Vernietiging van te veel geproduceerde varkens

Mevrouw Rombouts heeft het woord.

Minister, tijdens het VTM-nieuws van vorige zondag deed u een bijzonder opmerkelijke uitspraak over de zogezegd te veel geproduceerde varkens die zouden worden vernietigd. Ik citeer: “Wij gaan varkenskarkassen ook ophalen om ze nadien te verbranden, om ze te vernietigen omdat we geen exportmarkt hebben.”

En vervolgens stuurde u eveneens een tweet de wereld in. Ik citeer opnieuw: “Vlaanderen kweekt en exporteert meer dan het dubbel van het aantal varkens dan het zelf eet. We krijgen ze niet eens allemaal geëxporteerd. Nogal wat varkens worden onaangeroerd vernietigd, en ook daar draait de belastingbetaler voor op.”

Collega’s, dit choqueerde de hele sector. Landbouwers en agrovoedingsketens reageerden dan ook bijna onmiddellijk. Zo stelde de Federatie van het Belgisch Vlees dat deze uitspraak absolute onzin is. Men stipte aan dat varkensvlees enkel vernietigd wordt indien dieren ziek of dood zijn, of als vlees eventueel niet tijdig verkocht wordt in de winkelrekken. Bij deze, minister, wil ik u de vraag stellen op basis van welke cijfers en op basis van welke bron u de uitspraak hebt gedaan dat varkens onaangeroerd vernietigd zouden worden, en dat er geen exportmarkt zou zijn.

De heer Sintobin heeft het woord.

Minister, u was misschien nog een beetje bedwelmd van het feest de avond voordien, maar inderdaad, in het VTM-nieuws hebt u toch een en ander verkondigd dat complete nonsens was. U hebt daarbij eigenlijk een hele varkenssector, en bij uitbreiding de hele landbouwsector geschoffeerd. U hebt inderdaad gesteld dat er misbruik werd gemaakt van belastinggeld om varkens te vernietigen.

U hebt ook, en u hebt dat ook in het verleden al gedaan, onjuiste cijfers gebracht over de stikstofemissie van een gemiddeld landbouwbedrijf. U zegt ook dat er, naast ieder bezwaar van een landbouworganisatie of vanuit landbouwoogpunt, er een zal zijn vanuit natuurverenigingen. U zegt dat de bezwaren niet veel meer zullen wijzigen aan het stikstofakkoord. Dat hebt u al tientallen keren gezegd. En u weigert nog altijd een studie te laten uitvoeren naar de socio-economische impact van het stikstofakkoord.

Inderdaad, zoals de collega gezegd heeft, waren de landbouworganisaties en tal van agrovoedingsverenigingen heel woest over uw foutieve informatie die u bracht op de televisie. Zij eisten een rechtzetting. Welnu, vandaag geef ik u de kans om inderdaad die rechtzetting te geven. (Applaus bij het Vlaams Belang)

De heer Steenwegen heeft het woord.

U bent verbaasd dat u aan het woord komt?

Neen, maar ik stel mijn vraag aan minister Brouns.

Minister Brouns zit daar, en hij luistert. Hij zal kunnen antwoorden.

Minister, de varkenssector verkeert al een hele tijd in een crisis: veel te lage prijzen, en dat betekent ook grote verliezen in onze varkenshouderijen. En dat heeft de sector ertoe aangezet om zelf met een actieplan te komen. In dat actieplan zaten er eigenlijk twee luiken. Dat waren een aantal maatregelen op korte termijn, bijvoorbeeld het ondersteunen van de liquiditeitspositie van onze veehouderijen. Maar er was ook een luik met meer structurele plannen op lange termijn, wat voor onze fractie uiterst belangrijk is. Daarin werd door de sector zelf voorgesteld dat het belangrijk is om de sector van de varkenshouderijen te herstructureren. Deel daarvan was hun eigen vraag om in een opkoopregeling te voorzien, zodat een aantal varkenshouderijen zouden kunnen stoppen.

Die is dan uiteindelijk in dat stikstofakkoord terechtgekomen. Blijkbaar gaat het meer dan ooit slecht in de varkenshouderij vandaag. Een collega van u in de Vlaamse Regering zegt dat varkens niet verkoopbaar zijn en dan maar vernietigd worden, en diezelfde collega zegt ook dat volgens haar heel veel varkenshouders zich zullen inschrijven voor die inkoopregeling. Dat zou op zich natuurlijk een goede zaak zijn, want volgens diezelfde collega van u stoot een gemiddeld varkensbedrijf meer stikstof uit dan een grote industriële vestiging in de Antwerpse haven, die diezelfde collega van u onlangs vergund heeft, om INEOS niet te noemen.

