Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 02 mei 2024 18:23 

Wijziging van diverse decreten over het landbouw- en visserijbeleid


Bestanden beschikbaar voor download:
Decreet (3830.7 Kb)

Het VLAAMS PARLEMENT heeft aangenomen en Wij, REGERING, bekrachtigen hetgeen volgt:
Decreet houdende wijziging van diverse decreten over het landbouw- en visserijbeleid
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepaling
Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschaps- en gewestaangelegenheid.
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van de wet van 23 september 1931 op de aanwerving van het personeel der zeevisscherij
Art. 2. In artikel 3, § 4, van de wet van 23 september 1931 op de aanwerving van het personeel der zeevisscherij, worden de woorden "Minister tot wiens bevoegdheid de landbouw behoort" vervangen door de zinsnede, "Vlaamse minister, bevoegd voor de zeevisserij".
HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het privaatrechtelijk
vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap "Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing"
Art. 3. In het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap "Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing", gewijzigd bij het decreet van 7 december 2018, wordt een artikel 11/1 ingevoegd dat luidt als volgt:
"Art. 11/1. VLAM kan ter uitvoering van de taken, vermeld in artikel 5, subsidies verlenen.
VLAM brengt de functioneel bevoegde minister op de hoogte van de subsidies, premies en andere financiële tegemoetkomingen die verleend worden conform het eerste lid.".
HOOFDSTUK 4. - Wijziging van het decreet van 19 mei 2006
betreffende de inrichting en de werking van het Fonds voor Landbouw en Visserij
Art. 4. In artikel 2, 7°, van het decreet van 19 mei 2006 betreffende de oprichting en de werking van het Fonds voor Landbouw en Visserij worden de woorden "het Landbouwbeleid en de Zeevisserij" vervangen door de woorden "de landbouw".
HOOFDSTUK 5. - Wijzigingen van het decreet van 6 juli 2007
houdende de oprichting van de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij
Art. 5. In artikel 3 van het decreet van 6 juli 2007 houdende de oprichting van de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij, vervangen bij het decreet van 3 juli 2015 en gewijzigd bij het decreet van 7 december 2018 worden in het eerste lid de woorden "Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie".
Art. 6. In hoofdstuk V van hetzelfde decreet wordt een artikel 7/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 7/1. In dit hoofdstuk wordt verstaan onder agentschap: het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023.".
Art. 7. In artikel 10 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid wordt de zinsnede "departement Landbouw en Visserij, hierna het departement te noemen," vervangen door het woord "agentschap";
2° in het tweede lid wordt het woord "departement" vervangen door het woord "agentschap".
Art. 8. In hoofdstuk V van hetzelfde decreet wordt een artikel 11/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 11/1. De door het agentschap beheerde cijferwebsite beschrijft de toestand van de landbouw- en visserijsector op basis van de meest recente cijfers en bestaande en nieuwe relevante indicatoren.".
HOOFDSTUK 6. - Wijzigingen van het decreet van 3 april 2009 houdende de organisatie van co-existentie
van genetisch gemodificeerde gewassen met conventionele gewassen en biologische gewassen
Art. 9. In artikel 3, 8°, van het decreet van 3 april 2009 houdende de organisatie van co-existentie van genetisch gemodificeerde gewassen met conventionele gewassen en biologische gewassen wordt de zinsnede "Fonds voor Landbouw en Visserij, dat tot stand is gebracht bij het decreet van 19 mei 2006 betreffende de oprichting en de werking van het Fonds voor Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "Fonds toezicht en handhaving Landbouwdecreet, vermeld in artikel 14 van het decreet van 6 juli 2018 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2018".
Art. 10. In artikel 9 van het hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 1 maart 2013, 18 december 2015 en 27 oktober 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 2, tweede lid, 1°, worden de woorden "Departement Landbouw en Visserij van het Vlaams Ministerie van Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023";
2° in paragraaf 2, tweede lid, 3°, worden de woorden "Departement Landbouw en Visserij van het Vlaams Ministerie van Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023";
3° in paragraaf 2, tweede lid, 4°, wordt de zinsnede "beleidsdomein Economie, Wetenschap en Innovatie" vervangen door de zinsnede "beleidsdomein Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023,".
HOOFDSTUK 7. - Wijzigingen van het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw- en visserijbeleid
Art. 11. In artikel 2 van het decreet van 28 juni 2013 betreffende het landbouw-en visserijbeleid, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° er wordt een punt 3° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"3° /1 Fonds toezicht en handhaving Landbouwdecreet: het Fonds toezicht en handhaving Landbouwdecreet, opgericht bij het decreet van 6 juli 2018 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2018;";
2° punt 6° wordt opgeheven.
Art. 12. Aan artikel 3 van hetzelfde decreet wordt een paragraaf 3 toegevoegd, die luidt als volgt:
