Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Vorig ArtikelVorig artikel Volgend artikelVolgend Artikel

 27 feb 2025 16:53 

De uitrol van pocketvergisters


Vraag om uitleg over de aankondigingspolitiek voor een vergunningsvrijstelling voor pocketvergisters in afwijking van het PAS-milieueffectrapport van Andy Pieters aan minister Jo Brouns
Vraag om uitleg over de uitrol van pocketvergisters van Simon Bekaert aan minister Jo Brouns

De voorzitter

De heer Pieters heeft het woord.

Andy Pieters (N-VA)

Minister, we hebben in de landbouwpers mogen lezen dat u overweegt om de zogenaamde pocketvergisting vrij te stellen van de vergunningsplicht. U kondigde dat aan tijdens de plechtige opening van de vierhonderdste mestvergister van het Vlaamse technologiebedrijf Biolectric.

Innovatie is in elke sector belangrijk, ook in de landbouwsector. Daarover hebben we het hier eerder al gehad. Maar er moet natuurlijk kunnen worden gegarandeerd dat geen enkel milieucompartiment erop achteruitgaat. Dat is net de reden waarom er bijvoorbeeld ook in Nederland nog een vergunningsplicht geldt voor pocketvergisting.

U kent onze bezorgdheden over het erkennen van technieken en zeker over het vrijstellen van vergunningen voor bepaalde technieken, zeker sinds Lely Sphere, tegen het negatieve advies van het administratief team in, door u werd erkend. We vinden het belangrijk om uw aankondiging hier te bespreken om ervoor te zorgen dat we landbouwers die investeren niet met een kluitje in het riet sturen.

Minister, acht u het, gelet op de hele stikstofproblematiek, werkelijk wenselijk om de aanvraag voor een pocketvergister waarbij mest wordt verwerkt op het eigen bedrijf, vrij te stellen van vergunningsplicht? Is dat standpunt besproken binnen de Vlaamse Regering?

Bent u zich ervan bewust dat die aankondiging het afgesproken principe in het stikstofakkoord omzeilt, met name dat voor een toename van emissies de beoordelingskaders moeten worden toegepast? Betekent dit dat ook andere principes uit het stikstofakkoord voor discussie vatbaar worden verklaard?

De aankondiging zou ook impliceren dat er een nieuw milieueffectenrapport moet worden uitgevoerd. Dat staat een beetje op gespannen voet met de aankondiging in de pers waarbij de perceptie werd gewekt alsof dat iets was voor op korte termijn. Is er op dat vlak bij het Departement Omgeving al een formeel traject opgestart om dat voor te bereiden? Wanneer is die opdracht gegeven?

Kunt u duiden hoeveel aanvragen tot omgevingsvergunning er de voorbije vijf jaar werden ingediend voor pocketvergisting? Hoeveel daarvan werden vergund of geweigerd, en om welke reden?

Pocketvergisters kunnen op dit moment al bij het Administratief Team Luchtemissies Veeteelt een aanvraag indienen om erkend te worden op de PAS-lijst (Programmatische Aanpak Stikstof). Hoeveel fabrikanten deden al zo’n aanvraag? Hoe werden deze beoordeeld?

De voorzitter

De heer Bekaert heeft het woord.

Simon Bekaert (Vooruit)

Minister, vorige week kondigde u aan dat u de uitrol van bepaalde biogasinstallaties in Vlaanderen wilt versnellen door ze vrij te stellen van de vergunningplicht. Dat terwijl een goed onderbouwde vergunning net de beste garantie is op efficiënte en veilige installaties, en ervoor zorgt dat de inplanting in overeenstemming blijft met de goede ruimtelijke ordening.

U had het meer bepaald over zogenaamde pocketvergisters. Dat zijn installaties op landbouwbedrijven die mest van landbouwdieren via een vergistingsproces kunnen omzetten in energie. Die energie kan dan worden gebruikt om bepaalde installaties op het bedrijf van elektriciteit te voorzien. De overschot kan worden gebruikt als meststof.

