Tot nu toe hadden landbouwers voor 2024 twee opties om te voldoen aan de verplichting om niet-productief areaal of elementen (NPE) aan te houden:
- minstens 4% van het bouwland als NPE aanhouden of
- minstens 3% van het bouwland als NPE aanhouden, aangevuld tot 7% met vanggewassen (met wegingsfactor 0,3).
Een nieuwe derde optie houdt in dat landbouwers ook kunnen voldoen aan deze verplichting door het areaal overeenkomstig met 4% van hun bouwland volledig in te vullen met vanggewassen (met wegingsfactor 1) of door 4% niet-productief areaal aan te houden, of een combinatie van beiden. Het volstaat om aan één van de drie geboden opties te voldoen.
Concreet houdt de extra optie in dat de landbouwer al kan voldoen wanneer hij op 4% van het bouwland een vanggewas inzaait waarbij 1 ha vanggewas in deze optie ook meetelt als 1 ha, gezien de wegingsfactor voor deze optie verhoogd is naar 1. De landbouwer mag ook de 4% invullen door een combinatie te maken van vanggewassen met (bestaande) NPE (1m teeltvrije strook, houtkanten, heggen, akkerranden en bufferstroken, braak, …) . Deze optie vormt dus een aanzienlijke versoepeling.
Bij het openstellen van de verzamelaanvraag zal u de pagina ‘niet-productieve elementen en arealen’ kunnen raadplegen zodat u kunt zien aan welke van de drie opties u voldoet of hoeveel extra vanggewas of NPE u nog moet aanleggen.
Meer informatie over de invulling van deze norm kan u vinden in de infofiche over biodiversiteit op landbouwbedrijven (GLMC 8).