" § 3. Dit decreet is van toepassing op personen die de activiteiten, vermeld in paragraaf 1, verrichten.
Als bacterievuur is vastgesteld, is dit decreet ook van toepassing op personen die niet de activiteiten, vermeld in paragraaf 1, verrichten, als ze handelingen stellen of nalaten handelingen te stellen die een invloed hebben op de kwaliteit van de activiteiten, vermeld in paragraaf 1, of die mogelijk een economische weerslag hebben op de activiteiten, vermeld in paragraaf 1.".
Art. 13. In artikel 4 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 30 juni 2017 en 26 april 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° aan punt 1° wordt een punt k) toegevoegd, dat luidt als volgt:
"k) vrijwillige regelingen instellen voor het klimaat, het milieu en het dierenwelzijn, waarvoor steun verstrekt wordt;";
2° in punt 5° worden de woorden "of het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid en het bedrag ervan bepalen" vervangen door de zinsnede ", het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, het Europese beleid betreffende de handel in plantaardig teeltmateriaal of het Europese plantengezondheidsbeleid, die de kwaliteit van het plantaardige teeltmateriaal vastleggen, en het bedrag ervan bepalen";
3° in punt 5° /1 worden de woorden "of het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid" vervangen door de zinsnede ", het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, het Europese beleid betreffende de handel in plantaardig teeltmateriaal of het Europese plantengezondheidsbeleid, die de kwaliteit van het plantaardige teeltmateriaal vastleggen";
4° er worden een punt 9° en een punt 10° toegevoegd, die luiden als volgt:
"9° alle maatregelen nemen voor de invoering en uitvoering van het Europese beleid betreffende de handel in plantaardig teeltmateriaal of het Europese plantengezondheidsbeleid, die de kwaliteit van het plantaardig teeltmateriaal vastleggen en die:
a) de registraties en erkenningen van de professionele marktdeelnemers regelen;
b) de traceerbaarheid garanderen van planten, plantaardige producten en andere materialen;
c) certificeringseisen opleggen voor plantaardig teeltmateriaal en andere voor opplant bestemde planten die in de Europese Unie in verkeer worden gebracht, die de Europese Unie binnenkomen en die uitgevoerd worden uit het grondgebied van de Europese Unie;
d) de certificering regelen van voor plantaardig teeltmateriaal en andere voor opplant bestemde planten die in de Europese Unie in verkeer worden gebracht, die de Europese Unie binnenkomen en die uitgevoerd worden uit het grondgebied van de Europese Unie;
10° lokale overheden machtigen om maatregelen te nemen tegen bacterievuur en ze machtigen om die maatregelen te handhaven.".
Art. 14. In artikel 5, § 2, van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° tussen het woord "hun" en het woord "erkenning" worden de woorden "aanwijzing of" ingevoegd;
2° de woorden "door de minister" worden opgeheven.
Art. 15. In artikel 7 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 8 juni 2018, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "het beleidsdomein Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "het beleidsdomein Werk, Economie, Wetenschap, Innovatie, Landbouw en Sociale Economie, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023,";
2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "het beleidsdomein Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "binnen het beleidsdomein, vermeld in het eerste lid,";
3° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "het beleidsdomein Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "het beleidsdomein, vermeld in paragraaf 1, eerste lid,";
4° in paragraaf 2, tweede lid, worden de woorden "het beleidsdomein Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "het beleidsdomein, vermeld in paragraaf 1, eerste lid,";
5° in paragraaf 2, tweede lid, wordt punt 3° vervangen door wat volgt:
"3° gegevens uit de plantaardige sector in het kader van:
a) de handel in plantaardig teeltmateriaal;
b) het toezicht op de handels- en kwaliteits- en plantengezondheidsvoorschriften van professionele marktdeelnemers, producenten en leveranciers;
c) de plantengezondheid van teeltmateriaal;";
6° in paragraaf 2, tweede lid, 4°, worden tussen het woord "productie" en het woord "aan" de woorden "en in de sectoren van plantaardig teeltmateriaal" ingevoegd;
7° in paragraaf 2, derde lid, worden de woorden "het beleidsdomein Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "het beleidsdomein, vermeld in paragraaf 1, eerste lid,";
8° in paragraaf 2, vierde lid, worden de woorden "het beleidsdomein Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "het beleidsdomein, vermeld in paragraaf 1, eerste lid,";
9° in paragraaf 2 wordt tussen het derde en het vierde lid een lid ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Na instemming van de bevoegde overheid kunnen de entiteiten van het beleidsdomein, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, gegevens over de kwaliteit en de gezondheid van plantaardig teeltmateriaal opvragen bij de bevoegde overheid van een ander gewest of een andere lidstaat van de Europese Unie.";
10° in paragraaf 3, eerste lid, worden de woorden "het beleidsdomein Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "het beleidsdomein, vermeld in paragraaf 1, eerste lid,";
11° er wordt een paragraaf 5 toegevoegd, die luidt als volgt:
