De voorzitter
– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.
De heer Dochy heeft het woord.
Bart Dochy (cd&v)
Minister, ik stond al een aantal weken te popelen om u deze vraag te kunnen stellen. Het is eindelijk gelukt. U weet, minister, dat elk stikstofakkoord altijd als uitgangspunt heeft meegenomen dat een individuele landbouwer niet het slachtoffer mag zijn van een politieke discussie die nog niet afgerond is, en dat hij ook niet op onnodige kosten gejaagd moet worden om een vergunning verder te zetten wanneer er geen bijzondere aanpassingen aan die vergunning dienen te gebeuren, en wanneer het louter en alleen over de verlenging gaat. De decretale verlenging van de vergunningen, zoals dat hier in vaktermen heet, is dan ook voorzien tot eind 2023. Aanvankelijk was het tot eind 2022, maar via de aanpassing in uw instructie is dat verlengd tot eind 2023.
In het decreet dat vorig jaar net voor de zomer werd goedgekeurd, en dat de rechtsbasis geeft voor deze verlenging, stond dat één maand voorafgaand aan het vervallen van de vergunning deze vergunning opnieuw moet worden aangevraagd. Dat betekent dan één maand voor eind 2023, dus 1 december 2023. Daarom is het spijtig dat ik u deze vraag niet eerder heb kunnen stellen. Maar u weet in elk geval dat die vraag leeft.
De mensen moesten dus een maand vooraf hun vergunningsaanvraag indienen. Ze hebben dat allemaal gedaan. Ze kunnen ook niet het risico nemen om dat niet te doen, aangezien de termijn verstreken is, en er geen alternatief decreet is goedgekeurd. Dat betekent dus dat de mensen extra kosten hebben moeten doen om dossiers in te dienen voor een verlenging waarvoor er eigenlijk al een akkoord en een logica is dat het voortgezet zou worden en automatisch decretaal verlengd zou worden. Dat is één element: de kosten.
Een tweede element is de zekerheid. De mensen die een dossier hebben ingediend op basis van de decretale verlenging die in het verleden gebeurd is, of mensen van wie de vergunning vanaf begin 2024 vervalt, zitten in absolute rechtsonzekerheid. Het PAS-decreet (Programmatische Aanpak Stikstof) is er nog niet. Het komt misschien straks, maar vandaag is het er niet. Het komt er eigenlijk op neer dat die mensen straks een zeer barre eindejaarsperiode zullen doormaken. Kerst en Nieuwjaar zullen gepaard gaan met stress omtrent de toekomst van hun vergunning.
Daarom heb ik een paar vragen voor u, minister.
Hoe kunt u rechtszekerheid geven aan de landbouwers wier vergunning vervalt ten gevolge van het aflopen van de eerste decretale verlenging?
Welke rechtszekerheid kan geboden worden aan landbouwers van wie de vergunning straks, op 1 januari, ook zal vervallen, eveneens ten gevolge van het ontbreken van de decretale verlenging van de vergunning?
De voorzitter
Minister Demir heeft het woord.
Minister Zuhal Demir
Dank u wel, collega. In de vastgestelde PAS is inderdaad opgenomen dat samen met het Stikstofdecreet ook over een decreet voor de verlenging van de vergunningstermijn tot eind 2024 zal worden gestemd. Voor beide, zowel het Stikstofdecreet als het verlengingsdecreet, ligt het initiatief bij het Vlaams Parlement. Ik heb ook begrepen dat het voorstel voor de tweede decretale verlenging ingediend is, in het parlement. Ik heb mijn administraties op de hoogte gebracht van dit initiatief. Ik denk dat het belangrijk is omdat, zoals u zegt, de individuele landbouwers natuurlijk niet het slachtoffer mogen zijn van het feit dat dit er nog niet door is. De administratie weet heel goed dat de parlementsleden ermee bezig zijn en dat het ingediend is. Het zal hopelijk binnenkort ook samen met Stikstofdecreet goedgekeurd worden.
Ik heb dus aan al mijn diensten goed laten weten dat dit verlengd wordt tot eind 2024, zodat de landbouworganisaties wier vergunning verloopt ook de tijd hebben om goed na te denken wat ze gaan doen. Gaan ze een nieuw dossier indien na 2024, hoe zien ze dat, gaan ze vernieuwingen doen, hoe zien ze hun model? Zij moeten daar de nodige tijd voor hebben. Ze moeten ook de bepalingen die in de decreten staan, goed onder de knie hebben. Ze zullen die termijn dus zeker nodig hebben om een goed dossier voor te bereiden. Daarom vind ik het belangrijk en cruciaal dat ik mijn diensten op de hoogte heb gebracht van het initiatief in het parlement, zodat ze daar ook maximaal rekening mee houden.
