Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 09 mei 2024 11:02 

Stilleggen van een landbouwbedrijf wegens vervuiling door PFAS


Vraag om uitleg over het stilleggen van een landbouwbedrijf wegens vervuiling door PFAS van Tinne Rombouts aan minister Zuhal Demir
Interpellatie over de PFAS-vervuiling in Stabroek, het risico voor de voedselveiligheid en het verband met het ontbreken van PFAS-luchtnormen voor het afvalverwerkend bedrijf Indaver van Mieke Schauvliege aan minister Zuhal Demir

– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.

Goeiemiddag, welkom in de in principe laatste commissie van deze legislatuur. Voor die gelegenheid heeft minister Demir lekkere Limburgse vlaaien meegebracht. Normaal gezien mag er in de commissie niet gegeten worden, maar vandaag staan we die uitzondering toe.

Mevrouw Rombouts heeft het woord.

Tinne Rombouts (cd&v)

Collega’s, ik denk dat we allemaal een beetje geschrokken zijn van het feit dat een landbouwbedrijf in Stabroek het bericht kreeg om de productie stil te leggen, omdat tijdens een controle in het slachthuis gebleken zou zijn dat het vlees een te hoge concentratie PFAS bevatte. Er zouden, zoals ik in de berichtgeving in de krant lees, nog vier risicobedrijven zijn.

In de regio zijn verschillende bronnen van PFAS mogelijk. Alleszins zal de landbouwer zelf in alle waarschijnlijkheid hiervan niet de veroorzaker zijn. Toch heeft dit drastische gevolgen voor het bedrijf en ook voor het landbouwgezin dat die gevolgen niet alleen kan dragen.

Het is toch wat verwonderlijk dat deze vaststelling nu plots naar boven komt, na intensief onderzoek en overleg rond onder andere de PFAS-vervuiling in de meest getroffen regio Zwijndrecht. Het doet de vraag rijzen wat we hieruit kunnen en moeten afleiden voor eventuele grotere regio's of risico's.

Minister, over welke informatie over deze vaststellingen beschikt u? Bent u op de hoogte gebracht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) of hebt u geïnformeerd naar wat hier precies aan de hand zou kunnen zijn? 

De vervuiling zal zich vermoedelijk via de bodem en het voedsel van de dieren verspreid hebben. Hoe gaat Vlaanderen hiermee aan de slag, aangezien kwaliteit onze bevoegdheid is? Wat specifiek deze bedrijven betreft: wat kunnen zij van Vlaanderen verwachten? Hoe zullen hun gronden, indien dit effectief de bronnen zijn, in spoed gesaneerd worden zodat hun bedrijfsvoering kan worden verdergezet? Hoe wordt hun schade vergoed en hoe wordt daarmee aan de slag gegaan? 

Het doet ook de vraag rijzen wat we hieruit kunnen of moeten afleiden voor eventuele grotere regio's of risico's, zoals ik daarnet aangaf. Minister, hoe schat u dat in en wat is uw plan van aanpak? 

Hoe werd na de opgedane ervaringen, zowel vastgestelde polluties als opgemeten concentraties, de perimeter rond 3M verantwoord: op grond van kansberekening op vervuiling, op grond van waargenomen vervuilingsgraad of andere? Hoe verhoudt deze case zich tot deze verantwoording?

De voorzitter

Mevrouw Schauvliege heeft het woord.

Mieke Schauvliege (Groen)

Minister, het spijt me dat ik daar niet fysiek aanwezig ben om van uw lekkere Limburgse vlaaien te kunnen proeven, maar het zij zo. Ik heb inderdaad een interpellatie over de PFAS-vervuiling in Stabroek en het risico voor de voedselveiligheid gelinkt aan de uitstoot van Indaver.

Collega Rombouts schetste de problematiek al. In het vlees van koeien van een veeteler uit Stabroek is te veel PFAS gevonden. Dat bleek na een controle van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen. De dieren kunnen niet geslacht worden omdat er anders PFAS in de voedselketen zou terechtkomen.