" § 5. Voor de toepassing en uitvoering van dit decreet en meer bepaald ten aanzien van de activiteiten, vermeld in artikel 3 en hoofdstuk 3 van dit decreet, kunnen persoonsgegevens worden verwerkt als vermeld in artikel 4, 2) van verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming). Die persoonsgegevens worden verwerkt om te voldoen aan de wettelijke taken en verplichtingen die voortvloeien uit de toepassing van dit decreet, en om taken van algemeen belang te vervullen.
De verwerkte persoonsgegevens kunnen de volgende categorieën van gegevens betreffen:
1° identificatiegegevens;
2° gegevens over financiële bijzonderheden;
3° gegevens over leefgewoonten;
4° gegevens over consumptiegewoonten;
5° afbeeldingen en beeldopnamen;
6° gegevens over opleiding, vorming, beroep, beroepsbekwaamheid, loon, professionele ervaring, academische gegevens en betrekkingen;
7° gegevens over persoonlijke kenmerken;
8° gerechtelijke gegevens;
9° gegevens over de gezinssamenstelling;
10° gegevens over de controle door controleorganen en onderzoeken die uitgevoerd zijn door aangewezen en erkende laboratoria.
Voor de identificatie van natuurlijke personen worden de volgende gegevens verwerkt:
1° het rijksregisternummer, als de gegevens betrekking hebben op een natuurlijke persoon die in het Rijksregister is opgenomen;
2° het identificatienummer van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, als de gegevens betrekking hebben op een natuurlijke persoon die niet in het Rijksregister is opgenomen.
Andere identificatienummers dan de identificatienummers, vermeld in het derde lid, worden gebruikt als bepaalde gegevens die betrekking hebben op een natuurlijke persoon, op een andere manier aan een unieke identificator worden gelinkt.
De gegevens van de volgende categorieën van personen worden verwerkt: 1° de actoren die activiteiten verrichten of laten verrichten als vermeld in artikel 3;
2° de wettelijk verantwoordelijken, aangestelden of vertegenwoordigers van de actoren, vermeld in punt 1°.
De Vlaamse Regering bepaalt de verdere verwerkingen met aanduiding van de categorieën van verwerkte gegevens en kan de categorieën vermeld in het tweede lid verder invullen, met aanduiding van de categorieën van personen waarop de verwerking betrekking heeft, de wettelijk uit te voeren verplichtingen die de verwerking rechtvaardigen en waaruit de doelstelling van de beoogde verwerking blijkt of een andere grondslag zoals bedoeld in artikel 6 van verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming). De Vlaamse Regering wijst daarbij ook de verwerkingsverantwoordelijke aan, vermeld in artikel 4, 7), van de voormelde verordening.
Alle persoonsgegevens die worden verwerkt in uitvoering van dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan, zullen door het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023, worden verwerkt in overeenstemming met de bepalingen van verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming). De persoonsgegevens zullen uitsluitend voor de vastgestelde doeleinden worden verwerkt.
De persoonsgegevens die overeenkomstig dit decreet worden verwerkt, worden niet langer bewaard dan nodig is voor de doeleinden waarvoor ze worden verwerkt. De bewaartermijn van de persoonsgegevens wordt bepaald conform artikel III. 87 van het Bestuursdecreet van 7 december 2018.".
Art. 16. In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 8 juli 2022, wordt een artikel 7/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 7/1. § 1. Als in een identificatie-, registratie- of erkenningsplicht en een aanwijzing door de Vlaamse Regering wordt voorzien voor de actoren die activiteiten verrichten of laten verrichten als vermeld in artikel 3, of hun wettelijke verantwoordelijken, aangestelden of vertegenwoordigers, gebeurt dat op basis van:
1° het rijksregisternummer, als de gegevens betrekking hebben op een natuurlijke persoon die in het Rijksregister is opgenomen;
2° het identificatienummer van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, als de gegevens betrekking hebben op een natuurlijke persoon die niet in het Rijksregister is opgenomen;
3° de identificatie, zoals opgenomen in de Kruispuntbank van Ondernemingen van de FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie wat de inschrijvingsplichtige subjecten betreft;
4° de identificatie conform een buitenlandse gegevensbron waarin basisgegevens van ondernemingen en hun vestigingseenheden verzameld zijn.
Voor de verplichtingen, vermeld in het eerste lid, worden identificatiegegevens en contactgegevens verwerkt. Die gegevens worden verzameld via de authentieke gegevensbronnen, vermeld in het eerste lid, of via opvraging bij de personen, vermeld in het eerste lid. De verwerking vindt ook plaats in het kader van verdere controleverplichtingen en andere handelingen die noodzakelijk zijn om dit decreet uit te voeren, zoals de communicatie met de personen, vermeld in het eerste lid.
§ 2. De Vlaamse Regering kan het gebruik van andere gegevensbronnen dan de gegevensbronnen, vermeld in paragraaf 1, toelaten of het gebruik van een of meer van die andere gegevensbronnen opleggen met uitsluiting van andere gegevensbronnen.".
Art. 17. In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 8 juli 2022, wordt een artikel 7/2 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 7/2. De uitwisseling van berichten in uitvoering van dit decreet, de uitvoeringsbesluiten ervan, het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, en de andere Europese en internationale akten die vorm geven aan het landbouw- en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen gebeurt op niet-analoge wijze. Tenzij anders bepaald door de Vlaamse Regering kiest de entiteit die door de Vlaamse Regering voor een bepaalde materie als bevoegde entiteit werd aangewezen, de te volgen elektronische procedure en maakt deze bekend. De bevoegde entiteit kan daarbij beperkingen en technische eisen opleggen.