Een goed functionerende vergister verkleint de stikstof- en methaanuitstoot van het landbouwbedrijf en wekt hernieuwbare energie op. Maar er zijn ook uitdagingen. Wanneer de installatie niet goed gebeurt of er een gebrek aan onderhoud is, kunnen er lekken ontstaan in het transportsysteem. Die veroorzaken dan weer verborgen uitstoot. Er is daarnaast een groot brand- of explosiegevaar in de tanks waar het energierijk gas wordt opgestapeld.

De omzendbrief die het afwegingskader en de randvoorwaarden voor de inplanting van installaties voor mestbehandeling en vergisting bepaalt, herinnert eraan dat bepaalde installaties – machines – opgesteld binnenin bestaande vergunde gebouwen vanuit de regelgeving ruimtelijke ordening niet vergunningsplichtig zijn. De omzendbrief bepaalt evenwel ook: “Als het om gebouwen of installaties in open lucht gaat, is uiteraard wel een stedenbouwkundige vergunning nodig.”

Minister, hoe wilt u waarborgen dat pocketvergisters performant en veilig zijn, en met inachtname van de goede ruimtelijke ordening, in een situatie zonder vergunningsplicht? Hoe zult u de kwaliteit van deze installaties handhaven?

Welke andere handvatten hebt u binnen uw bevoegdheid om de uitrol van pocketvergisters te versnellen, zonder afschaffing van de vergunningsplicht?

De voorzitter

Minister Brouns heeft het woord.

Minister Jo Brouns

Collega’s, het klopt inderdaad dat ik aan de administratie de opdracht heb gegeven om te onderzoeken of en hoe meerdere onderdelen van een pocketvergister per vrijstelling kan worden geplaatst, want daar zijn meerdere onderdelen voor nodig, gelet ook op de administratieve vereenvoudiging die we Vlaamsbreed beogen.

Pocketvergisters hebben vele voordelen, zoals jullie weten en al naar verwezen. Broeikasgassen uit mest worden omgezet in groene stroom, wat zowel de broeikasgasuitstoot verlaagt als de externe energiebehoefte en -kosten van het bedrijf kunnen drukken.

In dat kader lijkt het me niet vreemd om ook te bekijken in welke mate we de pocketvergisters, waar we ook voor het bereiken van onze Vlaamse klimaatdoelen belang aan hechten, kunnen vrijstellen, gelet ook op de beperkt ruimtelijke impact bij bestaande bedrijven. Dat principe is belangrijk. Ik zal de voorstellen ter zake, ook voor vrijstellingen, meenemen voor verdere bespreking in de schoot van de Vlaamse Regering. Ook belangrijk is dat we die vrijstellingen niet alleen heel gericht voor de landbouwsector bekijken, maar dat er verschillende op onze radar staan. Ook voor industriële toepassingen of bedrijven bekijken we hoe we die eventueel kunnen vrijstellen.

Dit alles past ook in de logica waar wij ons als Vlaamse Regering twee weken geleden nog over hebben uitgesproken in het kader van de Vlaamse productiviteits- en competitiviteitsagenda ‘Vlaamse Versnelling’, getrokken door de minister-president. Daar was er aandacht voor de rol en de impact van het omgevingsbeleid en een vlotte en robuuste vergunningverlening. Dat zijn immers noodzakelijke hefbomen voor het versnellen van productiviteitsverhogende investeringen, het creëren van een aantrekkelijk investeringsklimaat en het versterken van onze competitiviteit.

Het Wetenschappelijk Comité Luchtemissies Veeteelt (WeComV) bracht in augustus 2023 een advies uit wat betreft de pocketvergisters. Dat advies stelt het volgende, ik citeer: “Er kan aangenomen worden dat de toepassing van pocketvergisting op een rundveestal niet leidt tot een significante nettoverhoging van de emissie van ammoniak ten opzichte van een rundveestal zonder pocketvergisting.”

Ik zie dus niet in, collega Pieters, waar deze logica de afgesproken principes van het Stikstofdecreet op die manier zou omzeilen?

