De voorzitter
De heer Pieters heeft het woord.
Andy Pieters (N-VA)
Minister, op 17 december vond een Europese Raad Milieu plaats. Dit was de eerste Raad sinds de nieuwe Europese Commissie finaal groen licht kreeg.
Ondanks het feit dat waterweerbaarheid, toch in woorden, in heel Europa als politieke prioriteit werd bestempeld, kan worden vastgesteld dat dit punt toen op geen enkele manier op de agenda werd opgenomen. Vanuit het Vlaamse regeerakkoord hebt u in ieder geval als heldere opdracht meegekregen dat de Blue Deal op alle niveaus als prioriteit moet worden aanzien. Ook in uw beleidsnota bevestigt u die ambitie. Daarom heb ik enkele vragen voor u.
Tijdens de commissievergadering van 14 januari werd door Marjan Decroos, attaché Leefmilieu bij de Europese Unie, gemeld dat ook op de komende Raden Milieu geen initiatieven over waterweerbaarheid gepland zouden zijn. Op 27 maart zou de Raad een beleidsdebat voeren over de leefmilieudimensie van de Clean Industrial Deal. Op 28 en 29 april zou er zelfs tijd zijn voor een tweedaags debat over de strijd tegen klimaatdesinformatie. Ten vroegste op 17 juni zou een eerste gedachtewisseling plaatsvinden over waterweerbaarheid.
Dat staat in schril contrast met het Belgische voorzitterschap, toen de Blue Deal een topprioriteit was voor de voltallige Vlaamse Regering. Dat zullen u beiden, zowel de voorzitter als de minister, kunnen bevestigen.
Minister, kunt u duiding geven bij de verschillende agenda’s en de totstandkoming ervan?
Welke initiatieven hebt u genomen om waterweerbaarheid en de Europese Blue Deal op de agenda te plaatsen? Werd dit binnen het intra-Belgisch overleg besproken?
Zult u waterweerbaarheid en de Europese Blue Deal aan de agenda toevoegen als AOB-punt (any other bussiness), zoals dat in het verleden is gebeurd voor de PFAS-uitfasering?
Welke initiatieven neemt u verder om op Europees niveau hierover eensgezindheid te krijgen?
Zijn er al contacten geweest over waterweerbaarheid met de Europese commissaris die recent is aangetreden?
Zijn er eventueel nog contacten geweest met andere lidstaten om tot een ‘position paper’ te komen voor een Europese Blue Deal en meer waterweerbaarheid in Europa?
De voorzitter
Minister Brouns heeft het woord.
Minister Jo Brouns
De agenda van de Raad van milieuministers wordt opgemaakt door de voorzitter van de Raad – tot eind juni is dat Polen, daarna Denemarken – in overleg met het secretariaat van de Raad. De agenda wordt bepaald op basis van de Europese actualiteit zoals recente voorstellen van de Commissie of belangrijke fases in de besluitvorming van dossiers. Lidstaten kunnen via het agenderen van eigen variapunten bepaalde boodschappen rondsturen.
De Europese Commissie heeft in het kader van het Competitiviteitskompas vrij recent, op 29 januari, herbevestigd dat er voor de zomer nog een strategie komt over waterweerbaarheid. Nadien volgt er gebruikelijk een gedachtewisseling tussen milieuministers in de Raad. Het voorzitterschap kan nadien opteren voor raadsconclusies om het politieke standpunt te bepalen.
De Europese Blue Deal werd in juli 2024 nog besproken op de informele Leefmilieuraad tijdens het Hongaarse voorzitterschap. Zoals gebruikelijk is naar aanleiding van de vragen een Belgisch standpunt vastgelegd na intra-Belgisch overleg. Daarbij hebben we de link gelegd tussen waterweerbaarheid en waterkwaliteit en het belang van een grensoverschrijdende aanpak en watercirculariteit benadrukt. Vervolgens heeft mevrouw Ursula von der Leyen bij de start van haar nieuwe mandaat heel duidelijk ‘water resilience’ op de agenda gezet, onder andere door dat expliciet op te nemen in de titel en het mandaat van de bevoegde commissaris.
Begin maart ga ik naar Kopenhagen, waar ik overleg zal hebben met het inkomende Deense voorzitterschap. Ook hier zal het thema waterweerbaarheid op de agenda staan.
Waterweerbaarheid is een van de prioriteiten van de Commissie en het Europees Parlement. Het Europees Parlement hield op 28 januari een openbare zitting in het ‘Committee on the Environment, Public Health and Food Safety’ (ENVI) over water resilience. Vlaanderen is met zijn eigen Blue Deal een heel interessante Europese case, zoals ook al bleek uit het ontwerprapport ‘Environmental Implementation’ over België.
Zowel het Parlement als de Commissie gebruiken het begrip ‘Water Resilience Initiative’ om te verwijzen naar het concept van de Europese Blue Deal. Dat is aangekondigd voor het tweede kwartaal van dit jaar. Waterweerbaarheid wordt daarnaast ook in andere Raadsformaties besproken. Zo was het een divers punt op de agenda van de laatste Landbouwraad.