Daarom stel ik u de vraag of de uitspraken van uw collega gesteund worden door uzelf, als minister van Landbouw, en door de rest van de Vlaamse Regering? (Applaus bij Groen en Vooruit)

Minister Demir heeft het woord.

Collega’s, bedankt voor jullie vragen. Ik ben eigenlijk heel tevreden dat jullie hier de vraag stellen, omdat ik twee dingen heb gezegd zonder dat ik daar zelf een oorzakelijk verband in heb gelegd. Want collega Rombouts, u zegt inderdaad dat we ook geld vrijmaken om die kadavers op te halen.

Twee dingen heb ik gezegd. Ten eerste hebben we inderdaad te veel varkens in Vlaanderen, anders zouden we ook geen warme sanering openstellen. Het gaat om 200 miljoen euro die we vrijmaken om aan de varkenssector een aanbod te doen. Het punt is dat men zegt dat we een voedseltekort gaan hebben. Dat zijn van die dingen die ik hoor. Daarop heb ik heel duidelijk gereageerd: we gaan geen voedseltekort hebben, we hebben te veel varkens. We produceren 2,5 keer meer varkens dan we zelf opeten. Een derde daarvan eten we op, de rest is bedoeld voor de exportmarkt. Dat de varkenssector in een crisissituatie verkeert, wordt duidelijk in het feit dat we daar de afgelopen 5 jaar 200 miljoen euro voor hebben vrijgemaakt. En ook – en dat was mijn tweede punt – zijn er te veel dieren die sterven doordat de bezettingsdichtheid te hoog is. Die is cruciaal in een varkensstal. We weten allemaal – en de cijfers liegen er niet om – dat het jaarlijks gaat om 550.000 varkens die sterven in het productieproces en die worden opgehaald door Rendac. Ook daar wordt belastinggeld voor vrijgemaakt. De oorzaak van de dood wordt niet systematisch geregistreerd. Maar ik heb zelf nooit een oorzakelijk verband gelegd naar het eerste punt, met name dat we te veel varkens produceren in Vlaanderen, dat een groot deel voor de exportmarkt is en dat die exportmarkt het vandaag heel moeilijk heeft. Anders zouden we de afgelopen 5 jaar geen 200 miljoen euro hebben vrijgemaakt. Het tweede punt dat ik heb gemaakt is inderdaad dat we in Vlaanderen kadavers bij varkensboeren ophalen om ze nadien te vernietigen. Dat gaat jaarlijks om een 550.000-tal. Trouwens, het gaat niet enkel om varkens, maar ook om 111.000 runderen. Ook schapen sterven jaarlijks tijdens het productieproces.

Ik heb in ieder geval nooit uitgehaald of willen uithalen naar de sector zelf. Dat zou ik ook niet willen doen. Als dat zo zou zijn overgekomen, dan was dat niet de bedoeling. En ik heb vandaag ook samengezeten met de sector om daarover met hen het gesprek aan te gaan en hen ook duidelijk mee te geven wat de twee punten waren die ik heb gemaakt.

Minister Brouns heeft het woord.

Collega’s, ik wil in de eerste plaats nogmaals mijn heel grote waardering uitspreken ten aanzien van alle Vlaamse land- en tuinbouwbedrijven, die in heel moeilijke omstandigheden, elke dag opnieuw, 24/7, in de weer zijn voor ons voedsel van morgen.

We hebben in Vlaanderen de meest performante, de meest duurzame land- en tuinbouwbedrijven. En ook de Vlaamse varkenshouderij behoort tot de allerbeste in de wereld op vlak van kwaliteit en duurzaamheid. We hebben in Vlaanderen en in België de strengste normen op het vlak van dierenwelzijn, geneesmiddelengebruik, kwaliteitscontrole. Hier in Vlaanderen wordt topkwaliteit geproduceerd. Maar, collega’s, we weten ook dat die sector het vandaag niet onder de markt heeft.