De Vlaamse Regering kan bepalen wanneer analoge uitwisseling mogelijk blijft.
Voor natuurlijke personen, niet in hun hoedanigheid van ondernemer, geldt dat zij vooraf uitdrukkelijk moeten instemmen met de elektronische uitwisseling en ze de instemming op elk moment moeten kunnen intrekken.
Het tijdstip van verzending en ontvangst van berichten die op elektronische wijze worden uitgewisseld, wordt bepaald door artikel II. 23 van het Bestuursdecreet van 7 december 2018. Tenzij anders bepaald door de Vlaamse Regering geldt voor verzendingen uitgaande van de aangewezen bevoegde entiteit zoals vermeld in het eerste lid, de dag na de dag van verzending als aanvangspunt van de termijnen die worden opgelegd in het kader van procedures in uitvoering van dit decreet, de uitvoeringsbesluiten ervan, het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, en de andere Europese en internationale akten die vorm geven aan het landbouw -en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen. Als voor bepaalde berichten bepaald is dat ze voor een bepaalde datum meegedeeld of ingediend moeten worden bij de bevoegde entiteit, moeten de berichten op de uiterlijke indieningsdatum ontvangen zijn door de bevoegde entiteit.".
Art. 18. In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 8 juli 2022, wordt een artikel 8/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 8/1. De Vlaamse Regering kan de officiële vertegenwoordiging van de landbouw op lokaal niveau organiseren.".
Art. 19. In artikel 9, eerste lid, van hetzelfde decreet, wordt een punt 6° ingevoegd, dat luidt als volgt:
"6° maatregelen voor de afbouw, stopzetting of heroriëntering van de activiteiten, vermeld in artikel 3, § 1.".
Art. 20. In artikel 10 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, wordt punt 1° vervangen door wat volgt:
"1° het bevorderen van de toepassing van landbouwactiviteiten en primaire verwerking die een positieve bijdrage leveren aan de milieubescherming, de matiging van en de aanpassing aan klimaatveranderingen, duurzame energie, het versterken van ecosystemen, de naleving van de hygiënische normen, de diergezondheid, het dierenwelzijn, de kwaliteitsverbetering, de instandhouding van habitats en soorten en landschappen en de landschapsverbetering;";
2° aan paragraaf 1, eerste lid, worden een punt 7° tot en met punt 10° toegevoegd, die luiden als volgt:
"7° steun bieden met het oog op een leefbaar landbouwinkomen en veerkracht om de voedselzekerheid te garanderen;
8° vergroten van de marktgerichtheid en van het concurrentievermogen;
9° verbeteren van de positie van de landbouwers in de waardeketen;
10° beter inspelen op de maatschappelijke verwachtingen over voedsel en gezondheid.";
3° paragraaf 2 wordt opgeheven.
Art. 21. In artikel 11, tweede lid, van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in punt 2° wordt het woord "centra" vervangen door het woord "begunstigden";
2° er wordt een punt 2° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"2° /1 dat de begunstigden erkend of geregistreerd moeten worden om voor subsidiëring in aanmerking te komen en aan welke voorwaarden ze in voorkomend geval moeten voldoen;".
Art. 22. In hetzelfde decreet wordt artikel 20, gewijzigd bij de decreten van 30 juni 2017 en 26 april 2019, opgeheven.
Art. 23. In artikel 21 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het tweede lid, 2°, wordt het woord "centra" vervangen door het woord "begunstigden";
2° in het tweede lid wordt een punt 2° /1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"2° /1 dat de begunstigden erkend of geregistreerd moeten worden om voor subsidiëring in aanmerking te komen en aan welke voorwaarden ze in voorkomend geval moeten voldoen;";
3° in het derde lid wordt het woord "centrum" vervangen door het woord "begunstigde".
Art. 24. In artikel 44 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° het eerste lid wordt vervangen door wat volgt:
"Onverminderd de bevoegdheden van de officieren van de gerechtelijke politie en met behoud van de toepassing van afdeling 2, houden de personeelsleden van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023, toezicht op dit decreet, de uitvoeringsbesluiten ervan, het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid en de andere Europese en internationale akten die vorm geven aan het landbouw- en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen.";
2° in het derde lid worden de woorden "het beleidsdomein Landbouw en Visserij" vervangen door de zinsnede "het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023,".
Art. 25. In artikel 45, derde lid, van hetzelfde decreet, worden de woorden "het beleidsdomein Landbouw en Visserij", vervangen door de zinsnede "het Agentschap Landbouw en Zeevisserij opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023,".
Art. 26. In artikel 49, § 1, eerste lid, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2017, worden tussen het woord "daarvoor" en het woord "erkend" de woorden "aangewezen of" ingevoegd.
Art. 27. In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 8 juli 2022, wordt een artikel 49/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 49/1. De toezichthouder heeft de volgende rechten:
