Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 23 mrt 2022 15:27 

Verbod op chirurgische castratie in de varkenssector


Vraag om uitleg over het verbod op chirurgische castratie in de varkenssector
van Sofie Joosen aan minister Ben Weyts

De voorzitter

– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.

Mevrouw Joosen heeft het woord.

Sofie Joosen (N-VA)

Elk jaar worden er in Vlaanderen ongeveer 11 miljoen varkens geslacht, waarvan de helft beren. Uit cijfers die we recent van GAIA ontvingen, blijkt dat momenteel nog steeds 80 procent van deze beren chirurgisch wordt gecastreerd. Vlaanderen heeft altijd een voortrekkersrol opgenomen wat betreft het Europese verbod op chirurgische castratie. Op initiatief van de Vlaamse dienst Dierenwelzijn werd op Europees vlak ook een expertengroep met betrekking tot deze biggencastratie nieuw leven ingeblazen. Het toewerken naar het einde van de onverdoofde chirurgische castratie van biggen is ook opgenomen als operationele doelstelling in de Vlaamse beleidsnota Dierenwelzijn en is ook een Vlaamse ambitie in het regeerakkoord.

Sinds begin dit jaar is Frankrijk voorzitter van de Europese Unie en op de Europese landbouwraad in januari werden de prioriteiten gepresenteerd die Frankrijk naar voren wil brengen. Er zal onder andere een uitwisseling van ervaringen komen tussen Europese lidstaten wat betreft het welzijn van landbouwdieren. Misschien is het momentum er dan ook om het verbod op de chirurgische biggencastratie opnieuw en uitdrukkelijker op tafel te leggen. Niet alleen wordt zo heel wat dierenleed vermeden, uit recent wetenschappelijk onderzoek van de Zweedse universiteit van landbouwwetenschappen blijkt ook dat intacte beren 10 tot 15 procent minder voedsel nodig hebben om dezelfde hoeveelheid vlees te produceren. Het niet-castreren impliceert dus voordelen op het vlak van milieu door de verminderde voedselopname, waardoor er dus ook minder mest is.

Een verdere verfijning van het gebruik van Rapid Evaporative Ionisation Mass Spectrometry (REIMS) voor de snelle detectie van berengeur aan de slachtlijn blijft natuurlijk een zeer belangrijke voorwaarde om vooruitgang te boeken in dit dossier. Uit eerdere praktijktesten bleek dat een aantal obstakels, zoals de software en de snelheid van het testen, de toepassing van REIMS vandaag nog steeds in de weg staan.

Ik heb dan ook de volgende vragen voor u, minister.

Blijft Vlaanderen ijveren voor dat verbod op chirurgische castratie van biggen?

Is de vrijwillige Europese expertengroep inzake biggencastratie momenteel nog operationeel? Zijn er nieuwe gesprekken gepland?

Zijn er wat betreft REIMS verdere vorderingen voor de verfijning aan de slachtlijn en het wegwerken van de obstakels? Denemarken zou hier bijvoorbeeld veel onderzoek naar verrichten. Kent u de resultaten van die Deense onderzoeken?

De voorzitter

Minister Weyts heeft het woord.

Minister Ben Weyts

De chirurgische castratie van biggen is een reëel dierenwelzijnsprobleem en ik blijf er ook van overtuigd dat de enige oplossing een stopzetting van deze praktijk is, met een omschakeling naar het gebruik van intacte beren en/of de praktijk van de immunocastratie. Helaas staat de realiteit van de markt een volledig verbod vooralsnog in de weg, wat ons niet belet om daarvoor te blijven ijveren. Dan kijken we natuurlijk vooral naar het Europese niveau, waarbij we de krachten hebben gebundeld met de Vughtlanden. Met de Vughtgroep hebben we gezamenlijk een voorstel overgemaakt aan de Europese Commissie, een ruimer voorstel rond de Animal Welfare Law. Daarin zit ook daaromtrent een voorstel vervat en vragen we om de wetgeving rond de castratie van varkens te herbekijken en verder te werken aan een einde van die praktijk. Eventueel kan de verdoofde castratie daarmee gepaard gaan, bij wijze van overgangsmaatregel. Die verdoofde castratie is natuurlijk geen duurzame oplossing.