De voorzitter
De heer Dochy heeft het woord.
Bart Dochy (cd&v)
Dank u wel om dat aan de dienst kenbaar te maken, maar u weet ook dat de rechtsgeldigheid net iets minder sterk is dan wanneer het voorstel van decreet als zodanig zou worden goedgekeurd. Mijn vraag is dan ook, minister, of u dat in de vorm van een instructie zou kunnen doen, zodoende dat dat ook publiek is?
Voor zover ik weet, heb ik nergens kunnen lezen of de administratie in kennis is gesteld van de praktijk van dit decretaal initiatief. De onzekerheid in het veld is vandaag dus bijzonder groot, omdat de mensen niet weten in welke mate dit toch tot een verlenging zou leiden.
Als u dat hier nu publiekelijk zegt, heeft dat toch wel een zekere waarde, maar het zou ook goed zijn om dat ook op de website van het Departement Omgeving te publiceren, in de vorm van een instructie – misschien zijn er nog creatievere vormen dan een instructie – om toch wel bekend te maken dat dit wel zo bedoeld is, en dat dit zo is aanbevolen in afwachting van die decretale goedkeuring.
Wat mij betreft, en wat nog collega’s hier in de zaal betreft, hoeft de stemming over die decretale verlenging niet uitgesteld te worden, want die is, denk ik, klaar. Die ligt in het parlement. Het is bijna persklaar, maar misschien toch nog niet persklaar, neem ik aan, gegeven het dossier. Ik denk dat er geen enkele reden zou kunnen zijn om dit niet zo snel mogelijk te goed te keuren in het parlement.
De voorzitter
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Mieke Schauvliege (Groen)
Collega’s, ik heb het even gecheckt. Ik zie inderdaad dat dat voorstel van decreet op 22 november werd ingediend. Het werd ook aangekondigd in de plenaire vergadering dat erover zou worden gestemd.
Ik hoor collega Dochy hier van alles vertellen over wat er in dat voorstel van decreet staat, maar ik wil u erop wijzen dat we daar nog altijd geen kennis van hebben genomen. Die teksten zijn niet beschikbaar.
Ik hoop dat jullie het fatsoen hebben om het voorstel van decreet tijdig in te dienen, om de teksten tijdig beschikbaar te maken, zodat die grondig kunnen worden doorgenomen, en dat dat niet met spoed door ieders strot worden geramd in een plenaire vergadering, want ik denk dat onze landbouwers beter verdienen, dan op die manier behandeld te worden.
De voorzitter
Minister Demir heeft het woord.
Minister Zuhal Demir
Collega, ik ga bekijken of we het initiatief van het parlement inderdaad op de website van de administratie kunnen zetten. Dan denk ik dat het cruciaal is dat beide dossiers zo snel mogelijk naar het parlement kunnen komen en dat eenieder zich daarover kan uitspreken. Dan denk ik dat er duidelijkheid is over beide dossiers. Maar ik neem het verder op met mijn administratie om dat online te zetten.
De voorzitter
De heer Dochy heeft het woord.
Bart Dochy (cd&v)
Ik betreur natuurlijk wel dat dit zo lang op zich laat wachten, temeer omdat dit extra kosten teweeg heeft gebracht bij een paar honderd bedrijven. Als het voorstel van decreet wordt goedgekeurd, hebben die onnodige kosten gedaan. Dat is natuurlijk ook niet leuk, zelfs niet voor de studiebureaus die het werk hebben verricht. Die zeggen ook dat ze iets indienen, en dat ze ook niet weten waar ze aan toe zijn. Ze moeten een factuur sturen omdat ze het werk hebben gedaan, maar ze voelen zich daar ook niet goed bij.
Het is, denk ik, heel belangrijk, minister, om het signaal te geven naar die mensen dat er dus geen problemen zijn, zodoende dat ze op een vredige manier kunnen genieten van de eindejaarsperiode, want ik zeg nogmaals dat dit toch wel heel wat stress oproept bij veel mensen.
De voorzitter
De vraag om uitleg is afgehandeld.