De voorzitter
De heer Vandenhove heeft het woord. Hij heeft een vraag over de appelteelt in Vlaanderen … in gans Vlaanderen?
Ludwig Vandenhove (Vooruit)
Haspengouw behoort ook tot Vlaanderen. (Gelach)
Ik heb inderdaad al gealludeerd, naar aanleiding van de toelichting van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB), op de problemen in de appelteelt. Het is inderdaad een probleem voor Vlaanderen, maar het is vooral een probleem voor onze regio Haspengouw.
In 2005 telde Vlaanderen nog bijna 1100 actieve appeltelers. Ondertussen is dat aantal teruggevallen met 40 procent, tot een kleine 650. De totale appelproductie viel in dezelfde periode terug van 330.000 ton naar 169.000 ton. Voor de provincie Limburg gaat het zelfs over een afname met bijna de helft. Het is dan ook logisch dat de sector, maar ook de regio, zich ernstig zorgen maakt over de toekomst van de appelproductie en -teelt. Er wordt gesproken over een masterplan voor de Vlaamse appelteelt, onder andere door de landbouworganisaties en door de specifieke fruitorganisaties, al dan niet als onderdeel van die landbouworganisaties.
Recent bereikte ons het bericht dat sommige appeltelers hun vruchten laten hangen. Een overaanbod op de wereldmarkt, lage verkoopprijzen en sterk gestegen kosten maken het amper interessant om dit jaar te plukken. Vooral de mindere appels, die bestemd zijn voor de industrie, blijven op dit moment hangen. Momenteel ligt de prijs voor deze industrieappelen rond de 10 cent, terwijl alleen al de pluk 8 tot 10 cent kost. Plukken is dus bijna net zo duur als de opbrengst, waardoor appeltelers zich genoodzaakt voelen hun vruchten te laten hangen.
Experts voorzien op basis van internationale cijfers een verdere daling van het appelareaal, dat de voorbije jaren al sterk afnam. BB deed enkele weken terug een oproep aan de Vlaamse supermarkten en de consument om fruit en vooral appelen van Vlaamse bodem te kopen, wat uiteraard goed is, om zo de telers door moeilijke tijden te slepen. Maar de vraag is of dat volstaat. Ik denk het niet. Vooral appeltelers hebben het al jaren zwaar en door de oorlog in Oekraïne is hun positie nog slechter geworden, ook door de hele boycot met Rusland, alhoewel die meer impact heeft op de peren dan op de appels.
Vandaar de volgende vragen. Welke specifieke maatregelen denkt u te nemen om tegemoet te komen aan de diverse specifieke problemen in de sector? Ik wil nu even alluderen op wat u zelf vaak zegt, en ook de landbouworganisaties: landbouw is een economische sector. Ik ben het daarmee eens. Maar dan denk ik dat de appel ook een heel belangrijke economische sector is, en dat er ook gekeken moet worden hoe we daaraan tegemoet kunnen komen, eventueel met tijdelijke subsidiëring, in afwachting dat er overgegaan kan worden naar andere branches.
Gelooft u in een masterplan voor de sector? Ik weet dat er nogal snel met dat masterplan gegoocheld wordt. Dat zijn niet mijn woorden, dat zijn de woorden van de landbouw- en fruitorganisaties. Zo ja, hoe en wanneer zal dit masterplan tot stand komen?
Om de Vlaamse appelsector een toekomst te geven moet er iets gebeuren met de diverse onderdelen van de keten, van producent tot retail. Voorziet u een globale, brede aanpak? Is daar al een gesprek over gevoerd met de andere leden van de keten, dus niet alleen met de fruittelers? Welke initiatieven zult u nemen in dat verband? Ik kijk uit naar uw antwoord.
De voorzitter
Minister Brouns heeft het woord.
Minister Jo Brouns
Dank u wel, collega Vandenhove. Het is inderdaad een trieste vaststelling dat onze fruittelers de gevolgen moeten dragen van de geopolitieke spanningen. De Russische agressie tegen Oekraïne heeft de appelsector verder in crisis geduwd. Doordat ook alternatieve markten zoals Wit-Rusland werden gesloten, zorgde dit voor een overaanbod van vnl. Poolse appelen op de Europese markt. Dit leidt dan weer tot gevoelige prijsdalingen. Bovendien zorgt de algemene stijging van energieprijzen in heel Europa ervoor dat ook de bewaarkosten op dit ogenblik uit de pan swingen.
De malaise in de appelsector is eigenlijk begonnen in 2014 toen Rusland een boycot invoerde voor Europese appelen. Ook toen werd onze markt overrompeld met Poolse appelen. Maar er is meer aan de hand. Als we daar nader naar gaan kijken, zien we namelijk dat consumenten onze lokale appelen links laten liggen en buitenlandse rassen zoals ‘Pink Lady’ verkiezen. Bovendien zien we dat het areaal appelen op 10 jaar tijd gedaald is met 22 procent, maar dat het areaal peren gestegen is met 25 procent. Het verschil in rendement is voornamelijk te verklaren aan de opbrengstzijde. Terwijl de appelteelt in Vlaanderen moeilijkheden heeft om zich te differentiëren van andere productieregio’s in Europa, lukt dit voor peren wel.