De Vlaamse varkenshouderij heeft het niet onder de markt. Er zijn de hoge grondstofprijzen, voederprijzen, energieprijzen. En er is inderdaad een heel moeilijke prijsvorming in die sector. En ja, we hebben heel ambitieuze klimaatdoelen. En dat heeft ertoe geleid dat we inderdaad, op vraag van die sector en in overleg met die sector, een regeling hebben uitgewerkt voor zij die vrijwillig willen stoppen en afbouwen. Maar het heeft ook geleid naar de ambitie om de stikstofreductie daaraan te koppelen. Dat doen we allemaal voor de toekomst van die belangrijke, Vlaamse varkenshouderij en om de jonge Vlaamse varkenshouder een duurzame toekomst te geven. Heel belangrijk daarbij is de oprichting van de brancheorganisatie om met alle partners in die keten die duurzame toekomst voor te bereiden om op de markttendensen die er vandaag zijn, correct te kunnen inspelen.

Collega’s, we staan vandaag voor gigantische uitdagingen in de Vlaamse land- en tuinbouwsector. We staan op een tijdsgewricht dat ertoe zal leiden dat we die noodzakelijke transitie de komende jaren moeten inzetten en volhouden. We moeten dat doen op een waardige manier.

Ik heb de voorbije weken en maanden heel veel Vlaamse land- en tuinbouwers gesproken en dat was vaak emotioneel. Geen enkele van al die Vlaamse land- en tuinbouwers, geen enkele, deed dat echter op een onwaardige manier. Ze waren allemaal zeer waardig, hoe moeilijk of emotioneel het ook was. Als we naar de ons omringende landen kijken – en ik verwijs naar Nederland –, denk ik ook dat we collectief moeten oproepen om de kalmte te bewaren, en om de heel hoge ambitie die we onszelf stellen samen met de sector en samen met de Vlaamse land- en tuinbouwers te realiseren. Daartoe wil ik oproepen, want we hebben allemaal hetzelfde doel: een duurzame toekomst voor de Vlaamse land- en tuinbouw, in harmonie met onze omgeving. (Applaus bij cd&v en Open Vld)

Mevrouw Rombouts heeft het woord.

Dank u wel, minister Demir in eerste instantie, voor het antwoord op mijn vragen. U uitte duidelijk dat het niet de wil was om de sector te schofferen, maar ik denk dat het dan ook belangrijk is dat we dat ook niet doen.

U hebt net aangegeven twee elementen te willen onderstrepen en dat die niet met elkaar in verband mochten worden gebracht. Sta me toe toch opnieuw een citaat te noemen van het VTM Nieuws: “Wij gaan varkenskarkassen ophalen om ze nadien te verbranden, om ze te vernietigen, omdat we geen exportmarkt hebben.” Ik heb geen koppeling gedaan, ik denk dat het citaat duidelijk is.

Rendac haalt inderdaad zieke en dode dieren op. U verwijst naar 600.000, minister, dat komt uit op 4,5 tot 5 procent van de totale varkensstapel, als ik snel kan tellen, en als u de opfok en ook de biggensterfte tenminste meeneemt. We weten allen dat de biggensterfte ook een natuurlijk proces is. Er wordt gigantisch hard gewerkt op die uitval, en als we de Vlaamse uitval vergelijken met de andere landen, moeten we vaststellen dat we daar bij de besten scoren.

Bij dezen moet ik afronden. Ik ga straks graag nog even in op de overproductie waarnaar u verwijst. (Applaus bij cd&v en Open Vld)

De heer Sintobin heeft het woord.

Eerst en vooral, minister Brouns, van harte bedankt voor uw eerlijke antwoord.

Minister Demir, u zegt dat u niet wilde provoceren, maar ik weet niet wat ik dan wel moet verstaan onder provoceren, na wat u de laatste weken allemaal hebt gezegd, zeker ook op het VTM Nieuws.

Het ophalen van karkassen bestaat al sinds jaar en dag en wordt al sinds jaar en dag ondersteund door de N-VA-fractie. De varkenssector is voor een groot deel een exportsector, daar hebt u gelijk in. Als het echter slecht gaat met de export van bier of chocolade, gaan we dat dan ook verminderen? Wij zijn een exportland bij uitstek, maar dat geldt blijkbaar niet voor de landbouw. Het was vooral erg dat u beweerde, of probeerde te beweren, dat landbouwers, de varkenssector in dezen, eigenlijk misbruik maakten van belastinggeld om varkens te vernietigen.

Ik wil het dan nog verder hebben over stikstof, en niet alleen het provoceren van verenigingen, maar ook het provoceren van parlementsleden. Ik heb het YouTubefilmpje van vorige week in de commissie gezien en tegen mevrouw Rutten wordt eigenlijk gezegd: “Ze is tot nader order geen minister.” Over mevrouw Rombouts zegt u: “Ze zit al 18 jaar in het parlement, maar ze weet blijkbaar niet goed over wat zij spreekt.” Ik wil dus vragen aan beide ministers: hoe zit het eigenlijk met het stikstofakkoord? Staan alle meerderheidspartijen er nog achter? (Applaus bij het Vlaams Belang)

De heer Steenwegen heeft het woord.

