Het Europese landbouwbeleid dat sinds vorig jaar van kracht is, bevat negen milieuvoorwaarden (zogenaamde GLMC's) die de landbouwers moeten respecteren om subsidies te ontvangen. In het eerste jaar van implementatie is volgens de Commissie echter gebleken dat landbouwers moeite ondervonden om alle voorwaarden volledig in te lossen en de administratieve lasten te dragen.
Daarom wil de Commissie onder meer de braaklegging van 4 procent van het akkerland (GLMC 8) schrappen. Die regel is momenteel reeds opgeschort, maar de Commissie stelt voor om de verplichting te schrappen. Er is wel een financiële prikkel voor landbouwers die toch op vrijwillige basis beslissen om een deel van hun akkerland braak te laten liggen of bijvoorbeeld hagen of bomen aan te planten.
De Commissie stelt ook voor om flexibeler om te springen met de gewasrotatie op landbouwland (GLMC 7). Landbouwers zouden kunnen opteren voor een "diversificatie" van gewassen, eerder dan verplicht te worden om op een derde van het akkerland een ander gewas te telen dan het voorgaande jaar. Daarnaast wil de Commissie ook soepeler omspringen met de vereisten inzake minimale bodembedekking (GLMC 6).
Om de lasten verder te verlichten, pleit de Commissie ervoor om landbouwbedrijven van minder dan 10 hectare vrij te stellen van controles en boetes in het kader van deze basisvoorwaarden van het Europese landbouwbeleid. Deze kleinere bedrijven vertegenwoordigen 65 procent van de begunstigden, maar bestrijken slechts 9,6 procent van het areaal dat steun ontvangt.
"We sturen de duidelijke boodschap dat landbouwbeleid zich aanpast aan een veranderende realiteit, en tegelijkertijd gefocust blijft op de prioriteit van milieubescherming en aanpassing aan klimaatverandering", reageert voorzitter Ursula von der Leyen. De Commissie roept de lidstaten en het Europees Parlement op om snel overeenstemming te vinden over de voorstellen, zodat sommige maatregelen dit jaar reeds van toepassing kunnen worden.
De Commissie stuurde de lidstaten en het Europees Parlement daarnaast ook een nota met suggesties die de positie van de landbouwers in de voedselketen kunnen versterken. De ministers van Landbouw zullen de nota tijdens hun volgende bijeenkomst op 26 maart bespreken.