1° de aard en de omvang van de goederen of van de verrichte activiteiten, met inbegrip van de productie-, verpakkings- en verzendingssystemen en methoden controleren en verifiëren;
2° de stand van uitvoering van de gefinancierde werkzaamheden en investeringen, en het gebruik en de bestemming van de uitgevoerde investeringen controleren en verifiëren;
3° de financiële en technische uitvoering van gesubsidieerde projecten controleren en verifiëren.
De toezichthouder is bevoegd verpakkingen te openen bij de uitoefening van de rechten, vermeld in het eerste lid.".
Art. 28. In artikel 53 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij de decreten van 30 juni 2017 en 26 april 2019, wordt het vierde lid vervangen door wat volgt:
"De uitbetaling van steun kan worden opgeschort tijdens het onderzoek naar de naleving van dit decreet, de uitvoeringsbesluiten ervan, het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, en de andere Europese akten die vorm geven aan het landbouw- en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen.".
Art. 29. In artikel 54, eerste lid, van hetzelfde decreet wordt de zinsnede "Europese landbouw- of zeevisserijbeleid," vervangen door de zinsnede "Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, en de andere Europese akten die vorm geven aan het landbouw- en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen,".
Art. 30. Artikel 55, eerste lid, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2017, wordt vervangen door wat volgt:
"Als een inbreuk op dit decreet, de uitvoeringsbesluiten ervan, het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, en de andere Europese akten die vorm geven aan het landbouw- en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen, wordt vastgesteld, kunnen het hoofd van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023, en de door het hoofd aangewezen personeelsleden een waarschuwing richten aan de overtreder en hem aanmanen een einde te maken aan de inbreuk.".
Art. 31. In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 8 juli 2022, wordt een artikel 55/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 55/1. § 1. Een inbreuk kan worden bestraft met een administratieve sanctie en exclusieve bestuurlijke geldboete conform de bepalingen van dit decreet. De administratieve sanctie en exclusieve bestuurlijke geldboete kan worden opgelegd aan diegene die de inbreuk heeft gepleegd, er opdracht toe heeft gegeven of er zijn medewerking aan heeft verleend.
§ 2. Een administratieve sanctie en exclusieve bestuurlijke geldboete kan worden opgelegd aan een rechtspersoon voor de volgende inbreuken:
1° inbreuken die intrinsiek verband houden met de verwezenlijking van zijn doel of de waarneming van zijn belangen;
2° inbreuken die, zoals blijkt uit de concrete omstandigheden, voor zijn rekening zijn gepleegd.
Het opleggen van een administratieve sanctie en exclusieve bestuurlijke geldboete aan rechtspersonen sluit niet uit dat een administratieve sanctie en exclusieve bestuurlijke geldboete worden opgelegd aan natuurlijke personen voor dezelfde feiten.
Met rechtspersonen als vermeld in het eerste en tweede lid, worden gelijkgesteld:
1° maatschappen;
2° rechtspersonen in oprichting.
§ 3. De rechtspersoon is burgerrechtelijk aansprakelijk voor de administratieve sancties en exclusieve bestuurlijke geldboetes die opgelegd worden aan de leden van haar organen en aan de personen voor wie ze aansprakelijk is conform artikel 1384 van het Burgerlijk Wetboek.".
Art. 32. In artikel 56 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 26 april 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, 1°, worden de woorden "of het Gemeenschappelijk Visserijbeleid" vervangen door de zinsnede ", het Europese Gemeenschappelijk Visserij- beleid, en de andere Europese akten die vorm geven aan het landbouw- en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen";
2° in paragraaf 3, 1°, worden de woorden "of het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid" vervangen door de zinsnede ", het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid of het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, en de andere Europese en akten die vorm geven aan het landbouw- en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen;";
3° in paragraaf 3, 2°, worden de woorden "of het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid" vervangen door de zinsnede "het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid of het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, en de andere Europese akten die vorm geven aan het landbouw- en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen;";
4° in paragraaf 3 worden punt 3° en 4° vervangen door wat volgt:
"3° het bewust afleggen of voorleggen van valse of onvolledige verklaringen om een vergoeding, steun, erkenning, machtiging of een certificaat te verkrijgen of te behouden, die worden toegekend ter uitvoering van dit decreet, de uitvoeringsbesluiten ervan, het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid of het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, en de andere Europese akten die vorm geven aan het landbouw- en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen;