Dit brengt me bij de vraag wat ik kan doen om deze sector te ondersteunen en wat er kan gedaan worden om deze sector economisch sterker te maken.
Er is nu reeds een tendens naar de aanplanting van hoogwaardige rassen. Het Departement Landbouw en Visserij ondersteunt actief onderzoek naar en aanplanting van nieuwe, beloftevolle rassen. Via de operationele programma’s groenten en fruit krijgen de producentenorganisaties steun voor de bevordering van hun afzet. Enerzijds via promotieacties, anderzijds via acties om diverse verkoopplatformen te ontwikkelen.
Het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing (VLAM) zet nu al in op – en blijft dat ook doen – campagnes om de consument te helpen kiezen voor appels van bij ons. De seizoenstart zet VLAM telkens extra in de kijker met een opvallende mediacampagne. Dit jaar investeerde VLAM in een radiocampagne die liep van 26 september tot 8 oktober. De hoofdboodschap luidde dat fruit van hier kopen goed is voor uw portemonnee én ook voor die van de teler. De spot is dus relevanter dan ooit.
Daarnaast inspireert VLAM het jaar rond met recepten en tips om aan de slag te gaan met ons hardfruit via de online kanalen – u wel bekend – van ‘Lekker van bij ons’. In de nieuwsbrief van eind september trakteerde VLAM de abonnees nog op een appeltaartenthema. Een schot in de roos, zo bleek, want op amper twee uur na het uitsturen werd er al achtduizend keer doorgeklikt op het topic.
Maar de Vlaamse markt is uiteraard niet voldoende om onze appeloogst optimaal te laten renderen. Daarom zijn ook inspanningen op onze exportmarkten van belang om onze appelsector verder te ondersteunen. VLAM biedt bijvoorbeeld aan exportbedrijven de kans om hun handelsrelaties te ontmoeten op vakbeurzen. Want geen contracten zonder persoonlijke contacten. Die persoonlijke relaties zijn echt cruciaal om de handel te stimuleren. Verder werkt VLAM continu aan het imago van onze fruitsector via buitenlandse vakmedia. Journalisten worden hier uitgenodigd om de troeven van onze sector te ontdekken en advertenties houden onze producten top of mind.
Het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) voorziet tenslotte verhoogde steun voor fruittelers die investeren in duurzame teelttechnieken en nieuwe beloftevolle fruitrassen aanplanten, om hun aanbod te diversifiëren. Daarnaast is er ook een subsidie mogelijk voor investeringen in oogstprotectie, bijvoorbeeld hagelnetten.
Tot slot, als minister van Landbouw ben ik natuurlijk in de eerste plaats bezorgd om onze telers. Mijn bevoegdheid als minister is echter niet oneindig. Ik kan, via het beleid, geen betere of stabielere prijs bekomen of garanderen voor onze telers, noch de supermarkten verplichten om Vlaamse appels in hun rekken te leggen.
Wel moeten we kijken waar we de positie van de appelteler in de keten kunnen versterken, zodat hij of zij niet meer gedwongen wordt om prijsnemer te zijn in onderhandelingen. Daarnaast moeten we durven nadenken over waar we met onze appelteelt naartoe willen in onze veredeling. Genetische verbeteringen kunnen niet alleen consumenten aan lekkerder fruit helpen, maar ook tegemoetkomen aan wensen vanuit supermarkten, de teelt, of de distributie. U verwees in uw vraag naar een masterplan voor onze appelteelt. Als dit masterplan als inhoud heeft om met alle belanghebbenden na te denken waar we op de lange termijn naartoe willen, dan zet ik daar met plezier mijn schouders onder. Crisissen bieden ook altijd opportuniteiten, dus deze opportuniteit moeten we zeker benutten. Ik kan ook meegeven dat ik concreet het overleg ben aangegaan met de sector in onze eigen mooie provincie en in Henegouw… sorry, in Haspengouw, u welbekend. Henegouwen hebben we nog niet geannexeerd, excuseer. (Gelach)
De voorzitter
De heer Vandenhove heeft het woord.
Ludwig Vandenhove (Vooruit)
U moet zich daar niet voor verontschuldigen. Ik voel me vaak meer Henegouwer dan inwoner van sommige andere locaties in Vlaanderen buiten Haspengouw. (Opmerkingen van Steven Coenegrachts)
Laat dat duidelijk zijn. (Opmerkingen en gelach)
Bedankt voor uw antwoord, minister. Om op uw laatste bemerking in te gaan: ik denk dat het goed is dat er veel initiatieven zijn, maar vaak is het probleem dat ze langs elkaar gebeuren. Of u het een masterplan noemt of een ronde tafel, dat is eigenlijk voor mij een detail, een bijzaak. Maar ik denk dat het goed is dat er op een gecoördineerde manier gekeken wordt hoe we verder kunnen gaan met die sector.