Het is overigens ook zo dat er met ingang van 1 januari van dit jaar een nieuw Europees rechtskader is, inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten. Naar aanleiding van de implementatie van die Europese regelgeving in de Vlaamse regelgeving heb ik vorig jaar ook aan mijn collega van Landbouw, minister Crevits, gevraagd om te laten onderzoeken hoe immunogecastreerde varkens ook in aanmerking kunnen komen voor een biolabel. Na contact met de Europese commissaris voor landbouw, stelde deze dat immunogecastreerde varkens niet in aanmerking komen voor een biolabel. Dat is dus eigenlijk een bijkomend obstakel, wat dat spoor betreft.

De vrijwillige Europese expertengroep rond de castratie van biggen, die werkt onder de koepel van het Europese Animal Welfare Platform, is nog steeds operationeel, maar is door de coronaomstandigheden niet meer samengekomen sinds eind 2019. Hopelijk wordt die snel heropgestart. De afgelopen twee jaren is wel een kleinere werkgroep van die expertengroep, die zich over het deelaspect van de verdoving bij castratie heeft gebogen, blijvend operationeel gebleven, maar dan in digitale vorm. De conclusie daarvan was dat er nog steeds geen eenduidig verdovingsprotocol kan worden aangediend dat tegelijkertijd effectief, veilig en praktisch ook gemakkelijk toepasbaar is. Iedere bestaande methode heeft ook nadelen. Bovendien blijft hier hoe dan ook het toezicht op het effectieve gebruik van de verdoving een moeilijke tot vrijwel onmogelijke opdracht.

Detectie van berengeur aan de slachtlijn is ook een manier om vlees met een dergelijke geur uit het circuit te houden. De REIMS-techniek klonk inderdaad beloftevol. Ik heb ook resoluut geïnvesteerd in de verdere concrete ontwikkeling, maar eenmaal toegepast in de praktijk, zijn er wel wat obstakels, namelijk de snelheid en het grote aantal stalen dat moet kunnen worden verwerkt. Het onderzoek in Vlaanderen, dat in mijn opdracht is verlopen, is ondertussen afgelopen. Het is waar dat er in Denemarken ook onderzoek uitgevoerd wordt naar het detecteren van berengeur aan de slachtlijn, maar daar gaat het wel om een heel andere techniek. Die techniek heet Laser Diode Thermal Desorption - Tandem Mass Spectroscopy. Dat is een methode waardoor androstenon en scatol, de twee belangrijkste componenten van berengeur, rechtstreeks, snel en accuraat kunnen worden gemeten. Ook in dezen zijn het veelbelovende resultaten, maar in laboratoriumomstandigheden. Dus ook daar zal de toets met de realiteit nog moeten plaatsvinden. Er is nog geen echte toepassing uitgerold in een concreet slachthuis. We volgen dat uiteraard van nabij op. We zijn daarvoor ook in contact. En we blijven sowieso uitkijken naar opportuniteiten om het aandeel immunogecastreerde en intacte beren te verhogen in Vlaanderen en in Europa.

De voorzitter

Mevrouw Joosen heeft het woord.

Sofie Joosen (N-VA)

Dank u wel, minister. Ik vind het uiteraard fijn om te vernemen dat we in Vlaanderen nog steeds zeer ambitieus willen blijven op dit vlak. De Europese expertengroep is natuurlijk opgericht op basis van vrijwilligheid. Zij hopen via hun overleg een breed gedragen consensus te bereiken op Europees niveau. Ik denk dat dat wel belangrijk is, want hier spelen natuurlijk handelsbelangen, hoe we het ook draaien of keren. Als er een aantal landen overgaan tot zo'n castratiestop, is de kans natuurlijk groot dat andere landen die markt zullen overnemen. En op het einde van de rit worden er dan evenveel biggen onverdoofd gecastreerd als vandaag. Dat is natuurlijk niet de weg die we wensen op te gaan.

Als we dat verbod willen bereiken, zullen we natuurlijk ook met goede argumenten voor de dag moeten komen. Ik begrijp dat uit onderzoeken voor de toepassing van de REIMS-techniek dat ook na Vlaams onderzoek blijkt dat het toch niet evident is om die om te zetten in de praktijk, wat natuurlijk een spijtige conclusie is.