De vaststelling dateert van oktober 2023. Het FAVV heeft sindsdien nog vier andere landbouwbedrijven van Stabroek aangeduid als ‘bedrijf met verhoogde risicofactoren’.

In de omgeving zijn er verschillende mogelijke PFAS-bronnen, zoals 3M in Zwijndrecht en afvalverwerker Indaver. Maar de vaststelling is dat in Stabroek de voedselveiligheid niet langer gegarandeerd kan worden door te hoge PFAS-concentraties.

In dit kader voert de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) een beschrijvend bodemonderzoek uit dat in de laatste fase zit. Een eerder oriënterend bodemonderzoek spreekt van verhoogde vervuiling van bodem en grondwater, het zou volgens het oriënterend bodemonderzoek (OBO) gaan om “gemengd overwegend nieuwe vervuiling in en rond de site van Indaver”.

Minister, eind maart stelde u de omgevingsvergunning voor de afvalverbrander Indaver bij. Daarbij werden de PFAS-lozingsnormen naar het oppervlaktewater aangescherpt. Maar Indaver blijft een vrijgeleide krijgen om PFAS de lucht in te pompen. Jaarlijks wordt 16.000 ton PFAS-houdende afvalstoffen verbrand op de site. En dat tegen het advies van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) en het Departement Zorg in. Zo adviseerde het Departement Zorg om onmiddellijk strenge luchtemissievoorwaarden toe te passen en verwees daarbij naar de slechte resultaten bij bloedstaalnames van omwonenden van de site van chemisch bedrijf 3M in Zwijndrecht.

De Vlaamse Regering en u, minister, sloegen het advies in de wind met een louter juridisch-technisch argument. Indaver krijgt opnieuw een vergunning om PFAS-ketens de lucht in te blazen en op die manier de voedselveiligheid en de volksgezondheid in gevaar te brengen.

Tegelijkertijd kreeg Indaver ook voor zijn stortplaats De Hooge Maey een nieuwe tijdelijke lozingsnorm voor een reeks PFAS die veel hoger is dan die voor de afvalverbrandingsinstallatie.

Minister, waarom werd het advies van de VMM en het Departement Zorg niet meegenomen in het bijstellingsverzoek van de omgevingsvergunning van de afvalverbrandingsinstallatie van Indaver?

Op basis van de adviezen van de VMM en het Departement Zorg zal er onmiddellijk een nieuw bijstellingsverzoek van de omgevingsvergunning worden opgestart voor de afvalverbrandingsinstallatie. Is dat al gebeurd?

De voorzitter

Minister Demir heeft het woord.

Minister Zuhal Demir

Het FAVV neemt vanuit zijn expertise deel aan de Vlaamse inhoudelijke expertengroep zorgwekkende stoffen. Het betreft een brede groep van Vlaamse en federale administraties en kennisinstellingen die maandelijks overleggen over onderzoeks- en beleidstrajecten rond PFAS en andere zorgwekkende stoffen. 

Het FAVV bracht de leden van deze expertengroep op 23 november 2023 ervan op de hoogte dat een non-conform vleesstaal aangetroffen werd, afkomstig van een koe die heeft verbleven in een no-regretzone. Het FAVV kon de exacte locatie eerder niet delen wegens GDPR-redenen.

Op 19 december 2023 werd de situatie op de inhoudelijke expertengroep verder besproken en bleek dat dit staal afkomstig was van een landbouwbedrijf uit Stabroek. Het betrof een overschrijding van de norm voor PFOS. Het FAVV verduidelijkte dat het hierover verdere maatregelen neemt om de non-conforme producten terug te roepen en de landbouwer in kwestie verder mee op te volgen.