Dit advies van de WeComV gaat echter over het potentieel negatieve effect. Het is daarnaast inderdaad mogelijk om erkend te worden op de PAS-lijst voor wat betreft de positieve effecten. Een pocketvergister is in eerste instantie een techniek die groene stroom produceert uit mest. In tweede instantie zou de techniek misschien, dus voorwaardelijk en met eventuele ‘naschakeling’, ook stikstof kunnen reduceren. Er is daartoe nog geen complete aanvraag ingediend tot het erkennen van de techniek op de zogenaamde AERM-lijst (ammoniakemissiereducerende maatregelen). Wel is er momenteel één meetplan ingediend over pocketvergisting en stikstofstripping. Het meetplan ligt ter goedkeuring voor bij het WeComV.

De performantie en veiligheid hoeven niet noodzakelijk via dezelfde procedure gewaarborgd te worden als de goede ruimtelijke ordening. We onderzoeken hoe we al deze aspecten kunnen waarborgen met een minimum aan administratieve lasten.

Aan een eventuele vrijstelling in het zogenaamde Vrijstellingsbesluit kunnen ruimtelijke voorwaarden worden verbonden, zoals maximale afmetingen, minimum- en maximumafstanden tot bestaande gebouwen, en dergelijke meer. Indien niet aan deze voorwaarden voldaan kan worden, wordt ervan uitgegaan dat de ruimtelijke impact groter is en dat dit dus een beoordeling vergt door de vergunningverlenende overheid.

Het doel is om de administratieve lasten voor het in gebruik nemen van deze innovatieve installaties zo laag mogelijk te houden. Dat zult u begrijpen. Verder onderzoek zal uitwijzen of pocketvergisters vrijgesteld kunnen worden, zowel op ruimtelijk vlak als op milieuvlak. Maar ik kijk niet enkel naar de vergunning. Binnen het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) is bijvoorbeeld ook reeds steun voorzien voor pocketvergisters. Voorts hoop ik ook dat landbouwers dit doen om zelf in te staan voor hun energievoorziening door middel van groene stroom.

De vergunningsaanvraag voor een pocketvergister kan zowel in de rubriek afval, de rubriek dieren als in de rubriek mestverwerking worden aangevraagd. Dit is afhankelijk van het verwerkte materiaal. Vermits een pocketvergister niet via een aparte subrubriek wordt aangevraagd, is het niet mogelijk om, op basis van de statistisch consulteerbare informatie in het omgevingsloket, het totaal aantal aangevraagde pocketvergisters weer te geven.

De voorzitter

De heer Pieters heeft het woord.

Andy Pieters (N-VA)

Minister, eigenlijk hebt u gezegd dat de administratie nog heel wat werk heeft aan het dossier en dat er dus nog een lange weg af te leggen is. Zoals u zegt, kan een pocketvergister voordelen opleveren, zoals onder andere het verlagen van de CO2-uitstoot, maar natuurlijk is er ook een risico, zeker lokaal, dat er door slecht onderhoud of door bepaalde zaken waaraan niet voldaan is, een uitstootstijging is. Ongetwijfeld zult u dat ook lezen in het advies van de WeComV. Bovendien doet het advies van de WeComV een uitspraak over het principe, maar natuurlijk niet over wat de impact is van het installeren van zoiets bij een bedrijf nabij een speciale beschermingszone (SBZ), bijvoorbeeld op het vlak van deposities op die speciale beschermingszones nabij een bepaalde exploitatie. Dat is iets dat toch nader zal moeten worden bekeken.

Uiteraard zijn we voorstander van een vlotte en spoedige vergunningverlening, absoluut, maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat we een wildcard willen geven aan elke mogelijke installatie, ongeacht alles. Op dat vlak moeten we zeer realistisch zijn. Op dat vlak hoor ik u vooral zeggen dat er nog heel wat werk aan de winkel is.

Minister, u duidt ook heel goed dat er hierover nog geen beslissing is van de Vlaamse Regering en dat er nog een bespreking in de schoot van de Vlaamse Regering moet volgen, want het voluntarisme dat ik heb gezien in uw communicatie en hier vandaag weer, staat wel wat in contrast met sommige collega's van u in de Vlaamse Regering. Als ik kijk naar minister Depraetere en haar evaluatierapport van het Vlaams Energie- en Klimaatplan, dan zie ik dat de initiële prognose, met name een sterke stijging van het aantal pocketvergisters, niet meer wordt meegerekend in het laatste evaluatierapport, maar dat die zelfs geschrapt wordt ten aanzien van wat initieel vooropgesteld was. Volgens mij heeft uw collega door dat de realistische weg is dat er zeker de eerste jaren geen gigantische uitrol zal zijn, laat staan dat het vergunningsvrij zou kunnen zijn. Erkent u dat? Hoe reageert u op het feit dat er binnen het Klimaatplan blijkbaar anders wordt omgegaan met de mogelijke voordelen van die pocketvergisters?

