|
25 jaar na dioxinecrisis: afhandeling schadevergoeding onbepaald uitgesteld
Rond de schadevergoeding die vetsmelters Verkest en Jacques en Jacqueline Thill van Fogra moeten betalen voor de dioxinecrisis, woedt bijna 25 jaar na de feiten nog altijd een schier eindeloze juridische strijd. Dat bleek dinsdag voor de Gentse correctionele rechtbank. Omdat er nog op een nieuwe uitspraak van het Hof van Cassatie gewacht wordt, werd de zaak nu zelfs onbepaald uitgesteld. "Tegen dat die zaak ooit afgehandeld wordt, zal ik misschien ook al dood zijn", stelde de rechtbankvoorzitter, die verwees naar het overlijden van onder meer Jan Verkest.
|
De dioxinecrisis barstte in 1999 los, nadat dioxines in de voedselketen terecht waren gekomen. Uit onderzoek bleek dat de besmetting zijn oorsprong vond bij het bedrijf Verkest in Deinze en bij het Waalse Fogra. Het bedrijf Fogra leverde met giftige pcb's besmette vetstoffen aan Verkest, die het aan de veevoederbedrijven verdeelde. De Verkests leverden zogezegd gesmolten dierlijk vet aan meng- en veevoederfabrikanten, terwijl het om een mengsel van dierlijk en technisch vet ging.
Jan en Lucien Verkest werden later schuldig bevonden aan valsheid in geschrifte, gebruik van valse stukken en bedrog in koopwaar. Het hof van beroep in Gent veroordeelde Jan en Lucien Verkest in 2010 tot twee jaar celstraf, waarvan de helft met uitstel. In eerste aanleg hadden vader en zoon Verkest een lichtere straf gekregen, namelijk twee jaar cel volledig met uitstel. Jacques en Jacqueline Thill van Fogra, in eerste aanleg veroordeeld tot elk een jaar cel met uitstel, krijgen in beroep alleen een geldboete opgelegd.
Op burgerlijk gebied deed de Gentse correctionele rechtbank in 2013 voor het eerst uitspraak. De rechtbank had vetsmelter Verkest veroordeeld tot het betalen van meer dan een miljoen euro aan schadevergoedingen voor benadeelden van de dioxinecrisis. Over de schadevergoeding van de andere partijen werd toen nog geen uitspraak gedaan. FAVV kreeg in 2018 in totaal 24 miljoen euro toegekend, maar de zaak bleef aanslepen omdat de rechtbank in bepaalde gevallen een deskundige aanstelde om de schade verder te onderzoeken.
Over die aanstelling en vervanging van de deskundige werden de voorbije jaren verschillende juridische procedures gevoerd, tot voor het Hof van Cassatie. De partijen wachten nu op een nieuw cassatiearrest, dat binnen een half jaar verwacht wordt. De rechtbank besliste dinsdag om de zaak onbepaald uit te stellen, na een aantal kortere uitstellen waarbij er telkens geen schot in de zaak kwam. De rechtbank stelde eerder ook het overlijden vast van Jan Verkest, die in 2019 stierf. "De feiten dateren van 1999 en ik heb de zaak van in het begin gehad. Tegen dat ze ooit afgehandeld wordt, zal ik misschien ook al dood zijn", sprak de voorzitter moedeloos. Als het Hof van Cassatie een arrest velt, kan de zaak opnieuw op de rol van de correctionele rechtbank gebracht worden.
|
|