Na een relatief vochtige tweede helft van de zomer waren de aardappelopbrengsten over het algemeen goed. Een gemiddelde opbrengst van 45,8 ton/ha werd bereikt in de EU-4. Dit vertegenwoordigt een stijging van 6,3% ten opzichte van vorig jaar. Gezien de toename van het areaal wordt de totale productie van de EU-4 geschat op 23,6 miljoen ton (22,9 miljoen ton in 2021, een enigszins vergelijkbaar jaar). Op dit moment lijkt ongeveer 22,2 miljoen ton te zijn gerooid Er blijft dus ongeveer 1,4 miljoen ton op het veld liggen. Het NEPG doet geen uitspraak over de hoeveelheid die nog zal worden geoogst, maar een deel van de oogst is definitief verloren.
Overvloedige regenval
De slechte weersomstandigheden in oktober hebben de oogstactiviteiten na slechts drie weken onderbroken. Halverwege november werd tot 250 mm regen geregistreerd in verschillende regio's, wat resulteerde in overstromingen of doorweekte grond. Noord-Frankrijk, West-België en de kustgebieden van Nederland werden het zwaarst getroffen. Het grootste deel van de resterende oppervlakte om te oogsten bevindt zich in Nederland (15%) en België (11%). De hieruit voortvloeiende kosten (oogst, wassen, drogen en opslaan) zijn aanzienlijk hoger dan normaal.
2023 herinnert ons eraan dat de aardappelproductie steeds moeilijker, riskanter, kostbaarder en stressvoller wordt. De weersomstandigheden aan het eind van de lente en het begin van de zomer (dat wil zeggen droog en warm) waren typerend voor "klimaatverandering". De overvloedige regenval aan het einde van de zomer en de herfst heeft opnieuw laten zien wat voor weeromstandigheden zich ontwikkelen. Contracten voor het komende seizoen moeten rekening houden met deze risico's.
Grote zorgen
Telers maken zich zorgen over hun niet-geoogste oppervlakten. Inderdaad, sommige aardappelen zijn niet meer te rooien. Aardappelen die achterblijven in anaerobe omstandigheden kunnen gaan rotten. Diegene die worden geoogst, kunnen mogelijk kwaliteitsproblemen hebben en worden misschien uiteindelijk niet opgeslagen. Sommige contracten zullen niet worden nagekomen.
Stijgende prijzen
De moeilijke oogstomstandigheden beïnvloeden uiteraard de vrije markt. Na een korte periode van overaanbod bevinden we ons nu in een situatie van verminderde beschikbaarheid. Binnen enkele weken zijn de vrije prijzen gestegen van €8 naar €20/q. De vraag naar gezonde en droge aardappelen is hoog, zowel voor de industrie als voor de export. De komende weken zullen laten zien hoeveel aardappelen nog kunnen worden geoogst. Er kan tijdelijk een aanbod van natte partijen zijn. Maar er is geen reden om te verwachten dat de prijzen op lange termijn zullen dalen. Vroegtijdige levering van contracten kan zelfs leiden tot tekorten op lange termijn (voorjaar 2024).
Ook bezorgdheid over de beschikbaarheid van pootgoed
In de pootgoedproductie is er minder areaal (94.100 ha, -6,6% ten opzichte van 2022), minder knollen en knollen groter dan normaal in de Benelux, Frankrijk, Duitsland, Denemarken en Schotland. Hogere klasseverlagingen van pootgoed zullen leiden tot een ongeveer 20% lagere beschikbaarheid van pootgoed voor 2024. Producenten van pootaardappelen zouden als eersten moeten profiteren van de aangekondigde prijsstijgingen voor het pootgoed.
Sofie Scherpereel - Landbouwdeskundige