Minister Brouns, in het stikstofakkoord is inderdaad de opkoopregeling opgenomen. Het is me echter helemaal niet duidelijk wat de Vlaamse Regering daarmee wil bereiken. Voor de ene coalitiepartner is het duidelijk: dat moet leiden tot een afbouw van 30 procent van de varkensstapel. Er is onlangs in de commissie nog een duidelijke vraag geweest van een lid van de meerderheid, om bevestiging te krijgen dat men die doelstelling wil bereiken. Een andere coalitiepartner, cd&v met name, houdt echter vol dat er helemaal geen doelstelling is: ‘Het is gewoon een vrijwillige opkoopregeling en we zullen wel zien hoeveel boeren eraan deelnemen. Als er geen zijn, zijn er geen. Zijn er meer, dan zijn er meer.’

Dus eigenlijk, minister, is mijn vraag: welk aandeel in de reductie van de stikstof is eigenlijk voorzien in heel het scenario dat jullie hebben opgemaakt, namelijk het stikstofakkoord? Ik ga ervan uit dat de afbouw van de varkenssector daar deel van uitmaakt. Welk aandeel verwacht deze Vlaamse Regering nu in de hele reductie van de opkoopregeling in de varkenssector?

Mevrouw Joosen heeft het woord.

Voorzitter, we hebben hier vorige week een debat gevoerd over de uitkoopregeling voor varkensbedrijven. Collega’s, we zouden het niet moeten hebben over een uitkoopregeling als het zo bijzonder goed zou gaan met de sector. We produceren tweeënhalf keer meer dan de Vlaming consumeert. We zijn dus enorm exportafhankelijk en net die exportmarkt is al jaren instabiel. Resultaat: dramatische prijzen en gigantische verliezen. Er wordt heel wat steun gegeven aan de varkenshouderij: 200 miljoen euro, maar de individuele varkensboer voelt daar vandaag bitter weinig van.

Minister Demir is zeer duidelijk: de individuele varkensboer treft geen schuld. Maar willen we de varkenshouderij in Vlaanderen een toekomst bieden, dan gaan we de sector structureel moeten hervormen. Niets doen, is geen optie. (Applaus bij de N-VA)

De heer Vandenhove heeft het woord.

Voorzitter, ministers, ik heb aandachtig geluisterd. Ik denk dat minister Demir vorig weekend ongelijk had over de cijfers, maar inhoudelijk heeft zij wel gelijk. Dat is ook wat de heer Steenwegen en mevrouw Joosen zeggen, er moet echt iets gebeuren. We moeten andere landen zoeken voor de afzet van de varkenssector. Er is geen andere mogelijkheid. Ook wij willen wel eens weten hoever het nu echt staat met dat stikstofakkoord. Uiteindelijk is deze vraag ingegeven met als achtergrond heel dat stikstofakkoord.

Wij vragen ons af wat nog de samenhang is in de regering. Als men op deze manier met elkaar omgaat, is een oppositie eigenlijk niet meer nodig en worden wij werkloos.

Is er nog altijd een akkoord in de regering? Wat is dan de timing voor de uitvoering van dat akkoord? Met de massa bezwaarschriften die zijn geëvoceerd en opgewekt door BB, ziet die timing er niet zo goed uit. (Applaus bij Katia Segers, Steve Vandenberghe en Johan Danen)

De heer Van Hulle heeft het woord.

Minister, varkensboeren zijn ondernemers. Ondernemers vragen van de Vlaamse overheid dat ze rechtszekerheid biedt, dat ze ondernemers zekerheid biedt. Kortom, ze vragen dat de overheid betrouwbaar is. Uitspraken van een minister die gebaseerd zijn op foutieve gegevens, ondermijnen die betrouwbaarheid.

Minister, kunt u nog beter aantonen dat uw uitspraken wel degelijk juist waren? Als u zelf vindt dat u fout hebt gecommuniceerd, wilt u zich dan bij de varkenssector excuseren? (Applaus bij Open Vld en cd&v)

Minister Demir heeft het woord.