De voorzitter

De heer Bekaert heeft het woord.

Simon Bekaert (Vooruit)

Minister, we hebben het hier toch ook over bouwwerken die vaak groter zijn dan een huis of dan meerdere huizen? De brave huisvader kan niet zonder vergunning zijn veranda met 5 vierkante meter uitbreiden, maar dit zou dan wel kunnen. Ik denk dat dat niet de goede weg is. Wij zijn uiteraard niet tegen procedures verbeteren en vereenvoudigen, maar het mag ook geen ‘vrijheid, blijheid’ worden, want dan loopt het binnen de kortste keren verkeerd. Ik denk dat we wel dezelfde doelen nastreven en u klinkt in uw antwoord nu toch een stuk genuanceerder dan de citaten die we van u mochten lezen in de gespecialiseerde pers. Het is dan ook spijtig dat u er naar het publiek toe iets anders van gemaakt hebt, waarmee u de milieufederaties op de kast jaagt en de landbouwsector helaas wat hebt wijsgemaakt.

De voorzitter

De heer Dochy heeft het woord.

Bart Dochy (cd&v)

Minister, collega's, ik denk dat wij allen er belang bij hebben om te komen tot een robuust systeem voor technieken die beproefd zijn en die al dan niet een beschreven impact hebben op de omgeving, en dat die met een versnelde procedure kunnen worden goedgekeurd, aanvullend op de bestaande milieuvergunning. Dat is vandaag ook de bedoeling van het regeerakkoord, namelijk om met meldingen te kunnen werken, los van de formele procedure van de milieuvergunning. Het gaat natuurlijk niet om cowboyverhalen bij wijze van spreken, maar het gaat over beproefde technieken. Het feit dat die pocketvergisters mee opgenomen waren in het Klimaatplan, betekent dan toch dat ze erkend worden als technieken die vooral op CO2- methaanuitstoot een positief effect hebben, want die methaan wordt verbrand en de energie wordt gerecupereerd. Ik denk dat dat absoluut een meerwaarde heeft.

Collega Bekaert, wat betreft het stedenbouwkundig aspect zal het u ook niet vreemd zijn dat het Omgevingsvergunningsdecreet ook voorziet in meldingen. Zelfs voor de persoon die een kleine uitbreiding van zijn woning wil, kan er ook tot 400 vierkante meter een melding worden gedaan, los van de formele vergunningsaanvraag. Als we hier spreken over pocketvergisters – het zit ook een beetje vervat in het woord – dan gaat het heus niet om installaties die een veelvoud van een woning als oppervlakte hebben. Dat zijn echt wel heel beperkte installaties, die misschien wel in aanmerking zouden kunnen komen als ze goed geplaatst zijn, want er zijn ook regels voor de meldingsplicht van de omgevingsvergunningsaanvraag met betrekking tot de uitbreiding van woningen. Er zijn in elk geval een aantal regels rond te maken. Ik denk dat we er alle belang bij hebben om te komen tot een systeem waarbij de installaties die goed zijn voor het milieu, die zorgen dat er minder stikstof en minder CO2 worden uitgestoten en dat het methaan beperkt wordt, versneld kunnen worden geïmplementeerd, natuurlijk onder de voorwaarde dat ze oké zijn, dat ze beproefd zijn. Ik denk dat we vandaag aan het begin staan van een dergelijke oplossing en een mogelijkheid.

De voorzitter

De heer Pieters heeft het woord.

