|
24 jul 2020 |
09:10 |
|
Aantal landbouwers in Limburg neemt weer toe
De boerenstiel zit in de lift. Voor het eerst in twintig jaar is het aantal landbouwbedrijven in Limburg lichtjes toegenomen, blijkt uit provinciale statistieken.
|
Sinds 2001 verdwenen er meer dan tweeduizend landbouwbedrijven in Limburg. “Twintig jaar geleden waren er meer dan 5.000 bedrijven, in 2018 waren nog 2.824”, zegt gedeputeerde Inge Moors (CD&V), verantwoordelijk voor landbouw. “De laatste jaren was de forse daling al afgeremd, maar in 2019 telden we opnieuw 2.852 actieve landbouwbedrijven.”
Bioproducten
- Jonge boeren gaan in Limburg vooral aan de slag in de fruitteelt. In het noorden zitten ook veel melkveehouders en in het zuiden akkerbouwers. De groei van het aantal landbouwbedrijven is vooral een gevolg van de vraag naar nevenproducten, zoals bioproducten.
- De laatste vijf jaar steeg het aantal biologische landbouwbedrijven in Limburg van 47 naar 77. Deze stijging komt overeen met de Vlaamse gemiddelde stijging van ongeveer 64%.
- Acht op de tien producenten van hoeve- en streekproducten zagen hun verkoop toenemen. “Het aantal landbouwbedrijven in korte-ketenverkoop neemt al langer toe,” aldus gedeputeerde Moors. “Limburg telt nu al een 350-tal boerderijen met een hoevewinkel of automaat. Dat is een verdrievoudiging in tien jaar tijd. In heel Vlaanderen is er op tien jaar sprake van een verdubbeling.”
- Steeds meer landbouwers zetten hun boerderijen ook open voor kwetsbare groepen. “Onze provincie heeft nu 131 zorgboerderijen. In 2008 waren dat er nog maar 58 actieve zorgboerderijen.
- In de andere Vlaamse provincies blijft het aantal boerderijen wel dalen. Alleen de provincie Antwerpen noteert, voor het tweede jaar op rij al, een lichte stijging.
“Het is fijn dat er nog steeds jongeren met passie voor de stiel klaar staan om een landbouwbedrijf over te nemen of op te starten. Het is ook goed om te zien dat de diversiteit toeneemt, met zorgboerderijen, biolandbouw, korte keten...”, zegt Bram Van Hecke van GK, de jongerenorganisatie van de Vlaamse land- en tuinbouwsector. “Het blijft toch een uitdaging. Jonge boeren die willen starten, vinden zeer moeilijk grond om landbouw op te bedrijven. Zonder grond, geen landbouw. Maar die grond wordt steeds schaarser en duurder. Tegelijkertijd blijft het inkomen van landbouwers nog steeds ondermaats. Dat klopt niet. Jonge landbouwers zijn ondernemers van wie een grote veelzijdigheid wordt gevraagd.”
“Dan zijn er nog de vele problemen met het verkrijgen van vergunningen, als men bijvoorbeeld een stal wil bouwen, ook al voldoet die aan de meest progressieve milieunormen. Het imago van de sector is niet positief. Voor jonge landbouwers, die heel sterk bezig zijn met het milieu en hun omgeving, die hun uiterste best doen om duurzaam, gezond en lekker voedsel te produceren, is het vaak een domper om te zien hoe ze door de buitenwereld niet worden gewaardeerd.”
|
|
|
|