De voorzitter
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Jeremie Vaneeckhout (Groen)
Minister, over een aantal zaken in deze commissie hebben we vaak discussie, maar over een aantal andere zaken zijn we het vaak eens. Een van die zaken is de bezorgdheid die de afgelopen jaren toch steeds meer naar boven is gekomen – ook bij de landbouwersprotesten, maar ook al eerder –, dat jonge boeren toegang moeten blijven hebben tot grond. Ook delen we de verzuchting dat we goede data nodig hebben om een gericht beleid rond de toegang tot grond te kunnen voeren.
In het Pachtdecreet is de keuze gemaakt om een pachtobservatorium op te richten om op die manier twee vliegen in een klap te slaan: én toegang te garanderen, maar ook te zorgen dat we in de gaten hebben wat er aan het gebeuren is. Dat moet dan wel op voorwaarde zijn dat we van dat pachtobservatorium een slagkrachtig observatorium kunnen maken, een overlegorgaan dat data verzamelt, tendensen ontwaart en aan u, minister, en aan ons de nodige en snelle beleidsaanbevelingen kan doen.
Wat dat betreft hebben we toch wat bezorgheden als we de antwoorden lezen op de schriftelijke vragen hierover. Dan zijn we niet helemaal gerustgesteld dat de initiële doelstellingen van het Pachtobservatorium ook ingevuld kunnen raken. Los van het feit dat het observatorium intussen rijkelijk laat werd opgericht, werden zowel de samenstelling als de opdracht beperkt tot het absolute minimum van wat het decreet bepaalt, terwijl er toch mogelijkheden zouden kunnen zijn om daar wat vooruitstrevender en ambitieuzer in te zijn. Ook het ontbreken van een open communicatie over de werkzaamheden zorgt ervoor dat het Pachtobservatorium zijn doel dreigt te missen.
Voor de collega’s die het antwoord op de schriftelijke vraag nog niet konden raadplegen, citeer ik graag enkele elementen. Over de timing van de oprichting, die volgens het decreet binnen de zes maanden moest gebeuren, wordt gezegd: "Het bleek niet meer mogelijk om voor de verkiezingen van 9 juni 2024 het observatorium operationeel te maken. Er werd gekozen om dit niet in lopende zaken op te starten." Uiteindelijk kwam het observatorium er dus niet tegen 1 mei, zes maanden na de inwerkingtreding van het decreet, maar pas eind januari voor het eerst samen. Minister, dat ligt niet alleen aan u, maar het is een spijtige zaak.
Over de samenstelling wordt gezegd: "Conform de regelgeving bestaat het observatorium uit de leden van de pachtprijzencommissie. Gelet op het feit dat het observatorium nog in zijn kinderschoenen staat, wordt eerst gekeken naar hoe alles zal verlopen en kan later worden gekeken naar een eventuele uitbreiding van de leden."
Over het takenpakket staat er: "Het takenpakket is opgenomen in artikel 69 van het Vlaams Pachtdecreet van 13 oktober 2023 en werd niet verder uitgebreid."
Over de openbaarheid van de werking staat er: "Het observatorium zal een afschrift van zijn verslagen bezorgen aan de minister bevoegd voor Landbouw. Er is op dit moment niet voorzien in een actieve openbaarmaking van de verslagen, om de vertrouwelijkheid van de vergadering te behouden."
Daarom heb ik een aantal vragen, ook naar de werking van deze commissie en de ambitie om met dit thema aan de slag te gaan.
Minister, hoe komt het dat de decretaal bepaalde deadline voor de oprichting niet werd gehaald, zeker in de wetenschap dat het observatorium gewoon werd samengesteld met de leden van de pachtprijzencommissie? Het is niet dat dat zo’n complexe en gevoelige werkzaamheid was op dat gebied.
Waarom werd er gekozen voor de minimalistische invulling, zowel qua samenstelling als qua takenpakket? Wanneer en met wie zult u de werking van het observatorium evalueren?
Welke concrete input hoopt u te krijgen van het Pachtobservatorium?
Denkt u niet dat een actieve bekendmaking van de werkzaamheden en bevindingen van het observatorium nuttig kan zijn voor het parlementair en maatschappelijk debat rond de problematiek van het grondenbeleid?
De voorzitter
Minister Brouns heeft het woord.