U hebt gelijk in uw analyse. Er is natuurlijk de internationale context, met Rusland. Er zijn de energieprijzen. Maar ik denk dat we eerlijk moeten zijn: de crisis is veel fundamenteler dan dat. Onder andere door het feit dat de consument de appels van hier links laat liggen. In die zin kijk ik ernaar uit dat u zeker bereid bent om daar structureel iets aan te doen, en te werken aan zo’n masterplan, of hoe het ook mag heten.
Ik denk dat we niet op korte termijn moeten werken. Ik heb er zeker en vast geen probleem mee – dat heb ik al ettelijke keren herhaald – dat er subsidies gaan naar landbouw, en fruit in het bijzonder. Maar het is altijd beter om die subsidies dan te gebruiken om een reconversie door te voeren, om iets fundamenteels te doen, dan om louter tussen te komen voor de telers, in dit geval.
Uiteraard hebt u gelijk met al die inspanningen die VLAM doet. Dat moet blijven gebeuren, maar daarmee gaan we deze crisis in de appelbusiness niet oplossen. Ik denk dat we effectief moeten inzetten op hoogwaardige gewassen. Daar hebt u gelijk in. We moeten kijken hoe we de concurrentie kunnen aangaan met het buitenland, vermits die appels van daar blijkbaar voor de consument aantrekkelijker zijn.
Ik denk dat we ook moeten kijken naar de klimaatfactoren. Ik denk dat er zich een aantal feiten voordoen – zeker in augustus, als gevolg van de klimaatverandering – met de appelteelt. Als u spreekt over hoogwaardige rassen, dan denk ik dat we ook met die klimaatfactor rekening moeten houden. Dat is trouwens een algemeen gegeven in de landbouw en fruitteelt, en dus zeker en vast ook hier. Laat ons wat dat betreft dus die richting uitgaan.
Ik wil nog twee dingen aanvullen. Ten eerste begrijp ik dat landbouwers hun appels laten hangen, uiteraard. Voor hen is dat een kwestie van kostprijs. Maar ik denk dat we moeten nadenken wat we kunnen doen naar, één, armoedeorganisaties toe. Ik denk dat het een heel goede zaak zou zijn als we daar ook een stuk op zouden inzetten. Met alle initiatieven die daarover bestaan, waarbij er ook acties zijn waarbij mensen met voedselbonnen bepaalde voeding kunnen aankopen, moeten we kijken of we mensen niet kunnen motiveren om in die richting te gaan. Ik geef toe: daarmee gaan we de crisis niet oplossen. Maar het zijn kleine dingen, en alle kleine dingen maken één groot.
Ten tweede denk ik dat het ook nuttig zou zijn dat u eens onderzoekt – als bevoegd minister, want daar bent u ook voor bevoegd – of het geen aanvulling kan zijn op de projecten van de Europese Unie. U weet dat de Europese Unie fruit subsidieert naar scholen toe. Het zou geen slechte zaak zijn om daarop in te spelen. Het zit in kleine dingen. Wij hebben – in een van mijn vorige levens en functies – ooit in Sint-Truiden een actie gedaan waarbij we zegden: fruitsap is bij ons appelsap. Nu kijken mensen bij fruitsap vooral naar appelsienen.
Ik denk dat we moeten zoeken naar een aantal kleine dingen, die alleszins voor een aantal mensen een mogelijke oplossing, of een aanvulling van een oplossing, kunnen bieden.
De voorzitter
Minister Brouns heeft het woord.
Minister Jo Brouns
Dank u wel, collega Vandehove, voor uw aanvullende beschouwingen en uw aandachtspunten, die volkomen terecht zijn. Ik denk dat deze crisis ook op dat vlak een opportuniteit is. We nemen dat binnen de voedselstrategie, waar ik toch wel bijzonder veel aandacht aan hecht, mee. Ik denk dat voeding vandaag het verbindende verhaal kan zijn dat onze Vlaamse land- en tuinbouw nodig heeft. We moeten ook heel sterk inzetten op het voorkomen van voedselresten. We kunnen daarin perfect een plaats geven aan wat u daarnet suggereerde wat betreft het laten hangen van appels. Ook in het project ‘Oog voor Lekkers’, in relatie met scholen, hebben we daar de nodige aandacht voor.
Het is misschien ook belangrijk om mee te geven dat in de nieuwe gemeenschappelijke marktordening (GMO) ingezet wordt op onderzoek, op ontwikkeling, om zo te gaan naar nieuwe rassen, naar nieuwe markten. Ik denk dat dat ook een belangrijk onderdeel is van het GLB, dat hier nog eens onderstreept kan worden.
De voorzitter
De heer Vandenhove heeft het woord.
Ludwig Vandenhove (Vooruit)
Dank u wel voor uw antwoord. Dus we zien elkaar tussen de appels van Haspengouw, en niet van Henegouwen. (Gelach)
De voorzitter
Smakelijk, zou ik zeggen.
De vraag om uitleg is afgehandeld.