4° het voorwenden van een bepaalde situatie om een vergoeding, steun, erkenning, machtiging of een certificaat te verkrijgen of te behouden, die worden toegekend ter uitvoering van dit decreet, de uitvoeringsbesluiten ervan, het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid of het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, en de andere Europese akten die vorm geven aan het landbouwbeleid- en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen;";
5° in paragraaf 4, eerste lid, wordt tussen het woord "inbreuken" en het woord "worden" de zinsnede ", vermeld in paragraaf 1 tot en met 3," ingevoegd;
6° in paragraaf 5, eerste en tweede lid, worden de woorden "of het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid" vervangen door de zinsnede ", het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid of het Europese Gemeenschappelijk Visserijbeleid, en de andere Europese akten die vorm geven aan het landbouw- en zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen".
Art. 33. Artikel 57 van hetzelfde decreet, vervangen bij het decreet van 30 juni 2017, wordt vervangen door wat volgt:
"Art. 57. Het hoofd van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023, en de door het hoofd aangewezen personeelsleden leggen de exclusieve bestuurlijke geldboete, vermeld in artikel 56 op en vorderen deze in.".
Art. 34. In artikel 58, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "de Vlaamse Regering aan te duiden personeelsleden" vervangen door de zinsnede "het hoofd van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023, en de door het hoofd aangewezen personeelsleden";
2° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "de door de Vlaamse Regering aan te duiden personeelsleden" vervangen door de zinsnede "het hoofd van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023, en de door het hoofd aangewezen personeelsleden".
Art. 35. In artikel 58/1, ingevoegd bij het decreet van 26 april 2019, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1 wordt de zinsnede "Het personeelslid, vermeld in artikel 58, kan" vervangen door de zinsnede "Het hoofd van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023, en de door het hoofd aangewezen personeelsleden, kunnen";
2° in paragraaf 1 wordt punt 1° vervangen door wat volgt:
"1° aan de overtreder geen exclusieve bestuurlijke geldboete als vermeld in artikel 56, is opgelegd voor vergelijkbare feiten.";
3° in paragraaf 2 wordt de zinsnede "Het personeelslid, vermeld in artikel 58, verleent" vervangen door de zinsnede "Het hoofd van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023, en de door het hoofd aangewezen personeelsleden, verlenen".
Art. 36. In artikel 61 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 6 juli 2018 wordt de zinsnede "Fonds toezicht en handhaving Landbouwdecreet, opgericht bij het decreet van 6 juli 2018 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2018" vervangen door de woorden "het Fonds toezicht en handhaving Landbouwdecreet".
Art. 37. In artikel 64 van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2017, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1 worden de woorden "internationale akten" vervangen door de zinsnede "andere Europese en internationale akten die vorm geven aan het zeevisserijbeleid, vermeld in artikel 6, § 1, V, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen" en worden de woorden "de personeelsleden die de Vlaamse Regering aanwijst" vervangen door de zinsnede "het hoofd van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023, en de door het hoofd aangewezen personeelsleden";
2° in paragraaf 2 worden de woorden "de personeelsleden die aangewezen zijn door de Vlaamse Regering", vervangen door de zinsnede "het hoofd van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 15 september 2023, en de door het hoofd aangewezen personeelsleden";
3° paragraaf 3 wordt vervangen door wat volgt:
" § 3. Conform artikel 50 kan de toezichthouder vermeld in paragraaf 1, eerste lid, een vissersvaartuig naar een Belgische haven opbrengen of laten opbrengen op kosten en risico van de eigenaar of exploitant en, als dat nodig is, het vissersvaartuig voor rekening en risico van de eigenaar of exploitant aan de ketting leggen.";
4° in paragraaf 4, eerste lid, wordt de zinsnede "67, eerste lid" vervangen door de zinsnede "56, § 3";
5° in paragraaf 4, tweede lid, worden de woorden "geldboete die is opgelegd door een in kracht van gewijsde gegane rechterlijke beslissing" vervangen door de zinsnede "exclusieve bestuurlijke geldboete, vermeld in artikel 56".
Art. 38. In artikel 65 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 2, tweede lid, worden de woorden "griffie van de bevoegde rechtbank" vervangen door de woorden "rekening van het Fonds toezicht en handhaving Landbouwdecreet" en worden de woorden "het misdrijf" vervangen door de woorden "de inbreuk";
2° in paragraaf 3, eerste lid, wordt de zinsnede "67, eerste lid", vervangen door de zinsnede "56, § 3";
3° in paragraaf 3, derde lid, worden de woorden "griffie van de bevoegde rechtbank" vervangen door de woorden "instantie die de Vlaamse Regering aanwijst", worden de woorden "op de griffie van de rechtbank" vervangen door de woorden "bij de instantie die de Vlaamse Regering aanwijst" en worden de woorden "het misdrijf" vervangen door de woorden "de inbreuk".
Art. 39. In artikel 66 van hetzelfde decreet worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid worden de woorden "veroordeling kan de rechtbank altijd de verbeurdverklaring" vervangen door de zinsnede "het opleggen van een exclusieve bestuurlijke geldboete kunnen de personen, vermeld in artikel 57, altijd de bestuurlijke verbeurdverklaring";
