Via de Gemeenschappelijke Marktordening draagt Europa 50% van de subsidiabele uitgaven van een goedgekeurd operationeel programma, terwijl de andere 50% wordt gedragen door de producentenorganisaties zelf. Het jaarlijkse totale steunbedrag voor alle erkende producentenorganisaties bedraagt zo’n 60 miljoen euro.
Via deze steun wordt de positie van de teler in de agrovoedingsketen versterkt door in te zetten op de concentratie van het aanbod, de bevordering van de afzet, innovatie en digitalisering door onderzoek en ontwikkeling, de duurzame productie van hoogkwalitatief, veilig en voedzaam voedsel met aandacht voor vermindering van voedselverspilling, vermindering van afval en valorisatie van reststromen, modernisering, crisispreventie en risicobeheer en de verbetering van de arbeidsvoorwaarden en vereisten voor gezondheid en veiligheid op het werk. Al deze elementen maken bovendien deel uit van de voedselstrategie die minister Brouns later deze maand lanceert.
In de nieuwe operationele programma’s wordt in het bijzonder aandacht geschonken aan milieu, klimaat en innovatie. Dit past bij de filosofie van minister Brouns, die streeft naar een evenwicht tussen landbouw en natuur. De operationele programma’s voor groenten en fruit ondergaan enkele fundamentele wijzigingen vanaf volgend jaar:
- Minstens 15% van de uitgaven van het operationeel programma moeten besteed worden aan acties ter verbetering van het milieu en acties die bijdragen tot matiging van en aanpassing aan klimaatverandering. Een producentenorganisatie die hier nog meer op inzet en minstens 20% van de uitgaven van het operationeel programma hieraan besteedt, ontvangt tot 80% steun voor die uitgaven. Want extra inzet mag extra gestimuleerd worden.
- In de nieuwe operationele programma’s gaat ook aandacht uit naar onderzoek en ontwikkeling van duurzame productiemethoden, innovatieve praktijken en productietechnieken die het economisch concurrentievermogen vergroten en de marktontwikkelingen versterken. Minstens 2% van de uitgaven van het operationeel programma moeten besteed worden aan uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling. Ook hier wordt extra gestimuleerd: als een producentenorganisatie de investering optrekt naar minstens 5% van de uitgaven, dan ontvangt die 80% steun voor die uitgaven.
- In de nieuwe operationele programma’s wordt er meer aandacht geschonken aan acties gericht naar de telers. Het te besteden bedrag aan investeringen per teler per operationeel programma wordt verhoogd naar 280.000 euro. Investeringen in het kader van energiebesparing, energie-efficiëntie en productie en gebruik van hernieuwbare energie worden mogelijk op telersniveau.
- De maximale Europese steun voor transnationale producentenorganisaties wordt verhoogd van 4,6% naar 5,5% van de waarde van de afgezette productie.
Vanaf 1 januari volgend jaar starten de nieuwe operationele programma’s groenten en fruit. Deze lopen zeven jaar en moeten op voorhand goedgekeurd worden. Hiervoor kunnen erkende producentenorganisaties in de sector groenten en fruit tot en met 23 december 2022 hun nieuwe operationeel programma indienen bij het Departement Landbouw en Visserij. Dit gebeurt digitaal via de toepassing op het e-loket landbouw en visserij.
Vlaams minister van Landbouw Jo Brouns: ‘Eind deze maand wil ik met de lancering van de voedselstrategie gezonde en kwaliteitsvolle voeding opnieuw hoog op de agenda plaatsen in Vlaanderen. Het gaat dan niet alleen over zelfvoorzienigheid, maar ook over het voldoende informeren van burgers en consumenten om duurzame en gezonde keuzes te maken. Dit nieuwe kader voor de groente- en fruitsector maakt daar wat mij betreft een belangrijk deel van uit.’