Het Departement Zorg en het Departement Landbouw en Visserij zijn lid van deze expertengroep en waren aanwezig op die bewuste vergadering van de expertenwerkgroep op 19 december 2023. Deze diensten waren ook betrokken in de communicatie van het FAVV over de overschrijding van PFOS-gehalten in enkele runderen.

Mijn administraties wijzen mij erop dat er geen bijkomende vragen zijn gesteld door het Departement Zorg. We stellen ook vast dat het Departement Zorg geen bijkomende no-regretmaatregelen heeft opgelegd naar aanleiding van bovenstaande vaststelling.

Op 31 januari werd hierover door het FAVV correct gecommuniceerd op zijn website met als titel ‘Resultaten FAVV-analyses op PFAS in 2023 zijn geruststellend: slechts 4 niet-conforme stalen op een totaal van 370’. Er is dus geen reden tot paniek.

Navraag bij het Departement Zorg en de VMM leert dat zij mijn kabinet hebben ingelicht, omdat het Departement Zorg geen reden zag om bijkomende acties te ondernemen. Ons kabinet heeft dan een aantal instructies gegeven na kennisname van het dossier. Ten eerste heeft het kabinet een overleg laten inplannen tussen de landbouworganisaties en alle leden van de expertengroep zeer zorgwekkende stoffen over de PFAS-problematiek. Daarnaast heeft het kabinet de opdracht gegeven een overleg in te plannen met het FAVV over zowel dit dossier als een optimalisatie van de samenwerking tussen de diensten en het FAVV. Ik heb ook aan de OVAM gevraagd actief samen te werken met het FAVV voor een bronnenonderzoek rond landbouwbedrijven.

Vervolgens kom ik tot de volgende vragen. Jullie weten dat PFAS-verontreiniging veelal een diffuse verontreiniging is en zeker niet uitsluitend een bronverontreiniging betreft. Ik wijs er graag op dat meer dan dertig pesticiden als PFAS werden gekwalificeerd en veel veevoeder ook PFAS bevat. We weten ook dat landbouwactiviteiten door het inmengen van gecontamineerde bodemverbeteringsmiddelen zoals slib een bron kunnen zijn van bodemverontreiniging met PFAS.

Er zijn momenteel geen tekenen voorhanden dat de verontreiniging te Stabroek te wijten is aan 3M of Indaver. Deze no-regretmaatregelen zijn in 2021 ingesteld voor zones tot 10 kilometer rondom de 3M-vestiging. Het geïntegreerde beschrijvende bodemonderzoek voor de omgeving van 3M is eind december 2023 afgerond. Uit dit beschrijvende bodemonderzoek blijkt dat de impact van de verontreiniging met PFOS beperkter is dan de zone van 10 kilometer. De impact van 3M reikt op basis van dit bodemonderzoek niet tot in Stabroek. Het Departement Zorg is daarom ook bezig zijn no-regretmaatregelen voor de 3M-site bij te werken.

Het is duidelijk dat er ook buiten de zone met impact van 3M spots voorkomen met PFAS-verontreiniging van zowel gekende als ongekende bronnen. Vooral brandweerkazernes en oefenterreinen van de brandweer waar met blusschuim is gewerkt, hebben een grote kans op aanwezigheid van bodemverontreiniging met PFOS.

In het geval van Stabroek is de nabijgelegen brandweerpost van Stabroek een mogelijke verontreinigingsbron.

In ieder geval heb ik de OVAM gevraagd om samen met het FAVV de bron van de verontreiniging op te zoeken, voor zover het gaat om een bronverontreiniging natuurlijk.

Het FAVV liet weten dat zij en collega Clarinval in deze problematiek zelf het initiatief willen nemen omdat dit dossier over voedselveiligheid en landbouw gaat. Ik kan me hierbij aansluiten en heb laten weten dat onze diensten ter beschikking staan om ten volle mee te werken.

Andere vragen over Zorg en Landbouw kunnen het best aan de hiervoor bevoegde ministers gesteld worden.