Leo Pieters (Vlaams Belang)

Minister, ik denk dat er in het systeem van de pocketvergister inderdaad een serieus terugverdieneffect aanwezig is voor het landbouwbedrijf. En als het terugverdieneffect niet goed zou zijn, zou de landbouwer zelf ook wel in actie schieten. Als het over innovatieve technieken gaat, past de pocketvergister daar dus zeker in. Waarschijnlijk zullen er ook nog verbeteringen aan te pas komen. Zoals de collega aangeeft, hoeft een vergunningsplicht niet direct, maar een meldingsplicht kan natuurlijk ook al veel verheldering brengen.

Lydia Peeters (Open Vld)

Minister, we zien duidelijk dat er nog geen eensgezindheid is over de wijze waarop een landbouwer of een industrieel bedrijf straks een pocketvergister zal kunnen zetten. Gaat het over een vergunning? Gaat het over een melding? Of gaat het over een volledige vrijstelling? Want dat is wat ik ook in de communicatie gehoord heb. Ik vind het alleszins nobel, minister, dat u zo snel mogelijk werk wilt maken van een vereenvoudiging van onze vergunningsprocedures, en dat op tal van vlakken. Maar als het over de pocketvergisters gaat, moet ik de heer Andy Pieters bijtreden. Het gaat immers ook over de locatie van die pocketvergisters. Als het een volledige vrijstelling wordt, hoe gaat men dat dan meten? U zegt zelf dat we dan voorwaarden kunnen opleggen over de ruimtelijke impact, maar dan wordt het weer complexer, denk ik. Als een dergelijke pocketvergister wordt geplaatst in de nabijheid van een woongebied of in de nabijheid van een SBZ-gebied, dan zullen sowieso extra voorwaarden en/of extra maatregelen of zelfs uitsluitingen opgelegd worden. En dat kan natuurlijk niet als het volledig vrijgesteld wordt.

Het is dus een nobele doelstelling dat men volop werk wil maken van de vereenvoudiging. Ik hoorde de heer Dochy ook al wat nuanceren om veeleer naar een melding dan naar een volledige vrijstelling te gaan. Alleszins is het werk nog niet af. Ik stel ook duidelijk vast dat er nog geen eensgezindheid is binnen de Vlaamse Regering omtrent de wijze waarop een dergelijke pocketvergister al dan niet vergund of ingepland kan worden. Ik kijk dus uit naar wat de toekomst daaromtrent brengt.

De voorzitter

Minister Brouns heeft het woord.

Minister Jo Brouns

Dank u wel, collega’s. Ik kan u garanderen dat ik – en dat zal u niet verbazen – vanaf dag één ben aangesproken door ondernemend Vlaanderen om alle technologie die ondernemend Vlaanderen ondersteunt in de transitie naar meer duurzaamheid en naar het terugdringen van uitstoot, zo vlot als mogelijk te kunnen vergunnen en de mogelijkheden rond melding en vrijstellingen heel voluntaristisch te bekijken. Natuurlijk moet dat altijd met de toets van de impact op de omgeving en de goede ruimtelijke ordening. Dat zijn logische toetsen die moeten gebeuren, vandaar ook de vraag aan de administratie om dat te doen. Geen vrijheid, blijheid dus, geen wildcard, maar de mogelijkheden bekijken. Dat ik er zelf een enorme voorstander van ben om technologie en technologische innovatie op dat vlak maximaal alle kansen te geven, dat steek ik natuurlijk niet weg.

Er wordt vaak naar het onderhoud verwezen, als het over landbouw gaat. Dat is natuurlijk waar, maar dat geldt voor mij voor alle technieken die we gebruiken, in welk bedrijf dan ook, die vergund of gemeld zijn met als doel emissies te reduceren of de impact van de activiteit op de omgeving te beperken. Natuurlijk moeten die goed onderhouden worden. Dat spreekt wat mij betreft voor zich. Als we gaan kijken naar het Vlaams Klimaatplan, zijn dit soort technologieën wat mij betreft voorbeelden van technologische innovaties die, specifiek wat de landbouw betreft, daartoe kunnen bijdragen. In dat opzicht is het ook goed om te wijzen naar het regeerakkoord, waarin we heel expliciet stellen dat we het bestaande vrijstellingenbesluit en het besluit van meldingsplichtige handelingen in functie van onder andere de klimaat- en energietransitie en de beste beschikbare technieken gaan evalueren. Dat past voor mij volledig in dit verhaal, collega’s.