Collega’s, mijnheer Vandenhove, ik heb geen cijfers meegedeeld op VTM. Ik heb alleen cijfers meegegeven over de bezwaren, dat waren er meer dan vijfduizend. De lokale besturen moeten dat nog afronden. Over het aantal varkens heb ik op VTM niet gecommuniceerd, dat wil ik toch duidelijk zeggen.

Ik heb twee zaken gezegd en blijf daar achterstaan. Ik heb geen oorzakelijk verband gelegd tussen de twee. Dat heb ik niet gedaan. Eén, we produceren veel, er gaat te veel naar export. We gaan hier geen hongerlijden, wat sommigen durven te beweren. Sommigen zeggen dat we voedsel zullen moeten importeren, vanuit China of zo. We produceren tweeënhalve keer meer varkens dan dat we er opeten. Inderdaad heeft de sector het al een aantal jaren heel moeilijk.

Inderdaad, mijnheer Sintobin, het is geen probleem om aan boeren steun te geven, dat doen we al, daar gaat het niet over. Het feit dat we nu een warme sanering doen, dat we een oproep doen aan heel wat varkensboeren om zich in te schrijven voor een vergoeding – op vraag van de sector zelf, we hebben dat vanmorgen nog besproken – toont ook aan dat die sector dat ook wel nodig heeft.

We zitten gewoon met te veel varkens. U moet de Europese cijfers maar eens bekijken, per tien Vlamingen hebben we acht à negen varkens, in Duitsland zijn dat er drie, in Nederland zeven. Men kan het zonlicht niet ontkennen. Men kan niet zeggen dat er geen enkel probleem is, dat zou ik niet durven. Dan zouden we geen aanbod doen aan de sector. De sector is zelf vragende partij. Er zijn heel veel varkensboeren die het heel moeilijk hebben.

Ik heb de afgelopen maanden de hele toer van Vlaanderen gedaan, ik heb dat gedaan uit respect, het gaat over heel moeilijke beslissingen. Ik steun de oproep van collega Brouns om de kalmte te bewaren en niet naar Nederlandse toestanden te gaan. Daar gaat het heel ver. Laten we het zo houden.

Dat is ook de reden geweest waarom ik dat in alle provincies ben gaan uitleggen. Daar is ook elke keer opnieuw de vraag aan bod gekomen wanneer de warme sanering komt, wanneer men zich kan gaan inschrijven. Men wil dat, dat is een vraag die vanuit de sector zelf komt. Dat is één.

Mijn tweede punt: ik heb het cijfer nog niet genoemd, maar er zijn jaarlijks een half miljoen varkens die sterven tijdens het productieproces. Ik vind dat veel. Ik heb dat cijfer niet genoemd, maar ik heb wel gezegd dat, naast het feit dat we die sector die het al moeilijk heeft ondersteunen, we ook via Rendac kadavers ophalen die dan worden vernietigd. Maar zelf heb ik geen oorzakelijk verband gelegd. Dat wil ik wel nog eens aan collega Rombouts en aan collega Sintobin meegeven … (Opmerkingen)

… die dat natuurlijk tegenspreekt, maar ik weet wat ik wel heb gezegd.

Tot slot, wat het stikstofakkoord betreft, collega’s …

Collega’s, minister Demir heeft het woord.

Het zijn misschien vakantiekriebels? Ik weet het niet.

Ik wil collega Rutten nog eens meegeven dat we in de schoot van de regering inderdaad een akkoord hebben gemaakt. We hebben een stikstofakkoord onderhandeld dat eigenlijk niemand wil. Sorry, ik word daar ook niet vrolijk van. Als men denkt dat ik elke ochtend opsta van ‘Yes!’… Neen, helemaal niet. Ik zou dit ook liever niet doen. Als minister heb ik het ook liever als ik goede, positieve boodschappen kan brengen, in plaats van een stikstofakkoord waar niemand vrolijk van wordt. We doen dit, collega’s, omdat we dit moeten doen. Aan degenen die beweren – en dan kijk ik ook naar de collega’s van het Vlaams Belang – dat het probleem zo erg niet is, en ‘moet dat wel worden opgelost?’: zelfs als we zouden vinden dat er geen probleem is rond stikstof, dan nog zit je met het arrest. Je zit nog altijd met een stikstofarrest dat het voorlopig kader aan diggelen heeft geslagen en waar we een antwoord op moeten bieden. Het onderzoek is bijna afgerond. We wachten nog op de bezwaren van de lokale besturen. Ik denk dat zij tijd hebben tot 1 augustus. Vervolgens gaan we uiteraard die bezwaren een voor een allemaal goed bekijken. Dat doen we in alle zaken. Daarna zullen we daarmee opnieuw aan de slag gaan in de schoot van de regering.