Zoals jullie weten, heb ik zelf het initiatief genomen om een interfederaal PFAS-fonds uit te werken opdat bedrijven en burgers een vergoeding kunnen krijgen, maar heeft dit dossier wat vertraging opgelopen wegens onenigheid binnen de Federale Regering. Ik hoop dat er binnenkort witte rook te zien is.

Er werd gevraagd wat we hieruit zouden kunnen of moeten afleiden. De diensten van mijn administratie werken al nauw samen met andere regionale en federale overheden, waarbij ieder optreedt vanuit zijn bevoegdheden en zijn verantwoordelijkheden. 

In lijn met deze samenwerking wordt op initiatief van het FAVV een overleg gepland met de sector en de betrokken Vlaamse administraties, waaronder de OVAM, het Departement Omgeving, het Departement Zorg en het Agentschap voor Landbouw en Zeevisserij. We zullen daar de zonet vermelde aanpak toelichten en in overleg bekijken of optimalisatie mogelijk is.

Uiteraard zullen we ook uit deze case leren en de lessen meenemen in de evaluatie van het PFAS-actieplan. Ik denk bijvoorbeeld aan het formaliseren van de gegevensuitwisseling tussen onze administraties en het FAVV. 

Ik heb eerder al geantwoord op de vraag van mevrouw Schauvliege over de verontreiniging, maar zal er nu nog wat dieper op ingaan.

We kunnen momenteel nog niet zeggen waaraan de verontreiniging in Stabroek te wijten is, aan Indaver of aan anderen. De OVAM denkt eerder aan het nabijgelegen brandweerterrein als veroorzaker van de schade aan de getroffen landbouwer. We zullen verder onderzoek moeten afwachten. We willen natuurlijk geen juridische fouten maken.

Het was juridisch onmogelijk om in de lopende vergunningsprocedure bijkomende voorwaarden rond lucht op te nemen, collega Schauvliege. Dan riskeerden we namelijk dat het besluit vernietigd zou worden door de Raad voor Vergunningsbetwistingen. Dat wilden we absoluut vermijden omdat we met dit besluit belangrijke voorwaarden opleggen om zowel water- als luchtverontreiniging verder in te perken. Bovendien kunnen we wat afvalverwerking betreft niet zomaar ingrijpen.

Wat de adviezen en bezorgdheden van de VMM en het Departement Zorg betreft: die hebben we natuurlijk niet zomaar naast ons neergelegd. Wel hebben we in samenspraak met de administratie gevolg gegeven aan de bezorgdheden van de VMM en het Departement Zorg. 

Een nieuwe procedure opstarten kost veel tijd, daarom zijn we rechtstreeks in overleg gegaan met Indaver en zijn we overeengekomen om de verwerking van het Chemoursafval uit Nederland af te bouwen, zodat de lokale verwerkingscapaciteit voor PFAS-houdend afval wordt verzekerd. Want hoe je het ook draait of keert: we hebben helaas wel degelijk verwerkingscapaciteit nodig om PFAS-houdend afval te verwerken, hetzij door verbranding, hetzij door bewaring.

Zoals jullie ook weten, mag Indaver niet zomaar gelijk wat uitstoten. Indaver moet blijven aantonen dat zijn uitstoot naar de omgeving aanvaardbaar is en heeft daarvoor onafhankelijke experten moeten inschakelen. Daarnaast moet Indaver naast emissiemetingen ook immissiemetingen uitvoeren in de omgeving van het bedrijf en hierover rapporteren. 

Uit de expertverslagen blijkt dat, wat de meetbare PFAS betreft, de uitstoot geen onmiddellijk risico vormt. Indaver heeft bovendien de verplichting de PFAS-uitstoot maximaal in te perken. Indaver heeft daarvoor een actieplan moeten uitwerken. De voortgang daarvan wordt door verschillende overheidsdiensten opgevolgd. 