Ik was wel verheugd over de Zweedse studie, omdat die een aantal voordelen aanhaalde op het vlak van dierenwelzijn, maar ook op het vlak van milieu en van verminderde voederkosten voor de landbouwers. Dan lijkt mij daar toch een win-winsituatie op te duiken, die misschien wel resultaat kan opleveren. In het kader van het stikstofdossier staan wij voor heel wat uitdagingen. Onze landbouwers staan ook voor heel wat uitdagingen wat betreft de stijgende voederprijzen. Dat lijkt me dus een aspect om ook mee te nemen in het verhaal.

Ik begrijp dat u in overleg bent met minister Crevits. Het biolabel was een goed idee maar spijtig genoeg is dat niets geworden. Ik concludeer daaruit wel dat de minister van Landbouw mee wil nadenken over welke weg dit moet opgaan. Dan lijkt het Zweeds onderzoek toch ook wel belangrijk om onder haar aandacht te brengen. Ik herhaal het, omdat dat toch een win-winsituatie zou kunnen zijn, zowel voor dierenwelzijn als voor de sector.

De voorzitter

De heer Dochy heeft het woord.

Bart Dochy (CD&V)

Dank voor de vraag, collega Joosen, maar het is evident dat de afzet van de varkens in deze ook wel een aspect is dat dient meegenomen te worden. Ook in het regeerakkoord werd gewezen op de economische evenwichten die daar moeten in meegenomen worden. Er is momenteel een zeer fragiele markt. Collega Joosen is al verschillende keren tussengekomen om ervoor te pleiten dat die marktoegang ook in het buitenland door het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM) extra moet ondersteund worden, dat we moeten zorgen dat de prijs van het verkochte product voor de landbouwer een correcte prijs is. We moeten natuurlijk ook opletten dat we hier niet warm en koud blazen. Iedereen is natuurlijk bekommerd omtrent dierenwelzijn. Niemand voert de castraties graag uit. Mocht het kunnen zonder, dan was dat al lang gebeurd. Maar vandaag zijn we aan het zoeken naar een goede oplossing. Die immunocastratie wordt als waardevol beschouwd maar het probleem is de toegang tot de buitenlandse markt. We zijn blijkbaar een van de enige lidstaten die geloven in de veiligheid van immunocastratie. Dat wekt nogal wat onzekerheid op, vooral ook op de Duitse markt die daar absoluut niet voor open staat. Het zou godgeklaagd zijn moesten wij onze landbouwers in die richting proberen te duwen, terwijl er een afzetprobleem is.

Een ander aspect, minister, en misschien is dat ook mijn vraag, gaat over het eventueel toepassen van verdoving. In de voorafgaandelijke verdoving bij het eventueel uitvoeren van een castratie zijn er op Europees vlak nogal wat verschillen. In bepaalde landen zweert men bij het toepassen door een dierenarts, in andere landen heeft men de mogelijkheid om verdoving eventueel toe te passen onder toezicht, al dan niet van een dierenarts. Daar kan een landbouwer zelf eventueel de verdoving uitvoeren. Is daar een overzicht van? Ik neem aan dat u dat nu niet kunt geven, dat is ook niet nodig. Ik vraag toch wel om even te bekijken in welke mate gelijkstemming op Europees niveau aan de orde is.

De intacte beren is een zeer interessant verhaal, maar een aspect dat niet aan bod komt, is het dierenwelzijn in de stal. De agressiviteit van bepaalde rassen van intacte beren is van een andere orde dan die van gecastreerde dieren waardoor misschien een voordeel van voederkosten zou opgeheven worden door hogere sterftepercentages. Ook het dierenwelzijn wordt toch niet zo positief beïnvloed wanneer de dieren agressiviteit ten aanzien van elkaar ontwikkelen.

De voorzitter

Minister Weyts heeft het woord.

Minister Ben Weyts

Collega Joosen heeft, denk ik, Deens en Zweeds een beetje verward. Het is dat Deens onderzoek dat we nauwgezet blijven opvolgen. Nu, voor alle duidelijkheid, inzake de binnenlandse markt is er geen probleem. Ik denk dat het gros van de retailers zich bedienen van vlees van immunogecastreerde varkens. Maar je ziet dat op de buitenlandse markten, zelfs aangaande het biolabel, zich een probleem stelt waarbij er een grote aversie is. Dat is een beetje de weerslag, denk ik, van hormonencrisissen. Er is dermate een aversie dat zelfs het biolabel niet kan worden toegekend ingeval van immunocastratie. De slinger is daar echt wel nogal doorgeslagen. Dat geldt ook ten aanzien van verre buitenlandse markten.