De bouwstenen van het Europese ‘Water Resilience Initiative’ zijn stilaan bekend. Vanuit Vlaanderen willen we in de Europese strategie over waterweerbaarheid vooral een plan van aanpak met betrekking tot het level playing field waterefficiëntiebeleid voor onze industriële sectoren zien. Dat willen we aangevuld zien met prioritaire aandacht voor waterweerbaarheid in het Europese meerjarig financieel kader, en met Europese steun voor een grensoverschrijdende aanpak.
Zoals eerder geduid, zal ik begin maart naar Kopenhagen trekken om contacten te leggen met het inkomende Deense voorzitterschap. Verder zit ik nu donderdag 6 februari samen met de Europese commissaris voor Leefmilieu, mevrouw Roswall. Dat is al de tweede maal. Ik wacht ondertussen ook op het evaluatierapport van de Europese Commissie over het derde stroomgebiedbeheerplan en het overleg met de Europese Commissie op expertenniveau dat daarop is gepland.
Ten slotte kijk ik uit naar het voorstel van de Europese Commissie over de waterweerbaarheid. We bereiden ons ondertussen voor om op basis daarvan verdere contacten te leggen met andere lidstaten.
De voorzitter
De heer Pieters heeft het woord.
Andy Pieters (N-VA)
Dank u wel, minister, voor uw bijkomende duiding. Het klopt inderdaad dat die raden bijna altijd over de actualiteit gaan. Het is daarom toch bijzonder om vast te stellen dat, ondanks de overstromingen in verschillende gebieden in Europa, dat niet in het najaar aan bod is gekomen. We zullen het dan maar steken op het aantreden van de nieuwe Commissie. Het is toch belangrijk dat we vanuit Vlaanderen geen enkele kans missen om te wijzen op die prioriteit en dat we geen kans onbenut laten om dat te doen, ook in uw bilaterale contacten. Met de Vlaamse Blue Deal hebben we het voorbeeld in huis, dus we moeten dat ook op het Europese niveau bepleiten, net omdat we dan extra middelen zouden kunnen laten mobiliseren om als turbo te zetten op de Vlaamse Blue Deal, die u aan het opmaken bent.
Ik kijk dus uit naar verdere standpunten, maar ik zou u toch willen vragen om in uw bilaterale contacten ook aandacht te vragen voor het helder stellen van de prioriteiten van de Europese Commissie en de Europese Raad. Ik denk dat een debat over waterweerbaarheid ten gronde – en trouwens ook over stroomgebiedbeheerplannen of waterkwaliteit – veel, veel belangrijker is dan een tweedaags debat over klimaatdesinformatie. Dat lijkt me eerder iets voor de varia, dus ik zou u toch willen oproepen om dat in uw bilaterale contacten te benadrukken.
De voorzitter
Mevrouw Schauvliege heeft het woord.
Mieke Schauvliege (Groen)
Minister, wij hebben hier al heel vaak een pleidooi gehouden voor meer investeringen in waterweerbaarheid en bescherming tegen droogte. Voor Vlaanderen zou er alvast een geïntegreerd plan worden opgesteld, samen met minister De Ridder: het geïntegreerd investeringsprogramma (GIP). Minister, hoe ver staat u met de voorbereiding van dat GIP?
Wanneer mogen wij dat eigenlijk verwachten?
Lydia Peeters (Open Vld)
Minister, ik wil ook wel heel kort reageren op deze vraag. Het klopt inderdaad dat in de vorige legislatuur Vlaanderen echt een voorbeeldrol had voor alles wat betreft waterveiligheid, waterzekerheid en waterweerbaarheid. Dat is duidelijk gebleken, enerzijds op de VN-Waterconferentie die we namens Vlaanderen hebben bijgewoond, anderzijds door het statement van de heer Henk Ovink dat hij als voorzitter van het expertenpanel meermaals herhaald heeft: we waren een voorbeeld voor andere regio’s. Ik denk dat u die boodschap zeker kunt meenemen als u straks met uw diensten en uw collega’s in het kader van het EU-voorzitterschap verder met hen aan tafel zit.
Daarnaast is zeker de internationale samenwerking van groot belang. Wij wonen zelf in een Maasregio en wij beseffen het belang van internationale samenwerking, maar ik denk dat het nog meer benadrukt moet worden. We weten allemaal dat water niet stopt aan de grenzen. Ik zou daarvoor dus zeker aandacht willen vragen als u daaromtrent contact hebt met de andere collega’s.
De voorzitter
Minister Brouns heeft het woord.
Minister Jo Brouns
Dank u wel, collega’s, voor uw bijkomende vragen en input. Ik denk inderdaad dat de Grensmaas een mooi voorbeeld is van grensoverschrijdende samenwerking als het gaat over rivieren de ruimte geven die ze nodig hebben. Naar aanleiding van de overstroming zijn er wel een aantal punten op de Raad geweest. Die werden niet verwonderlijk geagendeerd door Spanje, naar aanleiding van de gebeurtenissen in Valencia. De Commissie neemt die mee in rekening in het verder uitwerken van hun plannen.
Dan is er nog de vraag over het samenwerken tussen de ministers bevoegd voor de bevaarbare en onbevaarbare waterlopen in functie van het GIP: we werken daar naarstig aan verder om dat zo snel mogelijk rond te krijgen.
De voorzitter
De vraag om uitleg is afgehandeld.