De grote uitdaging zijn de PFAS die tot op heden niet nauwkeurig gemeten kunnen worden, waaronder de ultrakorteketen-PFAS. Wereldwijd bestaan hiervoor nog geen methoden. In januari werden door de afdeling Handhaving bij Indaver emissiemetingen uitgevoerd en diverse stalen genomen. Hierbij zullen de ultrakorteketen-PFAS worden bepaald alsook non-targetanalyses worden uitgevoerd.

Deze laatste methode is uiterst vernieuwend. Daarmee kan nagegaan worden of er nog andere PFAS aanwezig zijn dan diegene die nu nauwkeurig gemeten kunnen worden. We verwachten de resultaten in de loop van deze maand. Op basis hiervan zullen we oordelen of er bijkomende maatregelen nodig zijn. Het Departement Omgeving, de VMM, de OVAM en het Departement Zorg volgen deze verplichtingen en metingen van Indaver ook op, waarbij Indaver moet aantonen dat de uitstoot van PFAS naar het milieu, waaronder lucht, aanvaardbaar is en dat de uitstoot wordt geminimaliseerd.

Voor dit onderzoek naar meetmethoden van ultrakorteketen-PFAS, non-targetanalyses, het in kaart brengen van de aanwezigheid van deze PFAS in het milieu en het onderzoek naar veilige PFAS-verbranding, maak ik trouwens in het kader van het PFAS-actieplan binnenkort nieuwe budgetten vrij.  

Iets waaraan we nog moeten werken – en waarvoor ik ook iedereen nodig heb – is de productnormering om PFAS binnen België aan banden te leggen, iets wat Denemarken en onlangs nog Frankrijk hebben gedaan.

Daar moeten we de collega’s in de Federale Regering nog toe aansporen, want dat is natuurlijk wel de bron om het probleem aan te pakken. Zoals jullie weten hebben we verschillende keren naar die productnormering gevraagd, maar we krijgen daar federaal helaas geen gehoor. Daar moet eigenlijk dringend iets aan gebeuren.

De voorzitter

Mevrouw Rombouts heeft het woord.

Tinne Rombouts (cd&v)

Collega’s, in dit hele PFAS- en PFOS-verhaal in beeld krijgen wat waarvan afkomstig is, en wie waarvoor verantwoordelijk is, dat is een heel kluwen. Vandaag moeten we wel vaststellen dat burgers en/of bedrijven met desastreuze gevolgen worden geconfronteerd. Zoals ik in het begin al zei, wordt ervan uitgegaan dat de landbouw an sich hier niet de verantwoordelijke is voor de te hoge aanwezige hoeveelheid.

Minister, u hebt er ook naar verwezen dat er op het bedrijf ook in andere stoffen PFAS worden benut. Dat is een courante praktijk, denk ik, en daarbij is ook voldaan aan alle normeringen die er in het verleden werden vastgesteld. Die normeringen zijn ook niet anders in het ene dan in het andere bedrijf, maar hier, in dit specifieke geval, is er blijkbaar wel extra risico, en is er effectief een overschrijding vast te stellen. Daar zijn dus andere bronnen, diffuse uitstoot, bij komen kijken. Minister, bedankt om aan te geven dat men moet uitklaren waar dat vandaan komt.

Minister, u geeft aan dat u de OVAM de opdracht hebt gegeven om samen met het FAVV een bronnenonderzoek uit te voeren. Wil dat ook zeggen dat alle gronden bemonsterd worden, om te achterhalen waar er eventueel een teveel zou zijn? Want in eerste instantie gaan we ervan uit dat het via de voeding ook in de dieren terechtgekomen is, en daardoor in het vlees. Is dat iets wat de OVAM ook volledig op zich neemt, om dat bedrijf zo goed mogelijk in beeld te hebben, en om de risico’s zo snel mogelijk weg te nemen, zodat dat bedrijf dan ook eventueel kan verdergaan met zijn bedrijfsvoering?