De voorzitter

De heer Pieters heeft het woord.

Andy Pieters (N-VA)

Minister, het is niet nodig om het op flessen te trekken. Ik heb in deze commissie niemand horen zeggen dat we tegen innovatie of vereenvoudiging zouden zijn. Dat zou natuurlijk onzin zijn. De evaluatie van de meldingsplicht staat uiteraard in het regeerakkoord, maar in het regeerakkoord staat natuurlijk ook dat we voor een wetenschappelijk onderbouwd beleid gaan. Uw aankondiging staat natuurlijk nog maar in de kinderschoenen. U hebt dat zelf geduid. Er is nog bijzonder veel werk om aan te tonen dat het wetenschappelijk onderbouwd überhaupt mogelijk is om een vergunningsvrijstelling voor een pocketvergister te voorzien.

Als u dan in de pers komt zeggen dat, als het van u afhangt, het er zo snel mogelijk komt, dan geeft dat toch wel een vreemde perceptie. Dan is dat de landbouwers toch enigszins blaasjes wijsmaken. Ik denk dat zij geen behoefte hebben aan aankondigingen. Zij hebben het al moeilijk genoeg gehad en staan nog altijd voor die zware stikstofuitdaging. Het lijkt me niet nodig om hen blij te maken met een dode mus. Daar heeft niemand iets aan. We hebben vorige week gezien wat aankondigingspolitiek teweeg kan brengen, ook in de plenaire vergadering. Een ‘Gennez’ke’ doen, dat is voor ons niet nodig, minister.

De voorzitter

De heer Bekaert heeft het woord.

Simon Bekaert (Vooruit)

Ik sluit me uiteraard aan bij wat mijn collega net vertelt, minister. En wat betreft de piste van een meldingsplicht in plaats van een vergunningsplicht, hebt u zelf aangehaald dat de locatie ook belangrijk is. Een melding is toch maar een flauw afkooksel van een vergunning. Daarmee gaat men ook voor een stuk het openbaar onderzoek omzeilen of minimaliseren. Buren worden niet aangeschreven en de ambtenarij zal het in vele gevallen ook minder ernstig bekijken. U mag ook niet onderschatten hoe gemeenten soms onderbemand zijn qua gekwalificeerd personeel om zaken te onderzoeken.

De voorzitter

De vragen om uitleg zijn afgehandeld.

 

 


  Nieuwsflash
 
Vlaams landbouwbeleid gunstiger voor kleinere landbouwbedrijven Lees meer
 
 
Dagvaarding EC bij het Hof van Justitie voor een falend mestbeleidLees meer
 
 
De Natuurherstelwet en de optie om in te schrijven op alle mogelijke uitzonderingenLees meer
 
 
Nieuwe praktische wegwijzer Stikstofdepositie Lees meer
 
 
De uitrol van pocketvergistersLees meer
 
 
Naleven van maatregelen voor bioveiligheid bij controlesLees meer
 
 
Tienduizend ondernemers dreigen duizenden euro aan coronasteun te moeten terugbetalenLees meer
 
 
Vlaams Rampenfonds inschakelen voor getroffen PFOS-landbouwbedrijvenLees meer
 
 
Waterlopen - afstandsregels conditionaliteit en mogelijkheden ecoregelingen Lees meer
 
 
Verzamelaanvraag 2025 is van start gegaan Lees meer
 
 
Plaatsen waar masten Ventilus komen zijn bekendLees meer
 
 
Oorlogsschade Oekraïense landbouw loopt in de tientallen miljarden Lees meer
 
 
België steunt onder voorbehoud Europees voorstel over nieuwe GGO-techniekenLees meer
 
 
Europese Commissie maakt opnieuw gehakt van de Vlaamse mestplannen Lees meer
 
 
Beslissing over de schorsing van de producten op basis van prosulfocarb Lees meer
 
 
IPM richtlijnen checklist 2025Lees meer
 
 
Erkenning overstroming van 2-5 januari 2024 als ramp Lees meer
 
 
Graanvergaderingen voorjaar 2025 Lees meer
 
 
Water vasthouden met stuwen: types, eigenschappen en checklist Lees meer