|
31 jan 2024 |
09:39 |
|
De kritische depositiewaarde van de boer is - in gans Europa - nu wel overschreden
U mag het van ons aannemen: het gaat al jaren niet goed in onze landbouwsector. Dat zien we aan de cijfers binnen Boeren op een Kruispunt.
|
Vorig jaar stuurden we reeds 2 persberichten uit, waarin we duidelijk stelden dat alle lichten op rood staan.
Reeds maanden geleden vroegen we ons af wanneer beleidsmakers rekening zullen houden met de impact op de mens en het gezin achter een landbouwbedrijf? Wat is de kritische depositiewaarde om zich als boer staande te kunnen houden?
Men heeft niet geluisterd, minstens onvoldoende geluisterd. Of luisteren en niet horen. En dat is nu net wat onze land- en tuinbouwers willen, gehoord worden.
Ze voelen geen respect vanuit het beleid: alles wordt boven hun hoofd beslist.
Ze voelen evenmin respect vanuit de maatschappij. Die verkiest goedkope boontjes uit Kenia boven de kwaliteitsvolle, veilige, duurzame boontjes uit Vlaanderen.
Boeren voelen zich geviseerd, overgecontroleerd en zondebok voor alles. Het is de ene mokerslag na de andere op de hoofden van onze land- en tuinbouwers. Het is op een bepaald ogenblik de slag te veel.
Dan kunnen we alleen maar hopen dat ze gepaste hulp zoeken, bij familie, vrienden of professioneel, zoals bij Boeren op een Kruispunt. Het aantal sessies bij onze psychosociale experten ging op een paar jaar tijd door het dak. In 2023 evenveel sessies als in 2022. We trokken een psychosociaal adviseur in ons team aan, om alles te kunnen opvangen. Want de noden zijn groot, zeer groot.
Suïcidepreventie vormt al een opmerkelijk deel van onze hulpverlening. Hoeveel keer nog moet een adviseur van Boeren op een Kruispunt na een hulpkreet nog snel in de auto springen om een crisissituatie te proberen ontmijnen, om boeren van donkere gedachten af te wenden?
Met Boeren op een Kruispunt begrijpen we ten zeerste de boosheid van onze land- en tuinbouwers, die met passie hun beroep willen beoefenen, maar die nu zelfs hun kinderen ontraden om landbouwer te worden. Hoe is het zover kunnen komen? Hoe konden we als maatschappij onze voedselzekerheid zo verwaarlozen?
Landbouwers zouden niet het beleid moeten betalen, noch financieel, noch mentaal. Ze zouden zich gesterkt en ondersteund moeten kunnen voelen door beleid en maatschappij. Tot die tijd blijft onze organisatie broodnodig.
Onze boerenzakdoek hangt alvast uit, hopelijk straks niet halfstok.
|
|
|
|