2° in het tweede lid wordt tussen het woord "De" en het woord "verbeurdverklaring" het woord "bestuurlijke" ingevoegd en wordt het woord "uitgesproken" vervangen door het woord "bevolen";
3° in het derde lid worden de woorden "rechtbank beveelt", vervangen door de zinsnede "personen, vermeld in artikel 57, bevelen" en wordt het woord "veroordeelde" vervangen door het woord "overtreder";
4° het vierde lid wordt opgeheven.
Art. 40. Artikel 67 van hetzelfde decreet wordt vervangen door wat volgt:
"Art. 67. Als een inbreuk betrekking heeft op een ernstige inbreuk in het kader van illegale, ongemelde of ongereglementeerde visserij, wordt de exclusieve bestuurlijke geldboete vermeld in artikel 56, vermeerderd met een bedrag dat overeenkomt met minimaal vijf keer tot maximaal acht keer de waarde van de visserijproducten die door het plegen van de ernstige inbreuk zijn verkregen.
Bij herhaling van een ernstige inbreuk binnen een periode van vijf jaar, mag de bestuurlijke geldboete vermeld in het eerste lid, niet minder bedragen dan acht keer de waarde van de visserijproducten die door het plegen van de ernstige inbreuk zijn verkregen.".
Art. 41. Artikel 68 van hetzelfde decreet wordt opgeheven.
Art. 42. In artikel 71 van hetzelfde decreet wordt punt 5° opgeheven.
Art. 43. In artikel 73 van hetzelfde decreet wordt het woord "zal" vervangen door het woord "kan".
Art. 44. Aan hoofdstuk 3, afdeling 2, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2017 wordt een onderafdeling 7 toegevoegd, die luidt als volgt:
"Onderafdeling 7 Handhaving van het beleid over de productie van plantaardig teeltmateriaal".
Art. 45. In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij decreet van 8 juli 2022, wordt in onderafdeling 7, ingevoegd bij artikel 44, een artikel 74/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 74/1. Met behoud van de toepassing van de bepalingen van afdeling 1 kan de Vlaamse Regering voor de handhaving van het beleid over de productie van plantaardig teeltmateriaal en het beleid over de plantengezondheid:
1° inbreuken en de bijbehorende administratieve sancties vaststellen;
2° bepaalde controletaken overdragen aan een of meer controleorganen;
3° de erkenning van de controleorganen en het toezicht op die controleorganen nader regelen;
4° de opdrachten van de controleorganen vaststellen;
5° de controleorganen machtigen de administratieve sancties, vermeld in punt 1°, toe te passen.".
Art. 46. In hoofdstuk 3 van hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 8 juli 2022, wordt aan het opschrift van afdeling 3 de zinsnede ", verplichte bijdragen en retributies en alle andere niet-fiscale invorderingen en heffingen" toegevoegd.
Art. 47. In artikel 75, § 1, van hetzelfde decreet, gewijzigd bij het decreet van 30 juni 2017, wordt het eerste lid vervangen door wat volgt:
"Bij gebrek aan voldoening van de exclusieve bestuurlijke geldboeten, alle ten onrechte uitbetaalde steun en toebehoren, de verplichte bijdragen en retributies die opgelegd zijn ter uitvoering van dit decreet, de uitvoeringsbesluiten ervan en het decreet van 19 mei 2006 betreffende de oprichting en de werking van het Fonds voor Landbouw en Visserij en de uitvoeringsbesluiten ervan, en alle andere niet-fiscale invorderingen en heffingen kunnen de personeelsleden die de Vlaamse Regering daarvoor aanwijst, een dwangbevel uitvaardigen.".
Art. 48. Aan hoofdstuk 3 van hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 8 juli 2022, wordt een afdeling 4 toegevoegd, die luidt als volgt:
"Afdeling 4. Compensatie schulden en schuldvorderingen".
Art. 49. In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 8 juli 2022, wordt in afdeling 4, ingevoegd bij artikel 48, een artikel 77/1 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 77/1. Het Vlaams Betaalorgaan verrekent, conform de Europese bepalingen, elke vordering die nog openstaat op een begunstigde, met welke betaling dan ook die het in de toekomst aan dezelfde begunstigde moet doen.
In het eerste lid wordt verstaan onder Vlaams Betaalorgaan: het Vlaams betaalorgaan voor het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Landbouwgarantiefonds opgericht bij besluit van de Vlaamse Regering van 28 maart 2003.
De Vlaamse Regering kan bijkomende instanties aanwijzen die openstaande vorderingen op een begunstigde kunnen verrekenen met welke betaling dan ook die ze in de toekomst aan dezelfde begunstigde moeten doen.".
Art. 50. In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 8 juli 2022, wordt in afdeling 4, ingevoegd bij artikel 48, een artikel 77/2 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 77/2. De door de Vlaamse Regering aangewezen instanties kunnen beslissen om de invordering van ten onrechte uitbetaalde steun en andere niet-fiscale invorderingen in het kader van het landbouw- en visserijbeleid niet voort te zetten in de volgende situaties:
1° als de in te vorderen hoofdsom, exclusief rente, niet hoger is dan 100,00 euro;
2° als de invordering onmogelijk blijkt als gevolg van een geconstateerde en erkende insolventie van de debiteur of van de personen die juridisch aansprakelijk zijn voor de reden van terugvordering.
In behoorlijk gemotiveerde gevallen kan de door de Vlaamse Regering aangewezen instantie beslissen om de invordering van ten onrechte uitbetaalde steun en andere niet-fiscale invorderingen in het kader van het landbouw- en visserijbeleid niet voort te zetten als het totaal van de al gemaakte en de nog te verwachten invorderingskosten hoger zijn dan het te innen bedrag.".