Ook in de kwestie van verdoving is er een moeilijkheid. Dat is een diergeneeskundige behandeling die door een dierenarts dient te worden uitgevoerd. Ook daar heb ik proberen pistes te verkennen om te naar een vereenvoudiging te gaan, maar dat is niet simpel omdat je opnieuw – dit is België – dan met een federale regelgeving zit. De wetgeving van diergeneeskundige behandelingen kunnen wij niet zomaar aanpassen. Ook dat is een obstakel dat dan wel heel specifiek Belgisch van aard is.

Nog een piste waar we ook op blijven doorgaan en die ik nog niet vermeld heb, is die van de voeding. Daarbij zijn we zelfs in overleg met BioForum om ter zake pistes te kunnen verkennen. Ook daar was eerder wel wat een hoeraberichtgeving, een al te groot optimisme. Er is niets fout met optimisme, maar dat was iets te triomfalistisch waarbij men bepaalde verwachtingen niet heeft kunnen realiseren op korte termijn. We blijven die verschillende sporen dus absoluut volgen. Ik hoop dat we met die Scandinavische, met die Deense piste iets te pakken hebben. Vooralsnog is dat hoopgevend, maar dan enkel in labo-omstandigheden. Het is afwachten om te zien of we dat ook naar slachthuisomstandigheden kunnen toepassen. Desgevallend zijn wij wel bereid om ook op Vlaams niveau die techniek te kunnen uitrollen.

De voorzitter

Mevrouw Joosen heeft het woord.

Sofie Joosen (N-VA)

Voor de duidelijkheid: we hebben het Deens onderzoek. Dat gaat over de REIMS-technieken, de berengeur aan de slachtlijn. Daar gaan we in Vlaanderen inderdaad op verder. Ik verwees ook naar een Zweeds onderzoek. Dat onderzoek is afgerond, dat is ook iets ouder. Dat is gedaan door de Zweedse universiteit voor landbouwwetenschappen. Dat is meer gericht op de milieuwinsten die het verbod zou kunnen opleveren, omdat intacte beren 10 tot 15 procent minder voedsel nodig zouden hebben. Het zijn twee aparte aspecten die in de onderzoeken onderzocht worden. Het Zweeds onderzoek interesseerde me in het bijzonder omdat ik daar natuurlijk een mogelijke win zag. Met de stijgende voederprijzen voor onze landbouwsector zou dat een interessante piste kunnen zijn als er inderdaad 10 tot 15 procent minder voeder nodig zou zijn voor intacte beren. Daarom haalde ik het Zweeds onderzoek even aan. Ik breng dat ook nog onder de aandacht van de minister van Landbouw, minister Crevits, want we moeten dat toch eens bekijken. Dat is een aspect dat in de meeste andere onderzoeken niet voorkomt.

Verder moet er een breedgedragen oplossing komen. Die oplossing dient voornamelijk op Europees niveau gevonden te worden. Het is belangrijk dat dat inderdaad een gelijk speelveld op Europees niveau oplevert. Ik wil de collega’s hier in de vergadering oproepen om de Europese parlementsleden wakker te houden wat betreft dit thema en dit thema onder de aandacht te blijven houden, ook in het Europees Parlement.

De voorzitter

De vraag om uitleg is afgehandeld.

 


  Nieuwsflash
 
INTERPOM 2024Lees meer
 
 
Attert is de rijkste gemeente en Sint-Joost-ten-Node de armste in 2022 Lees meer
 
 
Diepgronder staat niet garant voor goede bodemstructuur Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Omgeving. Begroting 2025Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Landbouw en Tuinbouw Begroting 2025 Lees meer
 
 
Ontdek de voordelen van GLB-steunmaatregelen voor jouw teeltplan 2025 Lees meer
 
 
Plantenwortels veranderen hun groeipatroon tijdens de ‘puberteit’ Lees meer
 
 
Extremer weerLees meer
 
 
Opnieuw recorduitstoot CO˛Lees meer
 
 
Gezond en duurzaam voedsel voor de toekomstLees meer
 
 
Statuut gemeentelijke schattingscommissies Lees meer
 
 
Impact noodweer Spanje op de Vlaamse prijsevolutie groenten en fruitLees meer
 
 
Landbouw in 2024: minder wintergewassen door hevige regen Lees meer