n het kader van het Landbouwcentrum aardappelen lagen er in 2020 zes rassenproeven aan in diverse regio’s in Vlaanderen. Op vier locaties werden proeven aangelegd met nieuwe frietrassen met op twee locaties ook nog enkele chipsrassen erbij. Voor het vierde jaar op rij werden op twee locaties proeven aangelegd met tien rassen bestemd voor thuisverkoop (combinatie van vastkokende en bloemige variëteiten).
Plantafstand
De proefvelden werden geplant tussen 7 en 24 april. Er wordt altijd getracht om uitsluitend gebruik te maken van groot pootgoed ± 35/50 mm. Bij een tweetal variëteiten voor thuisverkoop werd uiteindelijk toch kleiner pootgoed geleverd. De plantafstand in de rij werd aangepast per ras: 30 à 36 cm voor frietrassen, 33 cm voor chipsrassen en 30 à 40 cm voor rassen voor thuisverkoop. De bemesting gebeurde op basis van een grondontleding.
Seizoen
Door de regionale spreiding van de proefvelden zijn er altijd verschillen in groeiomstandigheden, zelfs binnen het kleine Vlaanderen. Het groeiseizoen 2020 werd opnieuw gekenmerkt door lange perioden van droogte en heel wat (zeer) warme dagen.
Opbrengsten schommelden tussen de proefplaatsen, van 44 ton/ha in Bertem tot 62 ton/ha in Wannegem-Lede voor de referentie Fontane. Bij de rassen geschikt voor thuisverkoop was Bintje een van de referenties. Het haalde een opbrengst (na aftrek van 20%) van 44 ton/ha.
De onderwatergewichten lagen voor veel rassen iets hoger mede door de langdurige droogte. Daardoor waren de knollen vaak ook gevoeliger voor stootblauw. De friet- en chipskwaliteit was overwegend zeer goed. De smaak na koken voor de rassen bestemd voor thuisverkoop schommelde tussen voldoende tot zeer goed.