In het geval van 3M is er vanuit het bedrijf  heel specifiek aangegeven dat er rechtstreeks een link te leggen viel. 3M moet daarom mee de verantwoordelijkheid dragen als er schade wordt vastgesteld. Zo zouden er tuinen afgegraven worden omdat daar te hoge waarden werden vastgesteld. Minister, hoe kort wordt er op de bal gespeeld? Want elke dag telt voor zo’n bedrijf, en voor het gezin dat achter dat bedrijf staat. De vaststellingen dateren al van een tijdje geleden. Hoe kort wordt er op de bal gespeeld om te zorgen dat dat bedrijf opnieuw kan opstarten, en dat er ambtshalve een sanering kan gebeuren van die gronden, die eventueel vervuild zijn of te hoge waarden hebben? Zo kan de bedrijfsvoering verdergaan en kan de schade maximaal beperkt worden. Daar zou ik van u nog wat meer informatie over willen krijgen. Welke rol kunt u als Vlaams minister, als Vlaamse overheid opnemen om paal en perk te stellen aan die situatie, en om de schade voor die mensen, die dit zelf niet in de hand hebben, in te perken?

Ten tweede ben ik ook blij dat u aangeeft dat het een case is die we verder gaan onderzoeken. Er zouden inderdaad ook nog risico’s kunnen zijn in de ruimere regio. Hoe moeten we daarmee omgaan, aangezien er inderdaad ook andere bronnen zijn? U verwijst naar eventuele vervuiling door oefeningen van de brandweerkazernes. We weten dat er een onderzoek gebeurd is. Ook daar moet ik vaststellen dat er soms no-regretzones worden ingesteld, maar dan wordt de verantwoordelijkheid eigenlijk voor een stuk bij de burger en/of ondernemer gelegd: je mag hier dit of dat niet meer doen, of het zou raadzaam zijn om dit of dat wel of niet meer te doen.

Wat als er daar effectief schade is, of als er effectief gevolgen zijn voor de omwonenden? Wie is er dan verantwoordelijk om daar kort op de bal te kunnen spelen, opdat de bedrijfsactiviteiten wel zouden kunnen doorgaan, en er de nodige saneringen zouden kunnen gebeuren? Kan Vlaanderen daar zelf een voortrekkersrol in opnemen? Brandweeroefeningen behoren meestal tot het domein van de gemeenten of de intercommunales. Welke rol spelen zij daarin? Ik hoop dat er daar niet over gepingpongd wordt. Alleszins staan de burgers en bedrijfsleiders een beetje in de kou, heb ik het gevoel. Minister, welk plan van aanpak hebt u daarvoor klaarliggen, of wat zit er in de pijplijn om te vermijden dat burgers in de kou blijven staan?

De voorzitter

Mevrouw Schauvliege heeft het woord.

Mieke Schauvliege (Groen)

Minister, dank u wel voor uw antwoord. In het artikel van Apache.be lees ik dat woordvoerder Ann Heylens van het Departement Omgeving spreekt over een vrijwillig engagement, een convenant of iets dergelijks, van Indaver en een afbouwschema. Mijn vraag is wat dat precies kan betekenen. Hoe ziet dat afbouwschema eruit? Op welke termijn zullen er niet langer PFAS-houdende ketens worden verbrand?

U gaf daarnet zelf aan dat men niet direct weet wat de bron is van de vervuiling waar het landbouwbedrijf nu mee te maken heeft en dat men het onderzoek aan het voeren is. De kans bestaat ze van Indaver komt en dan vooral vanuit de schouw, want het bedrijf ligt in de juiste windrichting ten opzichte van Indaver. Minister, waarom hebt u er in het verleden niet voor geopteerd om het voorzorgsprincipe toe te passen en veel minder PFAS-houdend afval te verbranden in Indaver, op basis van indicaties die we toch al hadden na de PFAS-commissie en die dus aantoonden dat de uitstoot uit de schouw verspreiding in de hand werkt? Dat is meteen ook het advies en de zorg van het Departement Zorg en van de VMM. Waarom past u dat voorzorgsprincipe niet sowieso toe en hebt u nog altijd geen beperkingen opgelegd aan de uitstoot langs de schouw, niet alleen voor ultrakorte PFAS maar voor alle PFAS die uit die schouw komen?