Minister Brouns heeft het woord.

Collega’s, ik denk dat het duidelijk is dat we vandaag concluderen: in Vlaanderen worden niet onnodig gezonde dieren geslacht. De Vlaamse varkenshouderij is een van de meest performante, wereldwijd. Vlaamse varkens zijn dan ook gegeerd in Europa. Het is nogal logisch dat de landbouw, als een volwaardige economische sector, die topproducten ook kan exporteren.

Collega Steenwegen, uw concrete vraag naar de doelstelling: 2.957.000 kilo ammoniak, dat is de reductie die wordt vooropgesteld met de opkoopregeling. (Applaus bij cd&v en Open Vld)

Mevrouw Rombouts heeft het woord.

Minister, als u in een uitzending een dergelijke uitspraak doet die niet klopt, dan zou het u sieren dat u dit erkent, en minstens uw excuses daarvoor aanbiedt.

Ik heb net aangegeven, collega’s, dat ik even wil ingaan op de overproductie. Feiten zijn feiten. Voor een aantal producten, melk en eieren, flirten we met de zelfvoorzieningsgraad. Voor de dierlijke productie zitten we inderdaad op meer dan 100 procent. Waarom? Omdat jij en ik enkel het beste stukje vlees van het varken willen, en dat we andere delen van datzelfde varken exporteren. Collega’s, tussen 1980 en vandaag is er inderdaad veel gebeurd, maar vooral: de ammoniakuitstoot is met de helft gedaald. Dat is waar stikstof over gaat.

Vlaanderen staat voor grote uitdagingen en het stikstofdossier is er daar een van. Gezinnen dreigen hun levenswerk verloren te zien gaan. Meer dan ooit is er dan ook nood aan correcte informatie, aan respect en aan vertrouwen. Collega’s, een minister die de weg inslaat van desinformatie of van polarisering is het laatste wat we nodig hebben. (Applaus bij cd&v en Open Vld)

De heer Sintobin heeft het woord.

Ik zie applaus bij twee meerderheidspartijen. Ik veronderstel dat ik die ook zal krijgen want ik breng dezelfde boodschap.

U kunt het blijven ontkennen, minister Demir, maar u hebt zondag op tv leugens verteld, foutieve informatie verspreid. Daarmee hebt u de landbouwsector een slecht imago bezorgd. U moet stoppen met het agribashen, zoals collega Dochy zegt. Onze landbouwers verdienen meer respect dan uw leugens, minister Demir, en dan uw foutieve informatie, waarvoor u vandaag zelfs geen excuses wilt aanbieden.

Ik roep de Vlaamse Regering dan ook op om meer respect te tonen voor onze landbouwsector. U moet de landbouwsector koesteren in plaats van die kapot te maken. In ieder geval, op onze fractie kan de land- en tuinbouwsector in Vlaanderen zeker rekenen. (Applaus bij het Vlaams Belang en van Bart Dochy en Gwendolyn Rutten)

Collega’s Rutten en Dochy hebben geapplaudisseerd. (Opmerkingen van Stefaan Sintobin en Gwendolyn Rutten)

Het zijn er toch al twee van de meerderheid. U moet niet alles ineens willen. (Gelach)

De heer Steenwegen heeft het woord.

We hebben het geluk om hier twee ministers te hebben om op hetzelfde thema te antwoorden, maar eigenlijk hebben we geen antwoorden gekregen, en ik begrijp dat wel. Deze Vlaamse Regering is enorm verdeeld over dit dossier. Voor de ene is de betekenis van een rood bedrijf dat het moet sluiten. Voor de andere coalitiepartner betekent dit dat men mits investeringen hervergund kan worden. Voor de ene is het akkoord goed, de andere roept op om zoveel mogelijk bezwaren in te dienen tegen datzelfde akkoord. Voor de ene moet de afbouw van de varkenssector 30 procent reductie opbrengen en een afbouw van de sector, voor de andere is de doelstelling onduidelijk.

Collega's, deze regering heeft het heel moeilijk de laatste tijd om milieudossiers te besluiten. Men is het eigenlijk over niets nog eens, maar in dit stikstofdossier gaapt er ondertussen een gigantische en onoverbrugbare kloof in deze meerderheid. We kijken in elk geval uit naar bijkomende verklaringen van onze ministers rond dit dossier in de pers. (Applaus bij Groen, Vooruit en de PVDA)

De actuele vragen zijn afgehandeld.