HOOFDSTUK 8. - Bekrachtiging van de bijdragen van het Vlaams Centrum voor Agro-en Visserijmarketing
Art. 51. Het besluit van de Vlaamse Regering van 28 januari 2022 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 4 februari 1997 betreffende de verplichte bijdragen bestemd voor de promotie en afzetbevordering van de Vlaamse producten van de sectoren landbouw, tuinbouw en visserij wordt bekrachtigd conform artikel 11, derde lid, van het decreet van 7 mei 2004 tot oprichting van het privaatrechtelijk vormgegeven extern verzelfstandigd agentschap "Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing".
HOOFDSTUK 9. - Wijziging van het Vlaams Pachtdecreet van 13 oktober 2023
Art. 52. In artikel 45 van het Vlaams Pachtdecreet van 13 oktober 2023 worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° er wordt een derde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"De pachtvernieuwing, vermeld in het eerste lid, heeft als gevolg dat een nieuwe eerste pachtperiode van negen jaar ingaat op de verjaardag van de ingenottreding van de overdrager volgend op de kennisgeving.";
2° er wordt een vierde lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"De overdrager is ontslagen van alle uit de pacht voortvloeiende verplichtingen die na de kennisgeving zijn ontstaan.".
HOOFDSTUK 10. - Krengenfinanciering
Art. 53. De Vlaamse Regering kan binnen de perken van de daartoe op de begroting van het Vlaamse Gewest beschikbare kredieten, een jaarlijkse subsidie toekennen aan geregistreerde inzamelaars als gedeeltelijke of volledige tegemoetkoming voor:
1° de inzameling bij professionelen van kadavers van landbouwdieren en hertachtigen, die zijn gestorven of gedood, met inbegrip van de doodgeboren en ongeboren dieren en de nageboorte;
2° de inzameling bij particulieren van kadavers van landbouwdieren en hertachtigen, die zijn gestorven of gedood, met inbegrip van de doodgeboren en ongeboren dieren en de nageboorte;
3° de inzameling van gestorven dieren bij erkende opvangcentra voor wilde dieren en die bij Dierengezondheidszorg Vlaanderen vzw opgevangen zijn en de inzameling van landbouwdieren en hertachtigen die gestorven zijn bij dierenasielen.
Art. 54. § 1. De Vlaamse Regering stelt een commissie Krengenfinanciering in, die minstens bestaat uit:
1° drie vertegenwoordigers van de landbouworganisaties;
2° drie vertegenwoordigers van de inzamelaars en verwerkers van kadavers van landbouwdieren;
3° twee personeelsleden van een door de Vlaamse Regering aangewezen bevoegde entiteit, die als waarnemer deel uitmaken van de commissie Krengenfinanciering, en het secretariaat opnemen.
De Vlaamse Regering kan de samenstelling van de commissie Krengenfinanciering, vermeld in het eerste lid, wijzigen.
§ 2. De commissie Krengenfinanciering, vermeld in paragraaf 1, beslist over de abonnementsprijzen en de vergoedingen per prestatie die moeten worden betaald door:
1° professionele houders van landbouwdieren en hertachtigen;
2° particuliere houders van landbouwdieren en hertachtigen.
De commissie Krengenfinanciering houdt bij de vaststelling van de tarieven, vermeld in het eerste lid, minstens rekening met de subsidie vermeld in artikel 53 van dit decreet en de conclusies van de audit, vermeld in artikel 33, § 4, van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materialen- kringlopen en afvalstoffen, vervangen bij het decreet van 22 december 2023.
§ 3. De Vlaamse Regering kan de werking van de commissie Krengenfinanciering, de wijze van benoeming van de leden en van hun plaatsvervangers en hun onkostenvergoeding regelen en kan de procedure voor de vaststelling van de abonnementsprijzen en de vergoedingen per prestatie, regelen.
HOOFDSTUK 11. - Slotbepaling
Art. 55. Dit decreet heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2024.
Artikel 20, 3°, en artikel 21, 22 en 23 hebben uitwerking op een door de Vlaamse Regering vast te stellen datum.
Artikel 52 heeft uitwerking met ingang van 1 april 2023.
Artikel 24 tot en met 41 hebben uitwerking met ingang van 1 april 2024.
Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 29 maart 2024.
De minister-president van de Vlaamse Regering,
J. JAMBON
De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin,
H. CREVITS
De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale Economie en Landbouw,
J. BROUNS
_______
Nota
(1) Zitting 2023-2024
Documenten: - Ontwerp van decreet : 1993 - Nr. 1
- Verslag : 1993 - Nr. 2
- Tekst aangenomen door de plenaire vergadering : 1993 - Nr. 3
Handelingen - Bespreking en aanneming: Vergadering van 27 maart 2024.

 


  Nieuwsflash
 
INTERPOM 2024Lees meer
 
 
Attert is de rijkste gemeente en Sint-Joost-ten-Node de armste in 2022 Lees meer
 
 
Diepgronder staat niet garant voor goede bodemstructuur Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Omgeving. Begroting 2025Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Landbouw en Tuinbouw Begroting 2025 Lees meer
 
 
Ontdek de voordelen van GLB-steunmaatregelen voor jouw teeltplan 2025 Lees meer
 
 
Plantenwortels veranderen hun groeipatroon tijdens de ‘puberteit’ Lees meer
 
 
Extremer weerLees meer
 
 
Opnieuw recorduitstoot CO˛Lees meer
 
 
Gezond en duurzaam voedsel voor de toekomstLees meer
 
 
Statuut gemeentelijke schattingscommissies Lees meer
 
 
Impact noodweer Spanje op de Vlaamse prijsevolutie groenten en fruitLees meer
 
 
Landbouw in 2024: minder wintergewassen door hevige regen Lees meer