De voorzitter

De heer Pieters heeft het woord.

Leo Pieters (Vlaams Belang)

Minister, dank voor het uitgebreide antwoord. Ik heb toch nog enkele bijkomende vragen, in eerste instantie bij de vaststelling. De VMM heeft via staalnamen de vaststelling gedaan dat op het betreffende bedrijf slachtvlees aangetroffen was met een PFOS-vervuiling. Wordt dat systematisch gedaan? Zijn dat steekproeven? Wordt dat nu ook uitgebreid? Ik neem aan dat dat al eerder gebeurd is, want PFAS en PFOS zijn er niet sinds gisteren. Dat is toch al een aantal jaren aan de gang. In welke mate zijn er veelvuldig staalnamen? Zijn er in de slachthuizen meer controles dan voordien, specifiek rond PFOS?

De collega gaf al aan dat dat in de bedrijfsvoering van de landbouwbedrijven wordt vastgesteld. Ik neem aan dat dat misschien wordt geblokkeerd of deels geblokkeerd en dat die bedrijven niet moeten wachten en blijven wachten tot het onderzoek helemaal afgerond is – want dat zal toch wel tijd in beslag nemen –, zodat die mensen ook verder kunnen en ze er als gevolg van dat probleem dat in hun bedrijf aan de orde is, niet, nietsvermoedend, financieel aan onderdoor zouden gaan.

We weten dat niet er alleen bij 3M maar ook bij Indaver en brandweerkazernes over heel Vlaanderen verspreid vervuiling optreedt, ofwel rondom de brandweerkazerne of in ruimere zin, want soms liggen brandweerkazernes in de nabijheid van landbouwbedrijven. Wordt er dan een verhoogde zorg besteed aan de staalnamen van die bedrijven of aan de grondstalen? Is er een gedegen registratie van de PFOS/PFAS-vervuilingen van de bronnen die op dit moment al gekend zijn?

De voorzitter

Minister Demir heeft het woord.

Minister Zuhal Demir

Toen we op de hoogte waren, heb ik natuurlijk aan het kabinet en aan de OVAM gevraagd om zo snel mogelijk in actie te treden. Nu moet men zo snel mogelijk weten vanwaar die verontreiniging komt. Daarover moeten we uitsluitsel krijgen. Zij hebben een vermoeden, maar we moeten het zeker weten. Het is ook belangrijk dat we op een deftige manier kunnen bekijken hoe we omgaan met de schadeloosstelling voor de landbouwers. Als we het kunnen verhalen, des te beter. De staalnames die moeten gebeuren, moeten ons eerst duidelijk maken vanwaar die vervuiling komt. De OVAM heeft mij laten weten daarmee bezig te zijn.

De voorzitter

Mevrouw Rombouts heeft het woord.

Tinne Rombouts (cd&v)

Minister, ik ben blij dat u erkent dat er een schadeloosstelling moet kunnen gebeuren ten aanzien van de landbouwers. We moeten met andere woorden op heel korte tijd uitsluitsel kunnen krijgen over de bronnen en de mogelijke weg van de vervuiling. Ik hoop dat alles op alles wordt gezet. Ik verneem dat de signalen al in oktober 2023 naar boven kwamen. We zijn ondertussen een aantal maanden verder en ik verwacht dan ook dat men al een aantal stalen heeft kunnen nemen. Minister, ik vraag dus om daar de ‘pres’ op te zetten, zodat daarrond zo spoedig mogelijk klaarheid komt.

