een paar vragen stellen.
Welke concrete acties hebt u ondernomen op elk van de vier sporen om de problematiek van geestelijke gezondheid bij land- en tuinbouwers onder de aandacht te brengen en te verhelpen?
Hebt u de resultaten van de enquête uit 2019 en de enquête uit 2020 reeds kunnen bespreken met uw collega-ministers en de verschillende administraties? Er wordt verwezen naar een verschillende regeldruk bij de verschillende bevoegdheden. Welke conclusies of acties zijn daaruit voortgekomen?
Is er met Boeren op een Kruispunt vzw contact geweest om de resultaten te bespreken van de enquête uit 2019 en de enquête uit 2020? Welke conclusies of acties zijn daaruit voortgekomen?
De voorzitter
Minister Crevits heeft het woord.
Minister Hilde Crevits
Bedankt om de aandacht op de problematiek en het welbevinden van onze landbouwers te vestigen. U weet dat dat een problematiek is die mij vrij nauw aan het hart ligt. Het onderzoek van ILVO, dat samen met Ferm gebeurde, toont de urgentie aan om verder in te zetten op een positieve werkcontext voor de Vlaamse landbouwers en landbouwsters.
We hebben het Departement Landbouw en Visserij en ILVO opdracht gegeven om samen een brede en toekomstgerichte aanpak uit te werken. Dat is nodig omdat de veerkracht en het welbevinden van belang zijn voor alle landbouwers en landbouwsters, maar als we onze aandacht alleen op landbouwers in crisissituaties richten, dan wordt een groot deel landbouwers over het hoofd gezien. Een strategie moet gericht zijn op de verhoging van de veerkracht van de hele landbouwpopulatie, en dat zal de meeste impact hebben. Zo’n aanpak schept ook mogelijkheden om in zo’n breed en toekomstgericht traject een hele reeks relevante actoren te mobiliseren en te betrekken.
ILVO staat zelf in voor de verspreiding van de enquêtes. Het heeft dat ook toegelicht voor de raad van bestuur van de vzw Boeren op een Kruispunt. De eerste rondetafel wordt op dit ogenblik voorbereid en zal over het thema welbevinden in de Vlaamse landbouw gaan. Die rondetafel was eigenlijk gepland in het voorjaar van 2020, maar heeft door de coronacrisis vertraging opgelopen en zal in het vroege najaar plaatsvinden. In het najaar zal het departement Landbouw ook de vraag opnieuw oppikken over wat er voor de boeren allemaal administratief bij het management van het landbouwbedrijf komt kijken.
Tijdens die rondetafel zullen we ook de resultaten en de vervolgstrategie voorstellen. Het zal van belang zijn om bruggen te bouwen tussen de beleidsdomeinen en de organisaties. Daarom hebben we de ambitie om bij die rondetafel een aantal betrokken entiteiten van de Vlaamse overheid samen te brengen en naast de landbouworganisaties ook de welzijnsorganisaties uit te nodigen. Zo kunnen we samen nadenken hoe het welbevinden van onze Vlaamse boeren kan worden verbeterd en hoe ook de copingvaardigheden kunnen worden versterkt en welke stressfactoren we kunnen aanpakken. We zullen ook specifieke aandacht besteden aan het opstarten en versterken van de samenwerking tussen de organisaties en de beleidsdomeinen.
ILVO zal tot slot de onderzoeksactiviteiten rond het onderwerp verder uitbouwen en opvoeren, en zal inzetten op verdiepend onderzoek, specifiek binnen de Vlaamse context door het institutionele veld in kaart te brengen en samenwerkingsstrategieën te verkennen.
ILVO zal ook inzetten op internationale samenwerkingen met een aantal Europese onderzoeksinstellingen die al langer actief zijn rond dit thema. Er is heel recent een Europees thematisch netwerk goedgekeurd. Dat heet FarmWell en focust op sociale innovaties die het welbevinden van de landbouwers en hun families verbeteren. ILVO zal samen met het innovatiesteunpunt en Ferm werken aan innovatieve oplossingen om het welbevinden van de landbouwers te verbeteren en praktische tools voor landbouwers en adviseurs te ontwikkelen.
Er ligt dus heel wat werk op de plank, mevrouw Rombouts.
De voorzitter
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Tinne Rombouts (CD&V)
Het is heel duidelijk dat er heel wat acties worden opgezet, en dat stemt mij op deze vroege ochtend zeker positief. Ik begrijp natuurlijk dat de coronatijden een aantal bijeenkomsten moeilijker hebben gemaakt, maar ik vind het positief dat u toch de druk opvoert om daar snel mee verder te gaan.
Het is heel belangrijk om bruggen te bouwen tussen de diverse bevoegdheden, minister, omdat toch naar voren komt dat de uitdagingen op het vlak van de regeldruk verspreid zitten over de verschillende bevoegdheden, zowel op Vlaams als op federaal niveau. Ik hoop dat u daarvoor de volledige ondersteuning krijgt van de bevoegde ministers en administraties.
Het internationale verhaal is heel interessant zodat men kan kijken welke kennis men specifiek naar Vlaanderen kan brengen en wat men daaruit kan leren.
Wat Boeren op een Kruispunt betreft, zegt u dat er al verschillende contacten zijn geweest. Ik veronderstel dat zij volledig bij dit verhaal worden betrokken. Zij lopen het hele traject mee en leren daar ook uit. Zijn daar nog meer gegevens over?
De voorzitter
Mevrouw Joosen heeft het woord.
Sofie Joosen (N-VA)
Het psychosociaal welzijn is tijdens de coronacrisis heel duidelijk naar voren gekomen. Dat staat momenteel in verschillende sectoren onder druk, en daar is het aan de werkgever om daarover te waken, maar in onze land- en tuinbouwsector is er vaak geen werkgever en is het de zaakvoerder die op dat vlak in de problemen komt. Het is dan aan Vlaanderen om na te gaan wat we daaraan kunnen doen.
De vaststelling is één ding, maar we moeten ook naar concrete stappen gaan. Ik hoor hier vandaag dat die er komen en dat er een brede en toekomstgerichte aanpak zal zijn met verschillende partners waaronder ILVO, het departement, de landbouworganisaties, Boeren op een Kruispunt. Ik kan daar alleen maar tevreden mee zijn.
De voorzitter
Minister Crevits heeft het woord.
Minister Hilde Crevits
Collega Rombouts, het Departement Landbouw en Visserij zal eerst voor zijn eigen controlediensten actief in dialoog gaan met een aantal landbouwbedrijven over de administratieve lasten die gepaard gaan met het managen van een landbouwbedrijf en de stress die controles met zich meebrengen. Nadien is het de bedoeling dat uit te rollen naar andere entiteiten zoals het Departement Omgeving, de Vlaamse Landmaatschappij enzovoort. Zij zullen ook proberen het Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen (FAVV) daarbij te betrekken. We zullen dus stapsgewijs te werk gaan om zeker resultaten te kunnen boeken.
Collega Joosen, ik dank u voor uw positieve opmerkingen.
De voorzitter
Mevrouw Rombouts heeft het woord.
Tinne Rombouts (CD&V)
Minister, ik dank u voor uw duidelijk engagement. Zoals u daarnet stelde, komen knelpunten in een crisissituatie meer naar boven. Dit is terecht een uitdaging voor de hele sector, en we mogen het zeker daar niet toe beperken. Met het overleg dat u naar voren schuift, ben ik overtuigd dat we stappen vooruit zullen zetten. Wordt vervolgd. Bedankt voor uw inspanningen.
De voorzitter
De vraag om uitleg is afgehandeld.