Minister Jo Brouns
Collega, het is niet zo dat de samenstelling van de pachtprijzencommissie, die al voor de inwerkingtreding van het Vlaams Pachtdecreet van 13 oktober 2023 bestond, gewoon ongewijzigd kon worden overgenomen voor de oprichting van het Vlaams Pachtobservatorium. Als het zo eenvoudig zou zijn geweest, zou het mogelijk al in de eerste maanden van 2024 operationeel zijn geweest.
Door de invoering van het Vlaams Pachtdecreet van 13 oktober 2023 werd echter een aanpassing aangebracht aan de samenstelling van de pachtprijzencommissie. Zo werd het aantal leden dat de grondeigenaars en pachters vertegenwoordigen, van vijf naar drie teruggebracht. Er werd ook uitdrukkelijk bepaald hoeveel leden de respectievelijke organisaties binnen die groepen mogen voordragen.
Dit vergde bij de verschillende organisaties het nodige werk, aangezien het aantal leden werd teruggebracht naar drie en de leden naast hun rol in de pachtprijzencommissie ook een uitgebreidere rol kregen als lid van het observatorium. Daardoor bleek de oprichting van het observatorium niet mogelijk voor de verkiezingen, zoals ook werd aangegeven in het antwoord op uw schriftelijke vraag. Na ontvangst van de voordrachten en het aantreden van de huidige Vlaamse Regering is zeer snel, namelijk op 18 november 2024 overgegaan tot samenstelling van het observatorium.
Het is niet de bedoeling dat het observatorium een praatbarak wordt. Dat wil niemand hier. De decreetgever heeft het observatorium een aantal duidelijke opdrachten meegegeven: de beslissingen van de pachtprijzencommissie, vermeld in artikel 28, voorbereiden; de evolutie van de grondprijzen volgen; de toepassing van de pachtwetgeving bespreken.
Ik deel uw bezorgdheid over de toegang tot grond en de werking van een goed observatorium. Het is dan ook niet mijn bedoeling om het observatorium zo minimaal mogelijk te houden. Laat dat duidelijk zijn. Op het vlak van de inhoud die het brengt en van de leden die zetelen, ben ik gevoelig voor uw kritiek. Ik sta ervoor open om de werking van het observatorium te versterken. De insteek voor de versterking mag in eerste instantie komen van de huidige leden van het observatorium. Ik deel ook de bezorgdheid dat de leden van het observatorium dit jaar meer moeten doen dan enkel de pachtprijscoëfficiënten vastleggen. Ik zal hun dan ook opdracht geven om hierrond meer duidelijkheid te scheppen. Indien dit onvoldoende wordt ingevuld, kunnen we nog steeds ingrijpen. Ik geloof echter dat een grondige evaluatie pas kan nadat het observatorium de opstartfase voorbij is.
Zoals aangegeven in het antwoord op uw schriftelijke vraag, zullen de verslagen van de vergadering op heden niet actief openbaar worden gemaakt. Dat is nuttig voor bepaalde discussies en het algemene vertrouwen, zeker in de opstartfase. Als het observatorium unaniem adviezen of voorstellen formuleert, zal daar wel over worden gecommuniceerd. Ook op dat vlak is het, wat mij betreft, aan het observatorium om met een aanpak te komen. Ik zal hun hiertoe dan ook de opdracht geven.
De voorzitter
De heer Vaneeckhout heeft het woord.
Jeremie Vaneeckhout (Groen)
Minister, dank u wel voor het antwoord. Ik ga hier dan vandaag niet te diep op ingaan. Als er het geloof is en ook de openheid om dat eventueel te herbekijken voor het behalen van de doelstellingen, dan moeten we er binnen zes maanden nog eens over nadenken. Het lijkt me ook interessant – en dan kijk ik naar de voorzitter – om eens te bekijken op welke manier we op een vertrouwelijke manier in gesprek kunnen gaan met het observatorium om te bekijken hoe we die samenwerking met het parlement kunnen organiseren. Ik voel goede bedoelingen op dit moment. Laat ons dat eventjes de tijd geven. We zullen het uiteraard blijven opvolgen. Als het nodig is, dan schalen we het opnieuw op naar commissiemateriaal.
Bart Dochy (cd&v)
Dat is op zich geen probleem. De eerste test zal natuurlijk het vaststellen van de pachtprijscoëfficiënten zijn. Dat moet gebeuren tegen 15 december dit jaar. We zijn de driejarige periode voorbij.
De voorzitter
Minister Brouns heeft het woord.
Minister Jo Brouns
Ik heb geluisterd en ik neem het mee.
De voorzitter
De vraag om uitleg is afgehandeld.