Minister, ik vraag u om dit verder te bekijken. Ik had gehoopt dat deze situatie zich nooit zou voordoen, maar het is daar. We hebben in de rest van Vlaanderen heel wat onderzoeken gedaan. Heel wat burgers zijn bezorgd. Ik woon in een no-regretzone. Andere ondernemers kregen een waarschuwend signaal: ‘Oei, let op!’. Maar na de ‘Oei, let op!’ is er ook de vraag ‘Wat als het zich voordoet?’ Dit is nu een case. Ik hoop dat er iets wordt uitgerold, dat er een draaiboek is dat zegt op welke manier er moet worden gehandeld om de schade bij elke burger en zeker ook bij elke ondernemer in te perken, zodat kan worden vermeden dat zich zou voordoen wat zich hier heeft voorgedaan.

Minister, ik denk ook dat het belangrijk is om de onderzoeken die de afgelopen jaren gebeurd zijn … Ik lees dat de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) al metingen heeft gedaan, onder andere rond Indaver. Op de vier locaties waar VITO al gemeten heeft, kwam men zeer laag uit. Misschien moeten een aantal zaken nog eens extra worden gecontroleerd en moet ook in beeld worden gebracht welke eventuele andere bronnen er in de regio zouden kunnen zijn en of er eventueel nog elementen zijn die spelen die we vandaag nog niet in het vizier hebben.

Voor mij is het alleszins een alarmerend bericht geweest. Ik hoop dus dat hieraan verder gevolg wordt gegeven.  

De voorzitter

Mevrouw Schauvliege heeft het woord.

Mieke Schauvliege (Groen)

Minister, ik stel vast dat ik niet echt een antwoord heb gekregen op mijn tweede vraag. Het is mij onduidelijk waarom u het voorzorgsprincipe niet wenst toe te passen of niet toepast, wetende dat er toch PFAS uit die schouw komt.

Minister, de onderzoekscommissie heeft aangetoond dat er twee dingen moeten gebeuren. We moeten ten eerste stoppen met het produceren van PFAS. Zolang dat gebeurt, moeten we het ook opruimen wanneer het in ons milieu terechtkomt. Daar moeten we heel hard op dezelfde nagel blijven kloppen, om ervoor te zorgen dat dat op Europees niveau geregeld raakt. We moeten ook stoppen met toe te laten dat er PFAS wordt geloosd in onze omgeving. Dat gebeurt nog altijd in water. Daar zijn we al relatief streng. Maar voor de lucht hebben we nog altijd geen Vlaamse normen. En dat terwijl er bijvoorbeeld in Nederland wel al normen gelden. Minister, ik roep u op om heel snel werk te maken van degelijke normen, om uitstoot via de schouw te voorkomen. Alleen als we de PFAS-kraan dichtdraaien, zullen we op termijn naar een wereld gaan waar we met een aanvaardbaar niveau van PFAS kunnen omgaan. Nu ontdekken we continu nieuwe vervuilingen en nieuwe verontreinigingen. 

De voorzitter

De vraag om uitleg en de interpellatie zijn afgehandeld.

 


  Nieuwsflash
 
INTERPOM 2024Lees meer
 
 
Attert is de rijkste gemeente en Sint-Joost-ten-Node de armste in 2022 Lees meer
 
 
Diepgronder staat niet garant voor goede bodemstructuur Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Omgeving. Begroting 2025Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Landbouw en Tuinbouw Begroting 2025 Lees meer
 
 
Ontdek de voordelen van GLB-steunmaatregelen voor jouw teeltplan 2025 Lees meer
 
 
Plantenwortels veranderen hun groeipatroon tijdens de ‘puberteit’ Lees meer
 
 
Extremer weerLees meer
 
 
Opnieuw recorduitstoot CO˛Lees meer
 
 
Gezond en duurzaam voedsel voor de toekomstLees meer
 
 
Statuut gemeentelijke schattingscommissies Lees meer
 
 
Impact noodweer Spanje op de Vlaamse prijsevolutie groenten en fruitLees meer
 
 
Landbouw in 2024: minder wintergewassen door hevige regen Lees meer