(zie newsletter http://www.favv-afsca.fgov.be/newsletter-da-vt/newsletter295_nl.asp ).
De opvolging van de epidemiologische situatie van het SARS-CoV-2-virus bij dieren is belangrijk aangezien dit kadert in het vergroten van de algemene kennis over het virus.
De dierenartsen die stalen nemen bij dieren in geval van een ernstige verdenking van besmetting met het SARS-CoV-2-virus (enkel op instructie van de LCE) of op vrijwillig initiatief (voor uitsluitingsdiagnose), dragen hier reeds aan bij1.
Een specifiek toezicht op het SARS-CoV-2-virus zal toegepast worden voor de nertsenhouderijen in België4 aangezien bewezen is dat nertsen (marterachtigen) gevoeliger zijn voor het virus, en er reeds meerdere besmettingen werden vastgesteld in nertsenhouderijen in Nederland, Denemarken, Spanje en de Verenigde Staten.
Een Ministerieel Besluit dat de verplichte uitvoering van deze bepalingen mogelijk maakt en maatregelen betreft voor het epidemiologisch toezicht op het SARS-CoV-2 bij dieren werd op 26 augustus gepubliceerd, rekening houdend o.a. met de aanbevelingen van het RAGCA2 (Risk Assessment Group Covid Animals3). De voorziene maatregelen zijn als volgt :
Voor alle diersoorten
De analyses van de stalen ter opsporing van de aanwezigheid van het SARS-CoV-2-virus of van antistoffen daartegen dienen te gebeuren in laboratoria aan de hand van gevalideerde testen. De resultaten van alle analyses (dus ook de negatieve resultaten) zullen verzameld en verwerkt worden om de epidemiologische situatie van het SARS-CoV-2-virus bij dieren nauw op te volgen. Analysekosten en andere bijkomende kosten zijn ten laatste van de eigenaar of houder van het dier, behalve in het geval de analyses gevraagd werden door de Lokale Controle Eenheid (LCE) dan zijn de kosten ten laste van het FAVV.
Enkel voor nertsenhouderijen
De verantwoordelijke van een nertsenhouderij dient :
- bioveiligheidsmaatregelen toe te passen op zijn bedrijf om de insleep en de verspreiding van het SARS-CoV-2 virus te voorkomen;
- de LCE onmiddellijk op de hoogte te brengen wanneer hij een abnormale mortaliteit of morbiditeit vaststelt bij de productienertsen, of er andere redenen zijn die een besmetting met het SARS-CoV-2-virus doen vermoeden.
Deze twee punten werden eerder al aanbevolen door de RAGCA, en de nertsenhouders werden hierover persoonlijk geïnformeerd door het FAVV.
Naast dit passief toezicht zal het FAVV bovendien begin september een monitoring opstarten op alle nertsenbedrijven om actief op te sporen of er zich besmettingen met het virus voordoen, of voorgedaan hebben, bij nertsen in België4. De FAVV inspecteur-dierenartsen zullen ingeschakeld worden om de monsternemingen uit te voeren in kader van dit actief toezicht, en maatregelen te nemen (gebaseerd op bioveiligheid) bij bevestiging van aanwezigheid van het SARS-CoV-2-virus in een nertsenhouderij. De analysen worden uitgevoerd door Sciensano, en de kosten hiervan zijn ten laste van het FAVV.
1http://www.favv-afsca.fgov.be/newsletter-da-vt/newsletter295_nl.asp
2http://www.favv-afsca.fgov.be/professionelen/publicaties/mededelingen/covid19/_documents/20200616_RAGCA-Surveillance-nertsenbedrijven-BE-v-NL.pdf
3http://www.favv-afsca.fgov.be/professionelen/publicaties/mededelingen/covid19/dieren.asp#ragca
4In de praktijk : een 15-tal nertsenhouderijen in Vlaanderen (activiteit toegelaten tot 1 december 2023) - geen enkel in Wallonië waar de activiteit verboden is
Het FAVV